Overzicht bedragen per jaar

 
English | Nederlands

Chronologisch overzicht van bedragen per jaar

Alle bedragen per jaar van de post Decharge Raad van State, extraordinaire oorlogslasten in Drenthe worden getoond.

beginjaar eindjaar

In het overzicht van posten kunt u naar specifieke posten zoeken. Door op het bronnummer te klikken krijgt u gedetailleerde informatie over de bron.

Er zijn in totaal 160 bedragen gevonden.

Regio Jaar Bron Noot
Drenthe 1608
2.784
303 Volget noch andere uijthgaeve, geschiet op descharges ende anschrijvingen van de Raedt van State [Zie hoofdstuk 0555; dit hoofdstuk is vergelijkbaar, getuige de posten: f.2100 + f.500 aan de magistraat van Hasselt voor de fortificatiewerken aldaar, f.23 aan de wacht en ammunitiemeester in Steenwijk, zeven maanden appointement aan de erfgenamen vanFocko van Eisinga f.161.
Drenthe 1631
4.000
303  
Drenthe 1632
58.816
303  
Drenthe 1633
17.700
303 Betaelinge gedaen op descharges van de Raedt van Staete, in minderinge van des landschaps quote in de extraordinaris oorloghslasten,[Bij een doorgekraste post van f.6000 aan de WIC] Is doorgeslaegen overmits dese somme in den jaere 1631 in reeckeninge was gebracht.
Drenthe 1634
30.570
303  
Drenthe 1636
11.481
303  
Drenthe 1637
7.461
303  
Drenthe 1638
18.082
303  
Drenthe 1639
26.820
303  
Drenthe 1640
22.261
303 Betaelinge gedaen op descharges van de Raedt van Staete, in minderinge van des landschaps quote in de extraordinaris oorloghslasten, alsmede aen het fregat Drenthe, staende voor de helft op de ladschap gerepartieert. [In de marge:] Debet ordonnantie ende quittantie van f.5000 van den commijs Hogenhuijsen in dato den 29 januarij 1638 vide voorgaende rekeninge folio 29 recto vide de volgende reckeninge.
Drenthe 1641
40.002
303 Betaelinge gedaen op descharges van de Raedt van Staete, in minderinge van des landschaps quote in de extraordinaris oorloghslasten, alsmede aen het fregat Drenthe, staende voor de helft op de ladschap gerepartieert. [In de marge:] Debet ordonnantie ende quittantie van f.5000 van den commijs Hogenhuijsen in dato den 29 januarij 1638 vide voorgaende rekeninge folio 30 verso die den rendant gehouden sall zijn binnen den tijt van een maendt aen de collegie over te leveren, ofte sullen hem in sijn rekeninge geroijeert, en tot sijn laste gelegt worden.
Drenthe 1642
26.038
303  
Drenthe 1643
52.232
303 Betaelinge gedaen op descharges van de Raedt van Staete, in minderinge van des landschaps quote in de extraordinaris oorloghslasten, alsmede aen het fregat Drenthe, staende voor de helft op de ladschap gerepartieert.
Drenthe 1644
22.574
303  
Drenthe 1645
28.559
303  
Drenthe 1646
28.805
303  
Drenthe 1647
21.881
303  
Drenthe 1648
14.551
303  
Drenthe 1649
14.108
303  
Drenthe 1650
7.724
303  
Drenthe 1651
8.008
303 Betaelinge gedaen op descharges van de Raedt van Staete, in minderinge van des landschaps quote in de extraordinaris oorloghslasten, alsmede aen den majoor Herman Keulckens
Drenthe 1652
4.000
303  
Drenthe 1653
1.500
303  
Drenthe 1654
16.700
303  
Drenthe 1655
9.810
303  
Drenthe 1656
5.366
303  
Drenthe 1657
1.710
303  
Drenthe 1658
4.502
303  
Drenthe 1659
9.054
303  
Drenthe 1660
18.379
303  
Drenthe 1661
1.210
303  
Drenthe 1662
4.305
303  
Drenthe 1664
7.500
303 Betalinge gedaen op descharge van de Raedt van State, off acten en recepissen van den heer ontfanger generael, in minderinge van 's landschaps quota in de extraordinaire oorloghslasten. [in minderinge van de ordonnantie van 1663-10-22]
