5
Naar aanleiding van de declaratie van de
Generaliteitsmuntkamer
wordt gerapporteerd dat de generaalmeesters alle dagen in drie jaar en vier maanden als vacatiedagen beschouwen en dat uit diezelfde periode
Nispen ook al zeventien maanden heeft opgevoerd in een eerder
ingediende declaratie van verrichte werkzaamheden inzake het goud-
en
zilverdraadwerk.
Rantwyck,
Van der Meer,
Rode en
thesaurier-generaal
De Bie, 1
april 1625
gecommitteerd tot het onderzoek van de laatstgenoemde declaratie,
zullen nagaan of de daggelden toen zijn geschrapt dan wel geheel
of
gedeeltelijk zijn toegekend. Afhankelijk van de uitkomst zal dan
over
de daggelden uit de tweede declaratie van
Nispen
c.s. besloten worden. Tevens hebben HHM besloten de declaratie
niet
te
sluiten totdat zij van griffier
Aerssens hebben
vernomen hoe het zit met de door de generaalmeesters gelichte
cisailles en essays.