De opzet van de database Nederlanders en de cultuur in het Caraïbisch gebied 1670-1870 is tweeledig: het is een archiefgids voor bronnen betreffende de Nederlandse Koloniën in de Caraïbische wereld en het biedt een overzicht van de wetgeving en regels uit deze periode.
Een groot deel van de 17e eeuw was de Atlantische wereld het toneel van strijd tussen verschillende Europese mogendheden. De Republiek nam hier met wisselend succes aan deel. Met de Vrede van Breda (1667) brak er een rustiger tijd aan.
Vanaf circa 1670 ontstonden er in de door Nederland beheerste gebieden – de Antillen (Curaçao, Aruba, Bonaire, St Maarten, St Eustatius en Saba), de Wilde Kust (Suriname, Berbice, Essequibo en Demerara) en de Goudkust – stabielere verhoudingen, waarbinnen slavernij de centrale plaats ging innemen. Deze werd pas afgeschaft in 1863. De periode 1670-1870 kan men de ‘klassieke periode’ van de Nederlandse koloniale aanwezigheid in het Atlantisch gebied noemen. Dit onderzoeksproject richt zich binnen deze periode op de Nederlandse Antillen en de koloniën op de Wilde Kust.
In de Nederlandse West-Indische koloniën kwamen Europeanen uit meerdere landen met verschillende religieuze achtergronden in aanraking met Afrikaanse slaven en (Amer)indiaanse groepen. Er vormde zich een multiculturele samenleving en er vond etnische vermenging plaats. De maatschappij behield een zeer gelaagd karakter, met een grote correlatie tussen sociale status (‘klasse’) en huidskleur, getuige ook de formele status-classificatie: overheidsdienaren, burgers, vrije kleurlingen en zwarten, en slaven.
Dit project is een samenwerking tussen KITLV en Huygens ING.