Onderzoeksgids Bestuur en administratie van de Bataafs Franse tijd 1795-1813

 
English | Nederlands

Instelling

Departementaal Gerechtshof van Utrecht (1802-1811)


Actief vanaf --1802 tot -03-1811

Aantekeningen:

De staatsregeling van 1801 voorzag in een Nationaal Gerechtshof, dat zou dienen als hof van cassatie voor de gehele republiek. De bestaande gerechtshoven in de departementen behielden in afwachting van een nieuwe codificatie hun eigen jurisdictie, maar nu dus met de mogelijkheid van cassatie.

Het Departementaal Gerechtshof van Utrecht telde negen raadsheren, tussen 1802 en 1805 benoemd door het Departementaal Bestuur, daarna door de Raadpensionaris en later door de Koning uit een nominatie van vier personen. Deze nominatie werd voor de helft door het Departementale bestuur en voor de helft door het Departementaal Gerechtshof bepaald. De procureur-generaal werd op voordracht van het Departementaal Bestuur benoemd, eerst door het Staatsbewind, later door de Raadpensionaris respectievelijk de Koning.


Wetgeving:

1801/10/16 Staatsregeling van het Bataafse Volk. meer informatie



Literatuur:

Boven, M.W. van, De rechterlijke instellingen ter discussie. De geschiedenis van de wetgeving op de rechterlijke organisatie in de periode 1795-1811. Nijmegen, 1990.
Greeven, J., Het Staatsbestuur der Bataafsche Republiek in zijn wetgevende, uitvoerende en rechterlijke magt. Volgens de jongste Staatsregeling in den jaare 1801 aangenomen, en na aanleiding der reglementen en instructiƫn voor de geconstitueerde magten en authoriteiten kortelijk beschreven. 2 dln. Amsterdam, 1802-1803.
Pot, C.W. van der, Bestuurs- en rechtsinstellingen der Nederlandse Provinciƫn. Zwolle, 1949.
Vrugt, M. van der, "Het Hof van Utrecht (1530-1811)" in: Duizend jaar Utrechtse rechtspraak. Van Sint-Paulusabdij tot Hamburgerstraat (Deventer, 2000) p. 63-93.