Drenthe 1665
23.590
303  
Drenthe 1668
17.000
303  
Drenthe 1669
39.829
303  
Drenthe 1670
12.000
303 Betalinge gedaen op descharge van de Raedt van State, off acten en recepissen van den heer ontfanger generael, in minderinge van 's landschaps quota in de extraordinaire oorloghslasten. Betaelt aen den commies Wilhelm Hoppink de summe van f.12.000, zijnde het eerste derde part van f.36000, die aen den ontfanger generael Volbergen [moet zijn Vosbergen] voor de provincie van Zeelandt, volgens anneminge sal worden betaelt, in minderinge van de landschaps quata op soodanige posten, als de welgemelde landschap sal goedtvinden
Drenthe 1671
20.000
303 Betalinge gedaen op descharge van de Raedt van State, off acten en recepissen van den heer ontfanger generael, in minderinge van 's landschaps quota in de extraordinaire oorloghslasten. Betaelt aen den commies Wilhelm Hoppink de summe van f.20.000, in minderinge van sodanige f.37350, als dese landschap wegen de executie van de trectaten en contenten met de coningen van Sweden ende Denemarcken, den keurvorst van Brandenburgh, mitsgaders met den vorst van Brunswijck ende Lunenburgh ingegaen, nog schuldig was. [zie post b280 en b281 1674]
Drenthe 1672
13.600
303  
Drenthe 1674
19.603
303 Betalinge gedaen op descharge van de Raedt van State, off acten en recepissen van den heer ontfanger generael, in minderinge van 's landschaps quota in de extraordinaire oorloghslasten. Maer alsoo de invasie der vijanden inde jaeren 1672 ende 1673 is gevolght, waardoor de landschap van Drenthe derselver quota over de geseijde jaeren, in de ordinarissen ende extraordinarisse oorloghslasten, niet heeft connen dragen, is de welgemelde landschap uijt namen ende van wegen e generaliteit, door de provincie van stadt Groningen ende ommelanden gesommeert ende met militaire executie gedreijght, in cas egene contributien, ten dienste van den staet en wierden opgebracht, soo dat om verdere onheijlen voor te comen, en soo uwe mogenden den hiergemelden staet in desendesolate gelegentheijt bij te springen, is op ten 6 januarij 1673, door wederzijdse gecommitteerden van welgemelde provintie ende dese landschap, binnen Groningen een accoort opgerichtet, hijrbij overgelegt, dat de welgedachte landscahp van Drenthe, ten dienste van de generaliteit bij provisie sal betaelen, de somma van f.18.000 in gelde, bovens de penningen, de souden mogen worden geprocedeert uijt de generaele middelen van de landschap, ende heerlijckheijt van Coevorden op de verpachtingen, ingaende den 10 januarij 1673 totten laesten martij daeraenvolgende, welcke pachtpenningen vooralsnoch niet en sijn geeist, nochtebetaelt, gelijck hiervoren folio 3 is gementioneert, soo vele de notule van de verpachtinge van de meerwelgemelde landschap compt te monteeren, edoch de generael middelen van Coevorden, over dien voorseijde tijt, aende welgemelde provincie, voor de generaliteijt betaelt, gelijcknierna mede in uijtgaeve is gebracht, compt dan vooreerst alhijr in uijtgaeve de opgemelde f.18.000 --- [volgen enkele quitanties en ordonnanties, en daarna de overige posten in het hoofdstuk]
Drenthe 1676
9.684
303  
Drenthe 1677
13.938
303  
Drenthe 1678
42.738
303  
Drenthe 1679
17.682
303  
Drenthe 1680
19.738
303  
Drenthe 1681
5.023
303  
Drenthe 1682
8.237
303  
Drenthe 1683
4.426
303  
Drenthe 1684
3.138
303  
Drenthe 1685
8.398
303