Instelling
Cour de Cassation
Actief vanaf 01-03-1811 tot 20-11-1813
Het Cour de Cassation hield toezicht op de gerechtshoven, op de criminele rechtspraak en op de rechtspraak in laatste instantie, waarbij de vonnissen werden getoetst aan de voorgeschreven procedure en aan de verenigbaarheid met de wet.
Het Cour bestond uit een eerste president en twee presidenten, die werden benoemd door de Keizer. De vijfenveertig overige rechters werden voor het leven benoemd door de Sénat uit een voordracht van drie personen door de Keizer.
Het Cour de Cassation werkte in drie secties, een section des requêtes, een section de cassation criminelle en een section de cassation civile. Bij keizerlijk decreet van 9 juli 1810 inzake de inlijving van Holland in het keizerrijk werd bepaald dat Holland twee rechters in het Cour de Cassation zou hebben. In de praktijk waren het er drie.
De voornaamste bij deze instelling betrokken personen (links naar Repertorium applicatie):
- Barris, Pierre-Joseph-Paul als président de la section de Cassation Criminelle
- Bye, Pieter Jacob de als conseiller
- Henrion, Pierre-Paul-Nicolas als président de la section des requêtes
- Merlin de Douai, Philippe-Antoine als procureur-général-impérial
- Mourre, Joseph-Henri-Grégoire als président de la section de cassation civile
- Muraire, Honoré als premier président
- Reuvens, Jan Everard als conseiller
- Toulon, Lodewijk van als conseiller