Overzicht bedragen per jaar

 
English | Nederlands

Chronologisch overzicht van bedragen per jaar

Alle bedragen per jaar van de post Stuiver per gulden i.v.m. verponding etc. in Overijssel worden getoond.

beginjaar eindjaar

In het overzicht van posten kunt u naar specifieke posten zoeken. Door op het bronnummer te klikken krijgt u gedetailleerde informatie over de bron.

Er zijn in totaal 70 bedragen gevonden.

Regio Jaar Bron Noot
Overijssel 1726
12.866
302 De eene stuiver per gulden waer mede de respectieve ontfangers wegenshetgene de subalterne ontfangers sijn schuldigh gebleven op de gestelde terminen van betalinge van verponding, contributie, vierstedegeld en middelen van redemtie vervallen den 1sten maij, laatsten junius en laasten december ---- [lopende jaar], inconformiteit van de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725, gedebiteert sijn, bedraaght
Overijssel 1727
13.093
302 De eene stuiver per gulden waer mede de respectieve ontfangers wegenshetgene de subalterne ontfangers sijn schuldigh gebleven op de gestelde terminen van betalinge van verponding, contributie, vierstedegeld en middelen van redemtie vervallen den 1sten maij, laatsten junius en laasten december ---- [lopende jaar], inconformiteit van de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725, gedebiteert sijn, bedraaght
Overijssel 1728
12.692
302 De eene stuiver per gulden waer mede de respectieve ontfangers wegenshetgene de subalterne ontfangers sijn schuldigh gebleven op de gestelde terminen van betalinge van verponding, contributie, vierstedegeld en middelen van redemtie vervallen den 1sten maij, laatsten junius en laasten december ---- [lopende jaar], inconformiteit van de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725, gedebiteert sijn, bedraaght
Overijssel 1729
7.157
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, 500ste penning middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1maij, 30 junius ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar] in conformiteit van de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraaght
Overijssel 1730
6.831
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, 500ste penning middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1maij, 30 junius ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar] in conformiteit van de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraaght
Overijssel 1731
7.232
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, 500ste penning middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1maij, 30 junius ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar] in conformiteit van de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraaght
Overijssel 1732
3.134
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], ingevolge de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraagt
Overijssel 1733
3.556
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], ingevolge de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraagt
Overijssel 1734
5.015
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], ingevolge de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraagt
Overijssel 1735
3.227
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], ingevolge de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraagt
Overijssel 1736
3.708
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], ingevolge de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraagt
Overijssel 1737
3.531
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], ingevolge de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraagt
Overijssel 1738
3.071
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], ingevolge de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraagt
Overijssel 1739
2.313
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], ingevolge de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraagt
Overijssel 1740
2.592
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], ingevolge de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraagt
Overijssel 1741
1.685
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], ingevolge de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraagt
Overijssel 1742
2.131
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], ingevolge de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraagt
Overijssel 1743
2.356
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], ingevolge de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraagt
Overijssel 1744
2.391
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], ingevolge de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraagt
Overijssel 1745
2.633
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], ingevolge de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraagt
Overijssel 1746
2.085
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], ingevolge de resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 bedraagt
Overijssel 1747
2.480
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] bedraagt
Overijssel 1748
2.920
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] bedraagt
Overijssel 1749
1.905
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] bedraagt
Overijssel 1750
1.706
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], bedraagt
Overijssel 1751
2.131
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], bedraagt
Overijssel 1752
1.845
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar], bedraagt
Overijssel 1753
1.317
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar]
Overijssel 1754
1.659
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1755
1.788
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1756
1.308
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1757
1.018
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1758
796
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1759
671
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1760
662
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1761
535
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1762
454
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1763
453
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1764
381
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1765
315
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1766
326
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1767
337
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1768
372
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1769
417
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 januarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1770
316
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 februarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1771
500
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 februarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1772
465
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 februarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1773
468
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 februarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1774
653
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 februarij ---- [volgende jaar]
Overijssel 1775
539
302 De eene stuiver per gulden waarmede de generaale ontfangers gedebiteerd zijn wegens het geen de subalterne ontfangers zijn schuldig gebleven op de gestelde termijnen van betalinge van de verpondinge, contributie, vuurstedegeld, middelen van redemtie ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 10 october 1725 vervallen den 1 maij en 30 junij ---- [lopende jaar] en 1 februarij ---- [volgende jaar]