Telegrammen Van Roijen 199 en 202 zijn gedateerd 3 maart 1962. T.a.p.
inleidende noot: Op 2 maart had Van Houten onder no Celer 114 aan Luns te Washington geseind: 'Ministerraad zal morgen in licht van uw bericht beslissing nemen over zending van versterkingen (maritieme en andere). Het is derhalve zeer wenselijk dat u hierover naar aanleiding uw gesprek met Rusk een duidelijke mening seint.' Archief BZ, uitgaande codetel. Washington 1962.
noot bij van Roijen 199, p. 2, bovenaan: Op 23 nov. 1961 had Luns onder Schürmann 781 uit New York aan Buitenlandse Zaken geseind: 'Enige dagen geleden ontmoette ik aan een lunch Eugene Black die mij de indertijd door Van Roijen reeds overgebrachte reacties van minister Saleh en ambassadeur Zain [bevestigde] naar aanleiding van zijn weigering een lening aan Indonesië te verstrekken in verband met de niet-betaling van de Nederlandse schulden. Wat nieuw is was de mededeling van Black dat hij de dag daarna benaderd was door Far Eastern Department of State met een verzoek zijn beslissing te herzien "for political reasons". Hij had onmiddellijk negatief gereageerd. Zain had hem nog gezegd dat Indonesië na dit "affront" uit de bank zou treden doch dusver was zulks niet geschied.' Archief BZ, ingekomen codetel. New York 1961.