Instelling
Comité tot de Algemene Zaken van het Bondgenootschap te Lande
Actief vanaf 04-03-1795 tot 16-02-1798
Het Comité tot de Algemene Zaken van het Bondgenootschap te Lande zette het werk voort van de op 4 maart 1795 opgeheven Raad van State en van de thesaurier-generaal. Het Comité begrootte de niet-militaire uitgaven in een civiele lijst en de militaire uitgaven in staten van oorlog. Verder verzorgde het Comité de betalingen en hun registratie. Het droeg de verantwoordelijkheid voor de landmacht, de fortificaties, de hospitalen en voor de landelijke financiën. Het Comité voerde tot eind mei 1795 bovendien het bewind over de Generaliteitslanden.Ter vervanging van de Raad van State en van de Hoge Krijgsraad deed het departement militair van het Comité de hoge militaire rechtspraak voor het hele land, gesteund door een advocaat-fiscaal. Advies kon worden gevraagd aan 's Lands Advocaten. Na de opheffing van het Comité werd de militaire rechtspraak zelfs tijdelijk aan deze advocaten opgedragen.
Het Comité tot de Algemene Zaken van het Bondgenootschap te Lande stond achtereenvolgens onder gezag van de Staten-Generaal en daarna van de Eerste en de Tweede nationale vergadering. Daarna functioneerde het Comité nog tot 16 februari 1798 onder verantwoordelijkheid van het Provisioneel Uitvoerend Bewind. Het departement van financie (zie onder) heeft de werkzaamheden zelfs tot 1 april 1799 voortgezet, waarna de taken werden overgenomen door de Agent van Financiën.
Het Comité bestond uit eenentwintig leden. In feite werd dit aantal snel verkleind door vacatures open te laten. Het voorzitterschap rouleerde om de acht dagen. Het Comité had een algemene secretaris en een advocaat-fiscaal voor de militaire zaken. Op 3 december 1795 werd ook besloten de taken van de ontvanger-generaal van de Unie te splitsen, zodat de administratie te water afviel en alleen die te lande overbleef.
Het comité had drie departementen met elk zeven leden, een subtituut-secretaris en eigen klerken: 1) departement militair voor het leger, de voorraden en oorlog in het algemeen; 2) een departement van financie voor de gelden uit de provincies en uit de Generaliteitslanden en 3) korte tijd een departement voor de generaliteitslanden.
Op 7 maart 1795 werden vijf bureaus bij het Comité opgericht, waarvan er drie, het bureau van de infanterie, het bureau van de cavalerie en het bureau van habillement al op 18 juli 1795 werden opgeheven. Het vierde bureau, dat van de genie en artillerie, hield in 1796 op te bestaan. Een bureau van gezondheid werd opgericht op 23 september 1795. Korte tijd, van 14 oktober 1795 tot 1 januari 1797 bestond er ook een bureau der generaals ten dienste van de generaals te velde. Nadat het al vanaf begin juli 1795 had gefunctioneerd werd op 10 december van dat jaar het bureau tot de expeditie van de militaire zaken formeel opgericht. Op 12 december 1797 is het opgeheven en de werkzaamheden overgeheveld naar de algemene secretarie van het Comité. Van maart 1795 tot in 1797 was er een afzonderlijke directeur van de militaire plans en kaarten.
Enkele bureaus met speciale taken zijn, ook los van het Comité, blijven bestaan totdat het werk was afgedaan. In verband met de opheffing van het staatse leger functioneerde van september 1795 tot in 1801 het Bureau van Liquidatie van de Oude Armée. Ter vervanging van de particuliere solliciteurs die aan de onderdelen van het staatse leger uitbetaling hadden gedaan, werd in juli 1795 het Bureau van betaling van de Nationale Armée opgericht, dat pas in 1806 zou worden opgeheven. Ook de Franse troepen werden uitbetaald via een bureau, namelijk het Commissariaat van de Franse troepen in soldij van de Bataafse Republiek (zie aldaar).
