Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 6142

Nummer 6142
Datum 11-1-1958
Soort codetelegram(men)
Kenmerk Hasselman 171; Hasselman 316
Opschrift/Bijlage(n)
Verzender(s) Hasselman, A.H. (info)
Ontvanger(s) Luns, J.M.A.H. (info)
Plaats van opmaak Djakarta
Plaats van bestemming Den Haag
Bewaarplaats Archief ministerie van Buitenlandse Zaken
Bestand archief BZ, ingekomen codetel. Djakarta 1958
Dossiernummer
Trefwoorden Achmad Husein, lt.-kolonel TNI, territoriaal commandant Midden-Sumatra, tevens voorzitter Bantengraad
barterhandel
blokkade
China, Chinezen, houding/positie van -
Dachlan Djambek, kolonel TNI
Islam
Joegoslavië/Zuidslavië, houding/positie van -
Lubis, Zulkifli, lt.-kolonel TNI, wnd. chef staf landmacht
Masjumi, Madjelis Sjura Moslimin Indonesia
Menado/Minahassa/Noord-Celebes
Natsir, M., minister-president van Indonesië 9/'50-4/'51
pers/publieke opinie, Australische
pers/publieke opinie, Indonesische
pers/publieke opinie, Nederlandse
PRRI, Pemerintah Revolusioner Republik Indonesia op Sumatra
PSI, Partai Sosialis Indonesia
Rasjid, (wnd.) secretaris-generaal van het ministerie van Buitenlandse Zaken van Indonesië; ambassadeur te Rome en te Bern
seperatistische/opstandige bewegingen in de buitengewesten; zie ook Makassaraffaire(s); Molukkenopstand; PPRI en Permesta-affaire
Simbolon, kolonel TNI, commandant Territorium I (Noord-en Midden-Sumatra )
Sjafruddin Prawiranegara (Masjumi), minister van Financiën '51, president van de Bank Indonesia '51-58, hoofd van de PRII
strijdkrachten, Indonesische, politieke conflicten binnen de/met de -
Sukarno, positie/houding van -
Sumatra
Sumatra, Midden -/Padang; zie ook Achmad Husein, kolonel etc.
Sumatra, Oost -/Medan
Sumitro Djojohadikusumo (PSI), minister van Economische Zaken '52-'53; van Financiën '55-'56; lid van de PRRI
Sumual, Ventje, lt. kolonel TNI, leider Permesta
wapen(s)/oorlogsmateriaal, -transacties/embargo op -/vergunningen voor - voor Indonesië
Annotatie Telegram Hasselman 316 is gedateerd 22 jan. 1958. T.a.p.

inleidende noot:
Met betrekking tot de politieke situatie in Indonesië had Luns op 8 jan. onder no 10 aan Van Roijen geseind, met machiging dit aan 'uw CIA-relatie mede te delen':  'Uit zeer geheime, betrouwbare bron werd de volgende visie vernomen van een vooraanstaand Indonesiër met goede relaties in politieke kringen: "Het oppositiefront begint bij het leger. De rebellerende legercommandanten in de buitengewesten vormen er de kern van. Er zijn vertakkingen in de partijpolitieke kringen. Sjahrir is van dit front het actieve centrum, Hatta de vaandeldrager. Maar Hatta heeft gefaald door niet scherp vast te houden aan de scherp geformuleerde voorstellen der legercommandanten, doch zinloze compromisformules te aanvaarden telkens als men op verzet van Sukarno stuitte. Hierdoor hebben de buitengewesten hun respect voor Hatta ten dele verloren - - -. Ook de centrale legerleiding is van mening dat de huidige politiek van Sukarno en het eigenmachtig optreden van de Sobsi tegen de Nederlanders fataal zijn, maar vindt hardhandig optreden nog niet nodig. Hoewel de angst voor het communisme groeit is er niemand die doorbijt. - - - De stemming onder de leidende figuren is mat. Men troost zich nog ver af te zijn van de armoede tijdens de Japanse bezetting. De buitengewesten daarentegen hebben op basis van hun barterhandel een soort begin van nieuwe welvaart geschapen. Hussein (Midden-Sumatra) heeft volstaan met de Nederlandse bedrijfsleiders mede te delen dat hun bedrijven onder militaire controle waren gesteld en het bij deze formule gelaten. Toch betekent dit niet dat de legercommandanten de oude positie van het Nederlandse bedrijfsleven willen handhaven. Hun gedachten gaan in de richting van een partnership met reële Indonesische zeggenschap en ook winstdeling. Onder geen omstandigheid is volledig herstel van de oude toestand te verwachten waarin het aandeel van het Nederlandse bedrijfsleven in de Indonesische economie overheersend was".'  Archief BZ, ingekomen codetel. Djakarta 1958.'

noot bij Hasselman 171, vierde alinea:
Op 14 jan. seinde Van Roijen onder no 351: 'Vervolge mijn voorgaande rapportage inzake bijeenkomst commandanten Buiteneilanden.
Medewerker vernam van het u bekende [CIA]contact dat diens inlichtingen luiden dat de bewuste bijeenkomst inderdaad heeft plaats gehad, niet in Padang zelf doch in een klein dorp daarbuiten. Voorshands is slechts bekend dat er zou zijn overwogen een nieuwe staat te stichten (uw gedachte van een vrij Indonesië!) en een provisionele regering te vormen. De meningen zouden echter verdeeld zijn geweest over de snelheid van te ondernemen actie. Enkele leiders wilden nl. onmiddellijk het besluit ten uitvoer brengen, terwijl anderen prefereerden nog te wachten. Bijna alle militaire opstandscommandanten zouden daar aanwezig geweest zijn inclusief Ventje Sumual; voorts zouden ook Mohamad Natsir en Sjafruddin Prawiranegara de bijeenkomst hebben bijgewoond. Niet is bekend welke personen voor onmiddellijke en welke voor latere actie zouden zijn geporteerd. Bovenstaande inlichtingen werden verkregen avant ontvangst Hasselman 171.'  Archief BZ, ingekomen codetel. Washington 1958.
Zie ook 6183: Van Roijen 1; Van Roijen 5
6300: Van Roijen 103
6303: Hasselman 104
PDF afbeelding (561 KB)