Gegevens van record 7633
Nummer | 7633 |
---|---|
Datum | 15-3-1961 |
Soort | codetelegram(men) |
Kenmerk | Bentinck 139 |
Opschrift/Bijlage(n) | opschrift: Indonesië |
Verzender(s) |
Luns, J.M.A.H.
(info)
|
Ontvanger(s) |
ministerie van Buitenlandse zaken
(info)
|
Plaats van opmaak |
Londen |
Plaats van bestemming |
Den Haag |
Bewaarplaats | Archief ministerie van Buitenlandse Zaken |
Bestand | archief BZ, ingekomen codetel. Londen 1961 |
Dossiernummer | |
Trefwoorden |
Abdul Rachman,Tengku, minister-president van Malakka Amerika, houding/positie van - arbitrage/bemiddeling/geschillenregeling/goede diensten Australië, houding/positie van - Dean, Sir Patrick, UK Deputy Under Secretary of State for Foreign Affairs diplomatieke en consulaire betrekkingen Nederland-Indonesië, Britse behartiging van de Nederlandse belangen Dulles, John Foster*, US Secretary of State '53-'59 Eisenhower, Dwight D., president van de VS '53-'61 Fry, Sir Lesley, Brits ambassadeur te Djakarta '59-'62 Hammarskjöld, Dag H.A.C., secretaris-generaal van de VN van april '53 tot sept. '61 Home, Alexander Frederick Douglas, Brits minister van Commonwealth Relations '55-'60, van Buitenlandse Zaken '60-'63 Kongo/Kongokwestie Luns, J.M.A.H., reizen van - naar/optreden van - in het buitenland McDermot, Brits ambassadeur te Djakarta; Under Secretary Far East FO Menzies, Sir Robert G., minister-president van Australië '49-'66; 4/2/'60 - 22/12/'61 tevens minister van Buitenlandse Zaken NG, bezoeken aan/missies naar - NG, bijdrage van Nederland in kosten bestuur na overdracht van - NG, trustschap over -; zie ook NG, internationalisatie bestuur van - NG-raad Rode Kruis Subandrio* Verenigde Naties, waarnemer(s)/commissie van de - naar NG v.a. medio '61; zie ook NG, bezoeken aan -/missies naar - zelfbeschikkingsrecht |
Annotatie |
noot bij 'instructie aan Van Roijen': zie recordnummer 7632. slotnoot bij s e c u n d o: Blijkens telegram Schürmann 89 van 6 maart had de Britse regering de Britse missie bij VN gevraagd 'of het wellicht nuttig zou zijn indien zijdens VK thans een stap zou worden ondernomen bij de SG ter ondersteuning van het verzoek van de Tungku.' Het negatieve antwoord van de missie hierop was volgens de zegsman van de missie ingegeven door de overweging 'dat de positie van de SG juist op dit moment (Kongo juncto Sovjetaanvallen op de SG) tot op zekere hoogte was verzwakt zodat actie zijdens de SG niet het volledige gewenste effect zou boeken.' - - - - Archief BZ, ingekomen codetel. New York 1961. Op 22 maart seinde Schürmann onder no 130, onder verwijzing naar Bentinck 139 o.m. dat de dag tevoren door de Brit 'Dean opnieuw een demarche bij Hammarskjöld [was] ondernomen op grond van de nieuwe instructies opgesteld na uw onderhoud met Lord Home. De SG heeft Dean geantwoord dat hij geen enkele mogelijkheid zag iets te doen n.a.v. het verzoek van de Tengku, gezien zijn positie als gevolg van de Russische aanvallen op zijn persoon. - - - Het hierboven weergegevene mag m.i. niet worden beschouwd als een finaal antwoord. Ik stel mij voor zelf nog de SG te gaan bezoeken.' T.a.p. Op 6 april seinde Schürmann onder no 166 echter dat Hammarskjöld 'tot zijn diepste leedwezen moest concluderen dat hij op d i t m o m e n t geen mogelijkheid zag' op de voorstellen van de Tengku in te gaan. 'De precaire positie in de Kongo liet thans niet toe dat hij een zo controversiële stap zou doen.' T.a.p. noot bij p. 4, 'het idee van Menzies': Op 14 maart had Luns onder no Bentinck 132 geseind dat hij Menzies bij een ontmoeting in Londen die dag had laten weten 'dat de Nederlandse regering van oordeel is dat m.b.t. Nederlands Nieuw-Guinea "the sands are running out" en dat wij, i.e. Australië en Nederland, er recht op hebben dat thans zeer binnenkort tegenover ons klare wijn wordt geschonken. Of het Verenigd Koninkrijk en Amerika geven de nodige garanties en steunen ons ook naar buiten óf zij dienen aan te geven welke oplossing zij de juiste achten. Een "wait and see" houding is, na de laatste daad van Sukarno, niet langer mogelijk en er dient een einde te komen aan het voortdurend ontzien van Indonesië. Ik opperde denkbeeld van besprekingen tussen Amerika, Engeland, Australië en Nederland teneinde tot een duidelijk en gezamenlijk verdedigd standpunt te komen. Menzies zeide mijn analyses te onderschrijven, hij zegde toe Lord Home onder zware druk te zetten, beaamde dat Nederland recht heeft op of duidelijke steun of het aangeven van een reëel alternatief en zeide dat hij in zijn openingsrede bij de conferentie [van de Gemenebestlanden] Nederlands standpunt over Nieuw-Guinea met kracht had uiteengezet en verdedigd. Hij vond het niet onbemoedigend dat van de zijde van de Aziatische en Afrikaanse leden van het Gemenebest geen bezwaren waren geopperd tegen de Nederlandse politiek en hij wist dat Nehru het zelfbeschikkingsrecht van de bevolking de enige juiste basis vond. Hij vroeg mij hem op de hoogte te brengen van het resultaat van mijn gesprek met Home.' Archief BZ, ingekomen codetel. Londen 1961. |
Zie ook |
7064:
Van Roijen 295; Schürmann 191
7632: Celer 40 7646: Celer 68 7664: Luns 45 |
afbeelding (414 KB) |