Gegevens van record 5705
| Nummer | 5705 |
|---|---|
| Datum | 1-10-1955 |
| Soort | codetelegram(men) |
| Kenmerk | Delegatie New York 8 |
| Opschrift/Bijlage(n) | |
| Verzender(s) |
Luns, J.M.A.H.
(info)
|
| Ontvanger(s) |
Beyen, J.W.
(info)
|
| Plaats van opmaak |
New York |
| Plaats van bestemming |
Den Haag |
| Bewaarplaats | Archief ministerie van Buitenlandse Zaken |
| Bestand | archief BZ, GS 1955-1964 |
| Dossiernummer | 1614 |
| Trefwoorden |
Anak Agung Gde Agung, Ide (AA), minister van Binnenlandse Zaken van Indonesië 12/'49-12/'50; ambassadeur te Brussel, '50-'54; minister van Buitenlandse Zaken '54-maart '56 Financieel-Economische Overeenkomst(en) der RTC ( Finec); zie ook financiële /economische betrekkingen N-I.; geldwezen; handels(politieke) betrekkingen N.-I., schuldenkwesties Haags Protocol; zie ook: unieverhouding, (Haags) overleg herziening/beëindiging van - '54 en '55 Krieken, L. van, politieagent op NG Luns, J.M.A.H.* NG-kwestie in de vergaderingen van de Verenigde Naties NG-kwestie, algemeen (= conflict over de status van NG tussen Nederland en Indonesië) pers/publieke opinie, Nederlandse unieverhouding/RTC-akkoorden, (Haags) overleg '55 ter herzien/beëindiging van de - , Utoyo/Utojo Ramelan, chef protocol van het ministerie van Buitenlandse Zaken van Indonesië voorlichting/propaganda/publicatie/verklaring/communiqué, Indonesische |
| Annotatie |
inleidende noot: Op 30 sept. had Luns onder no Delegatie 4 uit New York aan Beyen geseind dat hij op grond van diens berichten uit Den Haag 'Anak Agung ten spoedigste zou benaderen'. 'Moge er in dit verband op wijzen dat artikelen zoals in het Parool in de Indonesische kaart spelen en onze positie internationaal en speciaal in de VN-kringen verzwakken. In dit verband vermeld ik de door Indonesische delegatie de laatste dagen, speciaal na aankomst Anak Agung en Zain, niet zonder succes gevoerde campagne die de indruk tracht te wekken dat ontspanning tussen beide landen reeds is bereikt en slechts geformaliseerd hoeft te worden en dat Nederlands afwijzing van de Nieuw-Guinea-eis slechts een façade is waarachter principiële bereidwilligheid om met Indonesië ook hierover tot accoord te komen zich voorlopig nog verbergt. Zelfs landen als b.v. Zuid-Afrika zijn hier aanvankelijk dupe van geworden. Te optimistische klanken uit Nederland zullen naar mijn mening op dit moment de Nederlandse onderhandelingspositie slechts schaden. Ons beleid hier blijft uiteraard met kracht gericht op het doen winnen van Nederland van debat over Nieuw-Guinea. Het Indonesische "ontspanningsoffensief" heeft reeds duidelijk merkbaar onze positie bemoeilijkt.' Archief BZ, postarchief Washington, NG-kwestie 1955-1963, NNG IV. |
| Zie ook |
4618:
Schürmann 111; Schürmann 112: Schürmann 113
4824: Van Roijen 473 |
| afbeelding (349 KB) |