Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 6374

Nummer 6374
Datum 1-7-1958
Soort codetelegram(men)
Kenmerk Celer 237
Opschrift/Bijlage(n)
Verzender(s) ministerie van Buitenlandse zaken (info)
Ontvanger(s) Roijen, J.H. van (info)
Plaats van opmaak Den Haag
Plaats van bestemming Washington
Bewaarplaats Archief ministerie van Buitenlandse Zaken
Bestand archief BZ, uitgaande codetel. Washington 1958
Dossiernummer
Trefwoorden communisme
Djuanda, minister van Verkeer tot 7/'53; minister-president 4/'57-'58; vanaf '58: eerste minister onder 'premier' Sukarno
Indonesië, politieke/bestuurlijke aangelegenheden in -
Irian-(strijd)corpsen van Indonesië/ Badan Perdjuangan Irian; Gerakan Tjenderawasi Irian Barat/Nat. Front ter bevrijding van Irian; West-Irian Pioneers Corps e.a.; zie ook Bureau West-Irian
kabinet/-scrises/-sformaties, Indonesische -
Nasution, Abdul Harris, kolonel/lt.-generaal TNI, chef staf '55-'62, minister van Defensie '59-'66
NG, aanval op -
NG-kwestie, algemeen (= conflict over de status van NG tussen Nederland en Indonesië)
NU, Nahdatul Ulama
Silas Papare
Sukarno, positie/houding van -
Sultan van Djokja, Hamengku Buwono IX, minister van Defensie 12/'49-9/'50, 4/'52-8/'53
Suprajogi, kolonel TNI, minister van Economische Stabilisatie; - van Productie
Underhill, Francis T., Officer in Charge of Indonesian-Pacific Islands Affairs St. Dept.
Yamin, M.*
Annotatie noot bij 'uw 524':
Onder dit nummer had Van Voorst op 1 juli een verslag van een gesprek van een van zijn medewerkers met een Benelux-desk en een Indonesië Desk-ambtenaar van het State Department over de nieuwe leden van het Indonesische kabinet aan Luns doorgeseind. Samengevat luidde de conclusie van de 'State'-ambtenaren, dat het resultaat, hoewel teleurstellend, wel meeviel. Yamin was weliswaar 'anti Nieuw-Guinea' doch 'een oude man. Wij vragen ons af of hij nog de energie bezit van het begin van de jaren 50.'
Ook over Wahib Wahab, zoon van de Nahdatul Ulama-leider en de onbekende Muljomiseno maakte men zich geen zorgen, terwijl de benoeming van Suprajogi door hen bepaald als 'een gunstig teken' werd gezien, 'als het toegeven van Sukarno aan pressie van legerzijde om het leger een stem in het regeringskapittel te geven'. Ook de weigering van de Sultan om zitting te nemen in het aangevulde kabinet hoefde volgens deze ambtenaren niet ongunstig te worden uitgelegd, Ze hielden het voor mogelijk dat de Sultan t.z.t. de door Djuanda waargenomen post van minister van Defensie zou overnemen.
Tenslotte werd de opheffing van het miniserie van Volksenergie  door hen 'als een belangrijk lichtpunt beschouwd. Dit ministerie bestond  - - - uit een groot aantal communisten, velen waarvan zelfs geen salaris toucheerden en con amore officiële agitatie voerden als het organiseren van spontane betogingen.' Archief BZ, ingekomen codetel. Washington 1958.
Zie ook 6373: Hasselman 1270; Hasselman 1281
6378: Lovink 105; Lovink 106; Lovink 107
PDF afbeelding (225 KB)