Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 6762

Nummer 6762
Datum 5-2-1959
Soort codetelegram(men)
Kenmerk Lovink 16
Opschrift/Bijlage(n)
Verzender(s) Lovink, A.H.J. (info)
Ontvanger(s) Luns, J.M.A.H. (info)
Plaats van opmaak Canberra
Plaats van bestemming Den Haag
Bewaarplaats Archief ministerie van Buitenlandse Zaken
Bestand archief BZ, GS 1955-1964
Dossiernummer 1603
Trefwoorden Afro-Aziatisch(e) blok/conferenties/landen
Amerika, houding/positie van -
Amerika, militaire steun van - aan Nederland
Casey, Robert G., minister van Buitenlandse Zaken van Australië '51-'60
Internationaal Gerechtshof
McIntyre, Sir Laurence R., ambassadeur van Australië te Djakarta; daarna te Tokio
NG, Nederlands-Australische bestuurlijke/militaire samenwerking inzake -
NG-kwestie in de vergaderingen van de Verenigde Naties
pers/publieke opinie, Nederlandse
Plimsoll, J., Assistent Secretary for Pacific, American, South - and Southeast Asian Affairs van het ministerie van Buitenlandse Zaken van Australië; vertegenwoordiger in de VN
Selwin Lloyd, J. Selwyn Brooke, UK Secretary of State for Foreign Affairs '55-'60,
Subandrio*
Verenigd Koninkrijk, houding/positie van -
Annotatie noot bij 'referte mijn 12': zie de annotatie van recordnummer 6739.

slotnoot:
Op 7 feb. seinde Luns onder no 19, dat hij 'naar aanleiding van opmerking van Casey en Plimsoll, dat gevolgen inmenging wellicht minder ernstig dan door Nederland gevreesd,- - -  bespreking tussen Casey en mij [Luns] van 29 aug. 1958 in herinnering [zou willen] brengen [verslag in Celer 99 in recordnummer 6420]. Wij kwamen tóen tot de conclusie dat, zelfs al zouden bepaalde landen willen medewerken in voor Nederland gunstige zin, men er niet in zou slagen de noodzakelijke 2/3 meerderheid  tégen Indonesië  gerichte actie te behalen, gezien de tegenwerking der AA-landen en het communistische blok. Het gaat niet om 2/3 meerderheid       tégen ons maar vóór ons en  tégen Indonesië. Die zouden we nodig hebben. Overigens zou de kwestie in eerste instantie niet voor de Assemblée maar voor de Veiligheidsraad komen. Intussen is de vraag of er in de VN al dan niet een meerderheid tegen Nederland of Indonesië kan worden gevonden van secundair belang. In geval van een gewapend conflict rond Nieuw-Guinea komt immers de Nieuw-Guineazaak hoe dan ook in de VN ter tafel als urgent politiek probleem, met alle risico's daarvan voor de toekomst van het gebied. Van primair belang blijft dus het voorkomen van een aanval, ook om een inmenging van de VN te ontgaan. Wellicht vindt u de gelegenheid het bovenstaande nog eens naar voren te brengen.' T.a.p.
Zie ook 6420: Luns 99
6739: Lovink 30; Lovink 31
PDF afbeelding (98 KB)