Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 6999

Nummer 6999
Datum 7-11-1960
Soort codetelegram(men)
Kenmerk Schürmann 500
Opschrift/Bijlage(n)
Verzender(s) Schürmann, C.W.A. (info)
Ontvanger(s) Luns, J.M.A.H. (info)
Plaats van opmaak New York
Plaats van bestemming Den Haag
Bewaarplaats Archief ministerie van Buitenlandse Zaken
Bestand archief BZ, GS 1955-1964
Dossiernummer 1616
Trefwoorden Afro-Aziatisch(e) blok/conferenties/landen
NG, positie/houding Papoea's op -
NG-kwestie in de vergaderingen van de Verenigde Naties
Sovjetunie, houding/positie van -; zie ook Oostbloklanden
voorlichting/propaganda/publicatie/verklaring/communiqué, Nederlandse
zelfbeschikkingsrecht
Annotatie inleidende noot:
Op 1 nov. had Schürmann onder verwijzing naar Luns 156 onder no 487 o.m. geseind, dat verwacht werd dat 'het Sovjetagendapunt inzake kolonialisme eerst einde volgende week in behandeling zal komen. Over dit punt zullen uiteraard vele sprekers het woord voeren en het lijkt aangewezen dat ook Nederland als een van de weinige nog overgebleven beherende mogendheden dan daarbij zal spreken. De hoofdinhoud van de Nederlandse rede zal betrekking moeten hebben op de door de Sovjet-Unie voorgestelde verklaring alsmede op een eventueel nog van Afro-Aziatische zijde over dit onderwerp in te dienen ontwerpresolutie. - - - Daar
p r i m o          nog niet vaststaat welke resoluties ter tafel zullen liggen;
s e c u n d o   nog geen definitief overleg met de andere beherende mogendheden heeft plaatsgevonden over de houding die wij daartegenover zullen innemen (behalve dat er een algemene neiging is om zo enigszins mogelijk te stemmen voor AA-voorstellen als die niet te onredelijk zijn) en
t e r t i o         uiteraard nog niet bekend is wat Indonesië gaat zeggen,
valt het mij op dit moment moeilijk een concept-verklaring als door u bedoeld op te stellen. Gezien het grote aantal te verwachten sprekers geloof ik dat er nog voldoende tijd zal zijn om, terstond nadat Indonesië heeft gesproken, een antwoord te concipiëren hetwelk dan voordat het wordt uitgesproken nog aan de ministerraad kan worden voorgelegd.' - - -  Archief BZ, GS 1955-1964 no 1616.
       Op 3 nov. antwoordde Luns onder no 161: 'Met u ben ik van mening dat het wenselijk is dat u in de debatten over het Sovjetagendapunt inzake het kolonialisme eerst het woord voert
n a  een eventuele Indonesische interventie. Hoewel ik besef, dat in dat geval uw verklaring zal moeten zijn afgestemd op de Indonesische geef ik er toch de voorkeur aan  v o o r  de ministerraad van vrijdag a.s. een ontwerptekst te ontvangen van dat gedeelte, dat op Nieuw-Guinea betrekking heeft. Mocht Indonesië niet het woord voeren, dan kan de tekst met eventuele amendementen ongewijzigd worden uitgesproken. ' - - - T.a.p.
      Hierop concipieerde Schürmann een concept voor een toespraak van Lúns tijdens de behandeling van het Sovjet-agandapunt 'kolonialisme', dat hij onder no Schürmann 493 op 3 nov. aan Den Haag zond.' T.a.p.
        Hierop seinde Luns op 5 nov. onder no 165: 'De ontwerptekst van uw verklaring over Nieuw-Guinea - - - beantwoordt niet geheel aan mijn bedoelingen. Mijn opzet is dat ú in dit debat het woord voert, niet ter verdediging van ons Nieuw-Guineabeleid in het algemeen, doch om te stellen dat
a. Nederland bij dit agendapunt is betrokken, omdat het nog een niet-zelfbesturend gebied beheert, te weten Nederlands-Nieuw-Guinea.
b. Nederland t.a.v. dit gebied slechts één politiek doel voor ogen staat te weten de bevolking zo spoedig mogelijk in staat te stellen haar zelfbeschikkingsrecht uit te oefenen.  - - -
c. De termijn waarop dit zal geschieden wordt bepaald door de feitelijke ontwikkeling en door de bevolking zelf. - - - .
d. Dit beleid openstaat voor internationale beoordeling en Nederland daarbij met name denkt aan VN waarop dan een herhaling van mijn verklaring in het algemeen debat kan volgen.
Zo mogelijk zou ik een nieuw ontwerp nog gaarne willen ontvangen waarbij ik begrijp dat de uiteindelijke tekst nog aan de concrete situatie moet worden aangepast.' T.a.p.              
  