- Archief van de Eerste commissaris voor de Franse troepen in dienst van de Bataafse Republiek
- Archief van het Ministerie van Oorlog 1798-1810 (1813), archieven van individuele officieren van het leger
- Archieven van het Comité tot de Algemene Zaken van het Bondgenootschap te lande 1795-1798
- Klapper en inventaris van de stamboeken, naamlijsten, conduite- en pensioenstaten van officieren, onderofficieren en minderen der Landmacht 1795-1813, Supplement A-E
- Klapper en inventaris van de stamboeken, naamlijsten, conduite- en pensioenstaten van officieren, onderofficieren en minderen der Landmacht 1795-1813, Supplement F-K
- Klapper en inventaris van de stamboeken, naamlijsten, conduite- en pensioenstaten van officieren, onderofficieren en minderen der Landmacht 1795-1813, Supplement L-Q
- Klapper en inventaris van de stamboeken, naamlijsten, conduite- en pensioenstaten van offiieren, onderofficieren en minderen der Landmacht 1795-1813, Supplement R-Z
- Klapper en inventaris van de stamboeken,naamlijsten, conduite- en pensioenstaten van officieren, onderofficieren en minderen der Landmacht 1795-1813, Supplement. Aanvulling en errata
- Klapper op de overlijdensacten van Nederlandse soldaten in Franse krijgsdienst 1792-1815
- Klapper op de Pensioenregisters van militairen van de landmacht, weduwen en wezen 1795-1810
- Klapper op de stamboeken van offiieren, onderofficieren en minderen der landmacht, 1795-1813 A-G
- Klapper op de stamboeken van offiieren, onderofficieren en minderen der landmacht, 1795-1813 H-O
- Klapper op de stamboeken van offiieren, onderofficieren en minderen der landmacht, 1795-1813 P-Z
- offiieren van de Franse, Bataafse en koninklijke armée 1793-1813
- Stamboeken, naamlijsten, conduitestaten en pensioenstaten van officieren en minderen van de landmacht 1795-1813
De voornaamste bij deze instelling betrokken personen (links naar Repertorium applicatie):
- Abbema, Andries Sijbrand als lid
- Andreae, Daniël Hermanus Beucker als substituut-secretaris
- Bois, Du als substituut-secretaris
- Booy, Adriaan als commies
- Bruyn, Jacobus Nicolaas de als lid
- Donker Curtius, Boudewijn als secretaris
- Fokker, Johan Pieter als lid
- Folkers, Willem als lid
- Gockinga, Scato François als lid
- Grasveld, Carel Hendrik van als lid
- Haeften, Jacob van als lid
- Haersolte, Johan Willem Simon van als lid
- Heldewier, Daniël Michiel Gijsbert als lid
- Helmcke, Hendrik François als substituut-secretaris
- Hoynck van Papendrecht, Anthony als substituut-secretaris
- Huber, Johannes Lambertus als lid
- Hylckama, Johan Petrus van als lid
- Jordens, Gerlof Jacob als substituut-secretaris
- Jordens, Gerrit David als substituut-secretaris
- Kasteele, Pieter Leonard van de als lid
- Kleffens, Reinder van als lid
- Kuffeler, Joan van als lid
- Lammens, Adriaan François als lid
- Lestevenon, Willem Anne als lid
- Lewe van Aduard, Otto als lid
- Leyden, Frédéric Auguste van als lid
- Lichtenbergh, Carel Johan van als lid
- Lidt de Jeude, Johan Richardt van als lid
- Loncq, Gozewijn Jan als lid
- Modderman, Tonco als lid
- Oldenbarneveld genaamd Tulling, Johan Gerard van als advocaat-fiscaal
- Ondaatje, Pieter Philip Juriaan Quint als substituut-secretaris
- Pijman, Gerrit Jan als lid
- Pous, Herman Jacob Stavenisse als lid
- Queysen, Willem als lid
- Rambonnet, Frédéric Louis als lid
- Scheltema, Jacobus als lid
- Schultens, J.J. als substituut-secretaris
- Siderius, Meinardus als lid
- Sitter, Albert Johan de als lid
- Sonsbeeck, Leonard Constantijn van als substituut-secretaris
- Strick van Linschoten, Andries Jan als lid
- Thomassen à Thuessink, David als lid
- Tour, Daniël Pompejus du als commies
- Vegelin van Claerbergen, Assuerus als lid
- Vos van Steenwijk, Godert Willem de als lid
- Wildrik, Berend als lid
- Wopkens, Wopke Klazes als lid