Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 6654

Nummer 6654
Datum 19-9-1959
Soort codetelegram(men)
Kenmerk Celer 350
Opschrift/Bijlage(n)
Verzender(s) ministerie van Buitenlandse zaken (info)
Ontvanger(s) Hasselman, A.H. (info)
Plaats van opmaak Den Haag
Plaats van bestemming Djakarta
Bewaarplaats Archief ministerie van Buitenlandse Zaken
Bestand archief BZ, uitgaande codetel. Djakarta 1959
Dossiernummer
Trefwoorden Ali Sastroamidjojo (PNI), ambassadeur van Indonesië te Washington '50-'53; minister-president van Indonesië 8/'53-8/'55; 3/'56-4/'57
Indonesië, Buitenlandse Dienst van -
Luns, J.M.A.H.*
Maramis, A.A., diplomatie vertegenwoordiger van Indonesië te Den haag; ambassadeur te Bonn
Subandrio*
subversie/spionnage/sabotage/corruptie
Sudjarwo Tjondronegoro, vertegenwoordiger van Indonesië bij VN '53- '57; vanaf '57 chef directie Europa van het ministerie van Buitenlandse Zaken; vanaf okt. '63 hoofd Indonesische Liaison Mission te Hollandia
Sumitro Djojohadikusumo (PSI), minister van Economische Zaken '52-'53; van Financiën '55-'56; lid van de PRRI
Warouw, J., kolonel TNI, commandant Makassar; militair attaché
Annotatie inleidende noot;
Op 8 sept. had Hasselman onder no 578 geseind, dat hij 'op receptie gisterenavond voor het eerst sedert vele maanden door Subandrio [werd] aangesproken op zeer vriendelijke en hartelijke wijze. Ik vertelde hem dat ik vermoedelijk in de loop van de volgende maand zou worden teruggeroepen. Hij betreurde dit ten zeerste. In het persoonlijke vlak waren onze relaties steeds zo voortreffelijk geweest etc. etc. Hij moest mij echter vertellen dat Maramis hand had gelegd op document afkomstig van rebellen. Uit dit stuk zou blijken dat uwe excellentie persoonlijk te eniger tijd voor mei bespreking had gehad met Sumitro. Ook bleek uit dit document dat de Handelsbank Overseas 2,5 miljoen gulden had aangeboden dan wel gegeven aan de rebellen. Ten slotte zouden de rebellen thans hun hoofdkwartier in Nederland hebben. Ik heb Subandrio gezegd van dit alles niet te weten doch het aan u te zullen doorgeven. Inmiddels meende ik reeds thans op eigen gezag te mogen ontkennen dat u enig persoonlijk contact met de rebellen zou hebben gehad. Voor het optreden van de Handelsbank dragen wij uiteraard generlei verantwoordelijkheid. Dat de Nederlandse regering politieke activiteiten van Indonesische rebellen of van andere buitenlanders in Nederland zelf zou toestaan, kon ik mij niet voorstellen. Subandrio was nog doende de betrouwbaarheid van deze berichten na te gaan doch indien deze juist zouden zijn zou hij genoodzaakt zijn hierop in de pers fel te reageren. Hij zei mij nog dat het in de bedoeling lag Maramis binnenkort te vervangen.' Archief BZ, ingekomen codetel. Djakarta 1959.
      In reactie hierop had Buitelandse Zaken op 17 sept. onder no Celer 48 geseind: 'Maramis verzekerde, sprekende als privé-persoon tegenover Blom, generlei document als door Subandrio bedoeld aan Djakarta te hebben gezonden en dat inhoud voor hem nieuw was. Gelieve deze mededeling te uwer strikt persoonlijke kennisneming te beschouwen. Uitvoerig verslag volgt' - - -. Archief BZ, uitgaande codetel. Djakarta 1959.
Zie ook 6661: Hasselman 618; Hasselman 619
PDF afbeelding (159 KB)