Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 4800

Nummer 4800
Datum 15-1-1955
Soort codetelegram(men)
Kenmerk Waarnemend Gouverneur 133
Opschrift/Bijlage(n)
Verzender(s) Vrijheid, H.M. (info)
Ontvanger(s) Baal, J. van (info)
Plaats van opmaak Hollandia
Plaats van bestemming Den Haag
Bewaarplaats Nationaal Archief
Bestand archief Minkol., codetel. 1955
Dossiernummer 8
Trefwoorden Fakfak
NG, (rechts)positie/houding gevangenen op -
NG, infiltraties/infiltranten op -
toelatings-/asiel-/uitwijzingsbeleid op NG
Annotatie inleidende noot:
Op 14 jan. had Van Baal vanuit Den Haag onder no Minvor 122 aan Hollandia geseind: 'Moge U verzoeken mij ervan in kennis te stellen of toelating van een advocaat mogelijk is onder conditie, dat hij na 14 dagen vertrekt, tenzij met het oog op de aanhangige zaak door de President van de Raad van Justitie verlenging van verblijf noodzakelijk wordt verklaard. Tevens hierbij gesteld dat deze advocaat alleen in die ene zaak (i.c. Fakfakzaak) mag optreden en niet met enige andere zaak bemoeienis kan hebben.' NA, archief Minkol, codetel. 1955, 9.

slotnoot:
In aansluiting op dit telegram seinde wnd. gouverneur Makkes op 18 jan. onder no 135: 'Bij bestudering van bundel viel het mij op, dat in het telegram Kernkamp 110 [no 4020] als procedure wordt voorgesteld een visum te doen aanvragen, waarna beoordeling van de bonafiditeit volgt. Bij eventuele gunstige uitslag zou dan, naar mijnerzijds wordt aangenomen, visum worden verleend. Naar het voorkomt zou deze procedure, afgezien van de politieke merites, aangegeven in het telegram 104 van Kernkamp [no 3971], formeel ook juist zijn, aangezien voor ontscheping van vreemdelingen het bezit van een visum krachtens lid 4 van artikel 1 van het toelatingsbesluit verplicht kan worden gesteld. Indien onzerzijds evenwel aan de ene kant met beroep op het toelatingsbesluit aan het bezit van een nieuw visum wordt vastgehouden, zal aan de andere kant moeilijk kunnen worden geweigerd betrokkene bij aankomst in Nieuw-Guinea de gebruikelijke ontschepingsvergunning uit te reiken, omdat evenbedoeld toelatingsbesluit ontscheping zonder schriftelijke vergunning uitdrukkelijk verbiedt.'  Makkes vreesde nu, dat, mocht het zo lopen dat 'het na verloop  van de "geldigheidsduur" van het visum in een dispuut over weigering der toelating c.q. uitwijzing hard tegen hard [zou] gaan - - - de administratie uiteindelijk in het ongelijk zal worden gesteld.' - - - NA, archief Minkol codetel. 1955, 8
Op 25 jan. seinde Van Baal hierop onder no Minvor 130 uit Den Haag: 'Uw 135 besprak ik alhier, waarbij onder mijn aandacht werd gebracht, dat geen moeilijkheden van belang ontstaan zolang geen toelating op voet van bepalingen Toelatingsbesluit wordt verleend. Aangezien Indonesische advocaat zijn reis niet beëindigt in Nieuw-Guinea zijn bovendien, ingevolge artikel 17 sub e van het Toelatingsbesluit, de bepalingen van dit besluit niet op hem van toepassing, uitgezonderd artikel 18. Laatstgenoemde bepaling maakt het mogelijk de Indonesische advocaat te allen tijde uit te wijzen indien zijn aanwezigheid in Nieuw-Guinea voor de openbare rust en orde gevaar oplevert.' - - - NA, archief Minkol, codetel. 1955, 9.
Zie ook 389: Ministerraad
3971: Van Ittersum 728
4020: Kernkamp 110
4801: Kernkamp 131
PDF afbeelding (151 KB)