1
Ter vergadering dienen de gecommitteerden van de
Admiraliteit te Rotterdam
en
in Zeeland
de summiere staten in van hun ontvangsten uit de konvooien en licenten over het jaar 1628. De gecommitteerden van de
Admiraliteit te Amsterdam
, ook aanwezig, beloven dit morgen te doen. Deze vormt de basis voor de repartitie van het subsidie van twee miljoen die door de provincies is toegekend voor de oorlog te water. De gecommitteerden van Rotterdam klagen over de vorige repartitie van de twee miljoen, daarin bijgevallen door hun collega's uit Zeeland. Ten tweede toont de Admiraliteit te Rotterdam een door de vijand ingestelde lijst waarin de invoer van haring, vis, olie, zout en kaas zwaar wordt belast. Ten derde bevelen alle gecommitteerden de repartitie van de oude Admiraliteitsschulden aan, aangezien bij verder uitstel of uitblijven daarvan het niet langer mogelijk zal zijn een ordelijk beleid te voeren. Ten vierde bevelen ze een verbod aan op de uitvoer van schijfgaren, kabel en ander geslagen want, en een herziening van de voering voor bootsgezellen op de koopvaardij.
Op het eerste punt wachten HHM op de staat van ontvangsten van de Admiraliteit te Amsterdam. De heren van
Holland vragen daarnaast een kopie van de lijst van de vijand. HHM
verklaren verder dat aan de repartitie van de oude schulden gewerkt
wordt. Op het vierde en laatste punt laten de gedeputeerden van
Holland weten dat zij daarmee nog niet klaar
zijn.