Noot bij kanttekening op Schürmann 500:
Deze op 8 nov.  door Luns geplaatste kanttekening luidt: 'S, Z [Blom] en chef DIO [Meijer].  Het komt mij voor dat er in ieder geval een passage in voor dient te komen waarin onderstreept wordt dat de Papoeas  een geheel verschillend ras van de Indonesiërs zijn. Voorts ware wanneer zulks nodig is Indonesische beschuldigingen te weerleggen'. T.a.p.
      In een 10 nov.  gedateerd memorandum voor Blom merkte chef DIO op dat hij deze aantekening van Luns pas gezien had, nadat het antwoord op Schürmann 500 'ons beide reeds was gepasseerd'. Voorts, dat hij 'opneming van een formule als door Z.E. wenselijk geacht niet [zou] willen aanbevelen, tenzij dit nodig is ter weerlegging van Indonesische verwijten. Mijn advies berust op het feit dat in het gehele concept niet gerept wordt van Indonesië, het woord Indonesië komt er niet in voor en daarom schijnt mij zulk een enkele constatering niet op zijn plaats.  - - - In geval van Indonesische verwijten, ware bij Nederlands 'one single political aim, namely to enable its population to exercise as soon as possible its right of self determination'  te onderstrepen dat zelfbeschikking voor de bevolking zo belangrijk is, omdat de Papoeas een geheel van de Indonesiërs verschillend ras zijn.' T.a.p.
Dit advies werd op 11 nov. alsnog onder no Luns 174 aan Schürmann geseind. Zie recordnummer 574 bijlage.

slotnoot:
Op 10 nov. seinde Luns onder no 172 aan Schürmann dat voor het geval 'de Indonesische of een andere gedelegeerde mocht vragen wat precies bedoeld is met de passage uit mijn rede in het algemeen debat, [hij] bij wijze van voorbeelden de volgende punten [kon] noemen:
p r i m o           Nederland is bereid vrijwilig uitvoerige politieke inlichtingen over Nieuw-Guineate verschaffen en is tevens bereid over deze rapportage hetzij in Commissie 73 E, hetzij in Commissie IV een debat te aanvaarden.
s e c u n d o    Indien de VN de Nederlandse rapportage op enigerlei wijze zou willen aanvullen door zelf van onbevooroordeelde zijde een rapport over de situatie in NNG te laten uitbrengen, dan is Nederland bereid daartoe mede te werken en voorstellen van die aard in overweging te nemen.
t e r t i o            Nederland is bereid t.z.t. een uitnodiging van waarnemers van de VN bij de uitoefening van het zelfbeschikkingsrecht in overweging te nemen.' Archief BZ, uitgaande codetel. New York 1960.
Zie voor de tekst van de hierbovenvermelde rede in het algemeen debat recordnummer 566, bijlage .
Zie ook 566: Ministerraad
574: Ministerraad
6998: Schürmann 468
7001: Schürmann 579
PDF afbeelding (146 KB)