Instelling
Ministère de la Police Générale
Actief vanaf 01-01-1811 tot 20-11-1813
Tot de taken van de Ministre de la Police Générale behoorde de handhaving van orde en zekerheid in het Keizerrijk, toezicht op het vreemdelingenverkeer, toezicht op de boekhandel, de drukkerijen, de schouwburgen en de tijdschriften en toezicht op het geldwezen. Met de minister werkten drie conseillers d' état en een maître des requêtes samen. Ze hadden elk de leiding in één van vier arrondissementen, die waren samengesteld uit een aantal Departementen. Het grondgebied van Holland viel onder het eerste arrondissement. Onder onmiddellijke verantwoordelijkheid van de Ministre stonden vijf directeurs-généraux, een in Turijn, een in Rome, een in Toscane, een in Hamburg en een in Hollande (zie afzonderlijke beschrijving van de Direction-Générale de la Police en Hollande)
Tot de organisatie van het Ministère behoorden: 1) secrétariat général; 2) bureau des pièces de théatre, de l' imprimerie et de la librairie; 3) première division (staatsveiligheid, gevangenissen); 4) deuxième division (contacten met sénat in zaken van individuele vrijheid en persvrijheid; amnestie); 5) troisième division (toezicht boekhandel, toneel, tijdschriften); 6) quatrième division (toezicht op de financiële wereld); 7) cinquième division (eigen financiën van het ministère); 7) archives; 8) chefs des bureaux de messieurs des conseillers d' état et maître des requêtes (per arrondissement een bureau).
De voornaamste bij deze instelling betrokken personen (links naar Repertorium applicatie):