Lazaristen
Naam | Lazaristen |
Naamsvarianten |
|
Periode | 1625-2011 |
Denominatie | rooms-katholiek |
Org | Missie |
Korte geschiedenis | De congregatie De congregatie van de Lazaristen is in 1625 gesticht in Parijs door Vincent de Paul ook wel genaamd Vincentius à Paulo (1581-1660). Hij stichtte eveneens de congregatie van de Dochters van Liefde. De Lazaristen zijn gevestigd in Nederland sinds 1882 toen onder druk van de onderwijspolitiek van de Franse regering het Noord-Franse St. Vincentius-seminarie verplaatst werd naar Wernhoutsburg (bij Zundert, provincie Noord-Brabant). In 1903 werd het missiehuis in Panningen (provincie Limburg) geopend. Vóórdien waren er al Nederlandse Lazaristen ingetreden, namelijk vanaf 1821, maar zij volgden hun opleiding in Frankrijk en gingen daarna vooral naar China (Derix, Brengers van de boodschap, 269).
De missie De Lazaristen hebben vanaf hun stichting veel werk gemaakt van de missie. Hun activiteiten bestreken de gehele wereld. Vóór de oprichting van de Nederlandse provincie werden de paters uitgezonden door de algemene overste. De Nederlandse provincie werd in 1921 opgericht en kreeg als missiegebied Bolivia toegewezen. Een jaar later ruilde men Bolivia voor Brazilie.
China De congregatie werkte al sinds 1697 in China. In 1899 gaf de congregatie De Propaganda Fide de verantwoordelijkheid voor de missie in Yung-ping-fu in Noord-Oost China aan de Nederlandse Lazaristen. Thans heet deze stad Tangshan. Nederlandse Lazaristen werkten toen al lang in dit gebied. In totaal hebben tot 1950 83 Nederlandse lazaristen in China gewerkt.
Ned. Indië/Indonesië De missie in Soerabaja werd in 1923 officieel aan de Nederlandse Lazaristen toevertrouwd, maar de eerste missionarissen arriveerden pas in 1927. De in 1928 opgerichte apostolische prefectuur werd in 1941 tot vicariaat verheven, waarna in 1958 een zelfstandige Indonesische provincie tot stand kwam. In het gebied van de Lazaristen werkten diverse zuster en broedercongregaties aan scholing en onderwijs, namelijk de Broeders van Oudenbosch, de Fraters van Utrecht, de Ursulinen, de Zusters van Amersfoort, de Zusters van Steyl en de Dochters van Liefde.
Brazilië In 1922 gaf de Nederlandse provincie Bolivia als missiegebied op in ruil voor Noord-Brazilië. Overigens werkten er al eerder Nederlanders in Brazilië, maar dan onder de vlag van de Franse provincie van de congregatie. De Lazaristen hielden zich bezig met volksmissies en lesgeven. Het preken van volksmissie leerde de Nederlander Guilherme (Willem) Vaessen van een Braziliaanse confrater en het door hem ontwikkelde stramien zou door de Nederlandse confraters tot in de jaren zestig gehandhaafd blijven. Kort voordat Brazilië door de Nederlandse provincie werd aangenomen begonnen Nederlandse confraters in Fortaleza waar zij zich onder meer bezig hielden met de opleiding van priesters voor het bisdom en volksmissies. De Nederlanders beperkten zich niet tot Fortaleza, reisden veel en in 1930 vestigden zij zich ook in Belém do Pará aan de monding van de Amazone om in een parochie te werken. In 1934 gingen de Nederlanders in op het aanbod van de aartsbisschop van Belém do Pará om de streek van de rivier de Tocantins waar drie parochies lagen te bedienen. De Lazaristen hoopten de Indianen in het gebied te kunnen bereiken. Aan de oprichting van de prelatuur - een zelfstandig niet onder een bisdom vallend gebied- Cametá gingen jaren van onderhandelingen vooraf tussen de aartsbisschop van Belèm, de Nederlandse provincie en het generaal bestuur. De zielzorg van de Nederlanders beperkte zich tot de toediening van de Sacramenten. Dit werd ook wel desobriga (plichtsvervulling voor de gelovigen) genoemd. Dit noodzaakte hen veel rond te reizen. Daarnaast lazen zij missen bij gelegenheid van heiligenfeesten, waarin zij echter nauwelijks participeerden. Zij lazen de Latijnse mis met de rug naar de toehoorders in de kerk die voornamelijk door vrouwen en kinderen werd bezocht. De rest van het heiligenfeest werd georganiseerd door de in Brazilië zeer invloedrijke plaatselijke broederschappen (de irmandades). In 1960 werd in Brazilië een viceprovincie van Nederlandse Lazaristen gevormd. In de jaren zestig begon er qua pastorale opvattingen en opleiding veel te veranderen, maar dat valt buiten het bestek van het deze gids (Lamers, 'Ik leerde', passim; zie voor de veranderingen na 1960, 257 e.v.).
Andere missiegebieden De Lazaristen werkten sinds 1954 in Ethiopië, vanaf 1956 in het apostolisch vicariaat van Jimma. Op Curaçao waren de Nederlandse Lazaristen actief in de zielzorg. Ook voor Chili stond de Nederlandse provincie krachten af. Buiten het geografische bestek van deze gids valt de in 1904 aangevangen missie in Denemarken.
