Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 5714

Nummer 5714
Datum 19-11-1955
Soort circulairetelegram
Kenmerk Beyen/Luns 29
Opschrift/Bijlage(n)
Verzender(s) Beyen, J.W. (info)
Luns, J.M.A.H. (info)
Ontvanger(s) diverse posten in het buitenland (info)
Plaats van opmaak Den Haag
Plaats van bestemming diverse hoofdsteden
Bewaarplaats Archief ministerie van Buitenlandse Zaken
Bestand archief BZ, GS 1955-1964
Dossiernummer 1614
Trefwoorden Canada, houding/positie van -
Griekenland, houding/positie van -
Latijns-Amerikaanse landen, houding/positie van de -
NG-kwestie in de vergaderingen van de Verenigde Naties
Turkije, houding/positie van -
Annotatie slotnoot:
Eveneens op 19 november gaven Beyen/Luns de Nederlandse vertegenwoordiger te Havana (eveneens onder no circulaire 29),  Addis Abeba (onder no 11), Ankara (onder no 25), Ottawa (onder no 20) en Athene (onder no 14) opdracht om een dergelijke demarche te ondernemen bij de respectievelijke regeringen. De instructie week in zoverre af van het hier opgenomen telegram, dat punt 4 telkens was aangepast aan het door het betreffende land in de voorgaande maanden ingenomen standpunt  ten aanzien van de vraag of de  kwestie Nieuw-Guinea op de agenda van de 10e Algemene Vergadering moest worden geplaatst. [inscriptiekwestie].T.a.p.

Een aantal reacties op deze instructie volgt hieronder. Zie voor het uiteindelijk stemgedrag van deze landen het rapport van Schiff van 13 juli 1956, opgenomen onder no 5700.

Op 22 nov. seinde Daubanton vanuit Lima, dat hem verzekerd was dat Peru het Nederlandse standpunt wederom zal steunen.
     Op 23 nov. seinde ambassadeur Kasteel vanuit Santiago onder no 12 de Chile, 'dat de minister hem die dag opnieuw steun had toegezegd en de Chileense delegatie overeenkomstig was geïnstrueerd'.
     In zijn brief no 4379/449 eveneens van 24 nov. schreef de ambassadeur te Mexico, Van Houten , dat hij 'definitief de indruk [had], dat de Heer Padilla Nervo [minister BZ] ons welgezind is', maar dat naar zijn mening Mexico bij het bepalen van zijn standpunt niet in strijd mocht komen met zijn  traditionele opvatting.
     Op 24 nov. noteerde Luns ten behoeve van zijn SG Van Tuyll, dat hij tijdens een dejeuner met de gezant van Venezuela deze 'met klem' verzocht had zijn minister 'onmiddellijk te benaderen met het dringende verzoek' Nederland in de VN te steunen. Dagnino had dat toegezegd, maar eraan toegevoegd dat, aldus Luns, 'Venezuela in dit soort kwesties, die men soms ten onrechte "koloniaal" noemt, soms een niet geheel objectief standpunt inneemt.'
      In zijn brief no 1098/BZ-572 had de tijdelijk zaakgelastigde te La Paz, Zijderveld, o.m. gemeld, dat uit een gesprek met de secretaris-generaal van Buitenlandse Zaken, Quiroga, bleek, dat de instructies die de Boliviaanse delegatie naar de VN ontvangen had, luiden, 'dat Bolivia in de eerste plaats de gevoelens van de Afro-Aziatische landen dient te sparen en moties en voorstellen van die zijde zoveel mogelijk zal ondersteunen, zulks echter op de meest discrete wijze, d.w.z. zonder redevoeringen te houden waarbij dergelijke steun onderstreept zou worden en waarbij in geen geval de gevoelens van landen als Nederland, Frankrijk en Engeland gekwetst mochten worden'.
   Op 24 nov. seinde ambassadeur Flaes vanuit Buenos Aires onder no 43 dat de nieuwe minister van Buitenlandse Zaken, Podesta Costa, 'welwillende consideratie van ons standpunt' had toegezegd, hoewel hij 'terzake uiteraard niet geöriënteerd' was. T.a.p.

In antwoord op circulairetelegram no 25 aan Ankara berichtte ambassadeur Savelberg op 26 nov. onder no 16, dat de secretaris-generaal a.i. Esenbel, verklaard had 'dat Turkije in geen geval steun zal verlenen aan het Indonesisch standpunt' en 'de delegatie in New York opdracht had gekregen zich van stemming te onthouden. - - -  De Turken zijn wel  mening toegedaan, dat beide partijen in rechtstreekse besprekingen oplossing van het vraagstuk dienen te zoeken. Dit is ook de strekking van de Turkse adhaesie Bandung-statements, derhalve geenzins om in deze de VN te betrekken'. - - - Nadat Luns Savelberg bij tel. no 27 geïnstrueerd had  opnieuw druk op Navo-partener Turkije uit te oefenen om Nederland positief te steunen, seinde Savelberg op 30 nov. onder no 17 o.m., dat hij de kwestie besprak met Zorlu, die zei 'dat het Turkse standpunt inhield, dat het Nederland alleen dan positief zou steunen als onthouding gevaarlijk zou worden voor Nederland. Deze houding wordt aangenomen om de Turkse goodwill bij de Moslim-landen niet nodeloos te verzwakken'. T.a.p.

Op 24 nov. seinde Lovink onder no 24 uit Ottawa dat bij de leidinggevende ambtenaren van External Affairs 'veel begrip en belangstelling bestaat voor het Nederlandse standpunt met betrekking tot Nieuw-Guinea, hetgeen bevestigd werd bij de ingevolge uw opdracht ondernomen demarche onder mededeling, dat Pearson zelf naar New York gaat en hierover overleg zal plegen met Martin. Daarbij zou aan het Nederlandse verzoek volle aandacht worden geschonken. Zonder het belang van de kwestie Nieuw-Guinea zelf te willen onderschatten, wordt dit probleem hier in de eerste plaats gezien tegen de achtergrond van het huidige conflict. in de Verenigde Naties tengevolge van de houding van zogenaamde anti-koloniale naties, waarvan een verlammende werking dreigt uit te gaan op de activiteit van de organisatie. Hoewel geen definitieve toezegging werd gedaan, werd verzekerd, dat in verband met het bovenstaande Nederland ten aanzien van de behandeling van de Nieuw-Guineakwestie, voor zover deze behandeling in het kader van de huidige problemen, zoals Cyprus en Noord-Afrika, wordt gebracht, op de steun van Canada kan rekenen.' T.a.p.
    In reactie op dit telegram seinden Beyen/Luns op 29 nov. onder no 21 aan Lovink dat hij de Canadese ambassadeur, Stone, bij zich ontboden had en deze nadrukkelijk had verzocht  zich onmiddellijk tot zijn regering te wenden en op volledige steun van Canada tegen íedere resolutie aan te dringen. Stone zegde dit toe en deed mij later voorlezing van zijn zeer krachtig telegram aan Paerson.' T.a.p.
Zie ook 5707: Delegatie New York 54
PDF afbeelding (206 KB)