© Huygens ING - Amsterdam. Bronvermelding: W.F. Lichtenauer, 'Ernste, Jan Willem (1899-1971)', in Biografisch Woordenboek van Nederland. URL:http://resources.huygens.knaw.nl/bwn1880-2000/lemmata/bwn2/ernste [12-11-2013]
ERNSTE, Jan Willem (1899-1971)
Ernste, Jan Willem, ingenieur en industrieel (Amsterdam 8-5-1899 - Arnhem 8-10-1971). Zoon van Jan Willem Gijsbertus Ernste, machineconstructeur, en Margaretha Sara van Golberdinge. Gehuwd op 24-12-1924 met Magdalena van Os. Uit dit huwelijk werden 3 dochters geboren.
Ernste deed eindexamen HBS in Alkmaar in 1917, voltooide zijn studie aan de Technische Hoogeschool te Delft en vertrok daarna als 25-jarige werktuigkundig ingenieur in dienst van de Bataafsche Petroleum Maatschappij naar Nederlands-Indië. Zowel daar als in Mexico, waar hij tussentijds (van 1936 tot 1938) verbleef, bleken zijn leidinggevende capaciteiten. Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog riep zijn werkgeefster hem naar Londen; na de bevrijding zette hij op het centrale kantoor te 's-Gravenhage zijn loopbaan als chef van de technische afdeling van de Koninklijke Shell voort. In 1951 werd hij belast met de ontwikkeling van de industriële activiteit van het concern in het gebied van de Nieuwe Waterweg. Als directeur van de Shell Nederland Raffinaderij NV en van Shell Nederland Chemie NV, beide te Pernis, en sinds 1959 in de hoedanigheid van directeur van Shell Nederland NV maakte hij de vestiging van de onderneming tot het grootste raffinaderijcomplex van Europa. De chemische industrie, die daar ter plaatse nog in een pril stadium verkeerde, kwam door zijn stimulerende geestdrift tot een machtige ontwikkeling. Daardoor heeft Ernste er krachtig toe bijgedragen Rotterdam van een in hoofdzaak op transito aangewezen haven tot een industriehaven te doen uitgroeien. Het aanvankelijk nog vage begrip Europoort kreeg gestalte door zijn stuwkracht. Hij was als bezeten door zijn hartstocht voor het bouwen in grote stijl en vereenzelvigde zich als het ware met de door hem geïnspireerde enorme industriële werken. Dit was mogelijk doordat deze uitzonderlijke begaafde technicus ook veel begrip had voor economische problemen en steeds blijk gaf van een grote visie op de toekomst, die hij ter plaatse grotendeels zelf heeft gemaakt. Door zijn energie en werkkracht en zijn dominerend optreden was hij in de omgang niet steeds gemakkelijk te begrijpen, doch ook bij botsing van inzichten toonde hij zich een goed mens, die in staat bleek te zijn moeilijkheden van verschillende zijden te bekijken en daardoor op te lossen.
Rotterdam heeft op een breed vlak van zijn gaven profijt gehad. Als lid van de Kamer van Koophandel & Fabrieken voor Rotterdam sedert 1952 had Ernste een sleutelpositie. Die leidde tot een voorzitterschap van het bestuur van de Stichting E'55, de Nationale Energie Manifestatie, die in de Maasstad de wederopbouw van het geschonden vaderland onderstreepte. In 1959 werd hij voorzitter van de Stichting Havenbelangen, waarin stadsbestuur en bedrijfsleven hun inspanning voor de internationale propaganda voor de Rotterdamse haven hebben gebundeld. Bij zijn pensionering heeft de stad hem als waardering voor al dit werk in het algemeen belang met de zeldzaam uitgereikte Van Oldenbarnevelt-penning vereerd. Het Koninklijk Instituut van Ingenieurs genoot evenzeer zijn actieve belangstelling. De bouw van zijn nieuwe kantoor was te danken aan zijn persoonlijke inzet voor het verwerven van bijdragen. In 1971 is hij door een verkeersongeval om het leven gekomen.
L: Olie. Maandblad voor hel personeel der ...Koninklijke/Shell groep... 14 (1961) 169 en 24 (1971) 334; L. Schepers, in Rotterdams Jaarboekje 1972, 7e reeks 10 (1972)140-142.
I: Rotterdams Jaarboekje 1972, 7e reeks 10 (1972) afbeelding tegenover pagina 144.
W.F. Lichtenauer
Bovenstaande biografie weerspiegelt de stand van het onderzoek tot aan het jaar van publicatie in het gedrukte deel van het BWN. Dit jaar is hieronder weergegeven. Alle daarna verschenen literatuur is niet in de tekst verwerkt en wordt evenmin vermeld in de literatuuropgave (onder L).
Oorspronkelijke versie opgenomen in: Biografisch Woordenboek van Nederland 2 (Den Haag 1985)Laatst gewijzigd op 12-11-2013