Overzicht bedragen per jaar

 
English | Nederlands

Chronologisch overzicht van bedragen per jaar

Alle bedragen per jaar van de post Laatste uitgave in Drenthe worden getoond.

beginjaar eindjaar

In het overzicht van posten kunt u naar specifieke posten zoeken. Door op het bronnummer te klikken krijgt u gedetailleerde informatie over de bron.

Er zijn in totaal 183 bedragen gevonden.

Regio Jaar Bron Noot
Drenthe 1662
3.000
303 Eerstelijck zij alhijr geseth datter geene corting off uitgaeve tegenwoordich gebracht worden van dat de heerlicheijt Ruine op haer oude quota, tot f.500, tegen ieder vierndeel van een ommeskagh gestelt soudesijn gelijck bij eenige voorgaende rekenigen is geschiet, dewile de quota van de heerlicheijt Ruine, in den ontfanck hier voorents gebrachtniet genomen is op den elften penningen tegens de gehele landschap, nae de quota diese betaelt hebben, te wieten op f.298-5-8 tegen een vordelen, dus alhier memorie. [f1647-11, acten van remissie]
Drenthe 1663
3.233
303 Eerstelijck zij alhijr geseth datter geene corting off uitgaeve tegenwoordich gebracht worden van dat de heerlicheijt Ruine op haer oude quota, tot f.500, tegen ieder vierndeel van een ommeskagh gestelt soudesijn gelijck bij eenige voorgaende rekenigen is geschiet, dewile de quota van de heerlicheijt Ruine, in den ontfanck hier voorents gebrachtniet genomen is op den elften penningen tegens de gehele landschap, nae de quota diese betaelt hebben, te wieten op f.298-5-8 tegen een vordelen, dus alhier memorie. [f1805-5-6, acten van remissie]
Drenthe 1664
4.302
303 Eerstelijck zij alhijr geseth datter geene corting off uitgaeve tegenwoordich gebracht worden van dat de heerlicheijt Ruine op haer oude quota, tot f.500, tegen ieder vierndeel van een ommeskagh gestelt soudesijn gelijck bij eenige voorgaende rekenigen is geschiet, dewile de quota van de heerlicheijt Ruine, in den ontfanck hier voorents gebrachtniet genomen is op den elften penningen tegens de gehele landschap, nae de quota diese betaelt hebben, te wieten op f.298-5-8 tegen een vordelen, dus alhier memorie. [f2803-6-9, acten van remissie]
Drenthe 1665
1.929
303 Eerstelijck zij alhijr geseth datter geene corting off uitgaeve tegenwoordich gebracht worden van dat de heerlicheijt Ruine op haer oude quota, tot f.500, tegen ieder vierndeel van een ommeskagh gestelt soudesijn gelijck bij eenige voorgaende rekenigen is geschiet, dewile de quota van de heerlicheijt Ruine, in den ontfanck hier voorents gebrachtniet genomen is op den elften penningen tegens de gehele landschap, nae de quota diese betaelt hebben, te wieten op f.298-5-8 tegen een vordelen, dus alhier memorie. [f417-11-13, acten van remissie]
Drenthe 1666
2.111
303 Eerstelijck zij alhijr geseth datter geene corting off uitgaeve tegenwoordich gebracht worden van dat de heerlicheijt Ruine op haer oude quota, tot f.500, tegen ieder vierndeel van een ommeskagh gestelt soudesijn gelijck bij eenige voorgaende rekenigen is geschiet, dewile de quota van de heerlicheijt Ruine, in den ontfanck hier voorents gebrachtniet genomen is op den elften penningen tegens de gehele landschap, nae de quota diese betaelt hebben, te wieten op f.298-5-8 tegen een vordelen, dus alhier memorie. [f731-5-14, acten van remissie]
Drenthe 1667
3.433
303 Eerstek\ijck zij alhijr geseth datter geene corting off uitgaeve tegenwoordich gebracht worden van dat de heerlicheijt Ruine op haer oude quota, tot f.500, tegen ieder vierndeel van een ommeskagh gestelt soudesijn gelijck bij eenige voorgaende rekenigen is geschiet, dewile de quota van de heerlicheijt Ruine, in den ontfanck hier voorents gebrachtniet genomen is op den elften penningen tegens de gehele landschap, nae de quota diese betaelt hebben, te wieten op f.298-5-8 tegen een vordelen, dus alhier memorie. [in de marge:] cessabit in posterum.
Drenthe 1668
3.711
303 Eerstek\ijck zij alhijr geseth datter geene corting off uitgaeve tegenwoordich gebracht worden van dat de heerlicheijt Ruine op haer oude quota, tot f.500, tegen ieder vierndeel van een ommeskagh gestelt soudesijn gelijck bij eenige voorgaende rekenigen is geschiet, dewile de quota van de heerlicheijt Ruine, in den ontfanck hier voorents gebrachtniet genomen is op den elften penningen tegens de gehele landschap, nae de quota diese betaelt hebben, te wieten op f.298-5-8 tegen een vordelen, dus alhier memorie. [in de marge:] cessabit in posterum.
Drenthe 1669
2.762
303  
Drenthe 1670
2.791
303  
Drenthe 1671
2.278
303  
Drenthe 1672
2.603
303  
Drenthe 1674
2.122
303  
Drenthe 1675
3.350
303 Noch andere uijtgave en betaelinge [acten van remissie f.1981]
Drenthe 1676
3.416
303  
Drenthe 1677
3.450
303  
Drenthe 1678
5.622
303  
Drenthe 1679
6.953
303  
Drenthe 1680
3.983
303  
Drenthe 1681
1.898
303  
Drenthe 1682
2.016
303  
Drenthe 1683
2.724
303  
Drenthe 1684
1.983
303  
Drenthe 1685
2.094
303  
Drenthe 1686
2.251
303  
Drenthe 1687
2.209
303  
Drenthe 1688
2.098
303  
Drenthe 1689
2.320
303  
Drenthe 1690
2.148
303  
Drenthe 1691
2.173
303  
Drenthe 1692
1.221
303  
Drenthe 1693
2.566
303  
Drenthe 1694
2.272
303  
Drenthe 1695
2.980
303  
Drenthe 1696
2.911
303  
Drenthe 1697
3.243
303  
Drenthe 1698
3.372
303  
Drenthe 1699
2.892
303  
Drenthe 1700
2.547
303  
Drenthe 1701
2.320
303  
Drenthe 1702
2.765
303  
Drenthe 1703
3.089
303  
Drenthe 1704
287
303  
Drenthe 1705
3.061
303  
Drenthe 1706
3.763
303  
Drenthe 1707
3.215
303  
Drenthe 1708
2.947
303  
Drenthe 1709
3.773
303  
Drenthe 1710
3.764
303  
Drenthe 1711
3.486
303  
Drenthe 1712
3.583
303