Overzicht bedragen per jaar

 
English | Nederlands

Chronologisch overzicht van bedragen per jaar

Alle bedragen per jaar van de post Vijfhonderdste penning in Overijssel worden getoond.

beginjaar eindjaar

In het overzicht van posten kunt u naar specifieke posten zoeken. Door op het bronnummer te klikken krijgt u gedetailleerde informatie over de bron.

Er zijn in totaal 33 bedragen gevonden.

Regio Jaar Bron Noot
Overijssel 1676
40.850
302 De 500e penning bij aldien die incompt
Overijssel 1697
38.200
302  
Overijssel 1698
36.000
302  
Overijssel 1701
36.000
302 Vijhondersten pennink
Overijssel 1702
36.000
302 Vijhondersten of tweemaal den duisendsten pennink
Overijssel 1703
36.000
302 Vijhondersten of tweemaal den duisendsten pennink
Overijssel 1704
36.000
302 Vijhondersten of tweemaal den duisendsten pennink
Overijssel 1705
36.000
302  
Overijssel 1706
36.000
302 Den vijfhonderdsten pennink
Overijssel 1707
36.000
302 Vijfhondersten pennink, hoewel daar in nog niet geconsenteert is
Overijssel 1708
36.000
302 Vijfhondersten pennink op een nieuw quohier, hoe wel dat nogh niet gemaakt is, word alhier bij raminge op de voet van het oude quohier gesteldt op
Overijssel 1709
36.000
302 Vijfhondersten pennink op een nieuw quohier, hoe wel dat nogh niet gemaakt is, word alhier bij raminge op de voet van het oude quohier gesteldt op
Overijssel 1710
36.000
302 Vijfhondersten pennink op een nieuw quohier, hoe wel dat nogh niet gemaakt is, word alhier bij raminge op de voet van het oude quohier gesteldt op
Overijssel 1711
36.000
302 Vijfhondersten pennink op een nieuw quohier, hoe wel dat nogh niet gemaakt is, word alhier bij raminge op de voet van het oude quohier gesteldt op
Overijssel 1712
36.000
302 Vijfhondersten pennink op een nieuw quohier, hoe wel dat nogh niet gemaakt is, word alhier bij raminge op de voet van het oude quohier gesteldt op
Overijssel 1713
36.000
302 Vijfhondersten pennink op een nieuw quohier, hoe wel dat nogh niet gemaakt is, word alhier bij raminge op de voet van het oude quohier gesteldt op
Overijssel 1714
36.000
302 Vijfhondersten pennink op een nieuw quohier, hoe wel dat nogh niet gemaakt is, word alhier bij raminge op de voet van het oude quohier gesteldt op
Overijssel 1715
31.897
302 De 500ste penning volgens het nieuwe quohier bij raminge alsoo het zelve nog niet volkomen gearresteert
Overijssel 1716
302 De 500ste penning volgens het nieuwe quohier bij raminge alsoo nog niet gearresteert en daar in voor den jare ---- [lopende jaar] nog nietgeconsenteert is, word alhijr voor memorie gestelt tot ƒ 31.800- :- :
Overijssel 1717
302 De 500ste penning volgens het nieuwe quohier bij raminge alsoo nog niet gearresteert en daar in voor den jare ---- [lopende jaar] nog nietgeconsenteert is, word alhijr voor memorie gestelt tot ƒ 31.800- :- :
Overijssel 1718
302 De 500ste penning volgens het nieuwe quohier bij raminge alsoo hetselv nog niet is gearresteerd word alhier gesteld voor memorie op ƒ 31.800
Overijssel 1726
33.438
302  
Overijssel 1727
33.587
302  
Overijssel 1728
32.865
302 [in de voormarge staat 32.964-15-12]
Overijssel 1729
32.902
302  
Overijssel 1730
32.637
302  
Overijssel 1731
302 500ste penning waar in voor den jare ---- [lopende jaar] niet geconsenteert is wordt voor memorie gestelt op 32636-10- 8
Overijssel 1732
302 500ste penning waar in voor den jare 1732 niet geconsenteert is word voor memorie gestelt op 32636-10- 8
Overijssel 1733
302 Dient voor memorie dat het middel van de 1000ste off 500ste penning, alhier niet heeft kunnen worden uitgetrokken, omdat de quohieren nogh niet sijnde ingekomen, het montant daarvan niet begroot heeft kunnen worden
Overijssel 1734
27.006
302 De 500ste penning van den jare 1732, welcke ingevolge resolutie van Ridderschap en Steden van den 26 november 1734 voor den laesten april des jaars 1735 sal moeten worden ingevordert, bedraegt naa aftrek van de collecte (behalve van de carspelen Hellendoorn en den Ham waer van de quohieren alnogh niet sijn ingekomen, de somma van
Overijssel 1735
28.217
302 De 500ste penning van den jare 1733, welcke in conformiteit van de resolutie van Ridderschap en Steden van den 22 april 1735 voor exspiratie van het voorsz. jaar 1735 sal moeten worden ingevorderd, bedraegt naa aftrek van de collecte de somma van
Overijssel 1736
302 Voor de 500ste penning word niets uitgetrokken om dat daerinne bij Ridderschap en Steden voor als nog niet geconsenteert is, maer deselve alleen voor memorie gesteld op 28.216-13- 8
Overijssel 1737
56.344
302 De 500ste penning over de jaren 1734 en 1735 welcke in conformité vande resolutie van Ridderschap en Steden van den 16 april 1737, in de maand julij 1737 en in de maand januarij 1738 betaalt is, bedraagt naa aftrek van de collecte