Alle informatie is, tenzij anders vermeld, geput uit: Van Woesik, 23-24, Willemsen, I, par. 1-12, enquete KAN 1987, bezoekrapport KAN 1995, Pius-almanak 1960/61, 319, 409-410 en 465-466, Derix. Brengers van de boodschap, 296-298 en Lamers, 'Ik leerde' (dit artikel gaat dieper in op de praktijk van de Braziliaanse missie). |
Organisatie | De congregatie De Nederlandse huizen behoorden van 1882 tot 1903 tot de provincie Picardië. Een Belgisch-Nederlandse provincie werd in 1904 opgericht met het provincialaat in Luik. Sinds 1921 bestond er een Nederlandse provincie. Het generalaat bevindt zich in Rome, het moederhuis staat in Parijs (brief pater Bellemakers 8 dec. 2010). De congregatie werd bestuurd door een generaal-overste, maar het hoogste gezag was in handen van de algemene vergadering. Elke provincie was zelfstandig waar het personeel, financiën en de eigen missiegebieden betrof. Aan het hoofd van de provincie stond een visitator, aan het hoofd van elk huis een overste.
Missie Aanvankelijk viel de Nederlandse missie in Brazilië onder de Franse provincie van de congregatie. Niet-Franse Lazaristen weken voor hogere studies vaak noodgedwongen uit naar het moederhuis in Parijs, van waaruit zij over de wereld werden uitgezonden. Nadat de Nederlandse provincie in 1921 was opgericht, kreeg deze in 1926 ook de verantwoordelijkheid over het eigen missiegebied in Brazilië. Dit stond los van de Braziliaanse provincie die door Franse Lazaristen werd geleid. De noodzaak financieel onafhankelijk te zijn leidde ertoe dat ook parochies werden aangenomen die als uitvalbasis moesten dienen. Nederlanders die al in Brazilië werkten toen Noord-Brazilië het werkterrein van de Nederlandse provincie werd, lieten zich, met uitzondering van Guilherme (zie boven) en João Vaessen, níet overschrijven naar de Nederlandse provincie, omdat zij daar geen band mee voelden. Op aandringen van Vaessen werd de Braziliaanse missie in 1939 verheven tot de vice-provincie van Fortaleza met Vaessen als de eerste overste.
Alle informatie is, tenzij anders vermeld, geput uit: Van Woesik, 12 en 23, Pius-almanak 1960/61, 319 en Lamers, 'Ik leerde'. |
Doelstelling | De congregatie had aanvankelijk tot doel volksmissies in de dorpen of, anders verwoord, zielzorg onder de misdeelden. De bedoeling was daarmee onwetendheid te bestrijden en geestelijke nood te lenigen. De nadruk lag daarbij meer op catechese dan op individuele bekering. Lesgeven aan seminaries hoorde ook bij deze doelstellingen. Meer algemeen behoorden tot de doelstellingen dan ook pastoraal werk en missiewerk. |
Taken en activiteiten |
|
Continenten |
|
Lokatie |
|
Selectie uit de literatuur |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Periodieken |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Interviews | 15 interviews, en wel de nrs.: 19 69 179 259 367 382 614 682 690 709 792 796 804 879 880
|
Meer over het archief |
|
||||||||||||
Websites | |||||||||||||
Verwijzing naar andere archiefvormers | |||||||||||||
Opmerkingen | Film: Scherjon, W.H., Pareltje Wang, 1945 (Willemsen, 12), gefilmd in de franciscaner missie van Yungpingfu ten aanzien van het werk van de H. Kindsheid (Derix, Brengers van de boodschap, 403).
e-mail: cmcuria@tin.it |
Geschiedenis
Korte geschiedenis | De congregatie De congregatie van de Lazaristen is in 1625 gesticht in Parijs door Vincent de Paul ook wel genaamd Vincentius à Paulo (1581-1660). Hij stichtte eveneens de congregatie van de Dochters van Liefde. De Lazaristen zijn gevestigd in Nederland sinds 1882 toen onder druk van de onderwijspolitiek van de Franse regering het Noord-Franse St. Vincentius-seminarie verplaatst werd naar Wernhoutsburg (bij Zundert, provincie Noord-Brabant). In 1903 werd het missiehuis in Panningen (provincie Limburg) geopend. Vóórdien waren er al Nederlandse Lazaristen ingetreden, namelijk vanaf 1821, maar zij volgden hun opleiding in Frankrijk en gingen daarna vooral naar China (Derix, Brengers van de boodschap, 269).
De missie De Lazaristen hebben vanaf hun stichting veel werk gemaakt van de missie. Hun activiteiten bestreken de gehele wereld. Vóór de oprichting van de Nederlandse provincie werden de paters uitgezonden door de algemene overste. De Nederlandse provincie werd in 1921 opgericht en kreeg als missiegebied Bolivia toegewezen. Een jaar later ruilde men Bolivia voor Brazilie.
China De congregatie werkte al sinds 1697 in China. In 1899 gaf de congregatie De Propaganda Fide de verantwoordelijkheid voor de missie in Yung-ping-fu in Noord-Oost China aan de Nederlandse Lazaristen. Thans heet deze stad Tangshan. Nederlandse Lazaristen werkten toen al lang in dit gebied. In totaal hebben tot 1950 83 Nederlandse lazaristen in China gewerkt.
Ned. Indië/Indonesië De missie in Soerabaja werd in 1923 officieel aan de Nederlandse Lazaristen toevertrouwd, maar de eerste missionarissen arriveerden pas in 1927. De in 1928 opgerichte apostolische prefectuur werd in 1941 tot vicariaat verheven, waarna in 1958 een zelfstandige Indonesische provincie tot stand kwam. In het gebied van de Lazaristen werkten diverse zuster en broedercongregaties aan scholing en onderwijs, namelijk de Broeders van Oudenbosch, de Fraters van Utrecht, de Ursulinen, de Zusters van Amersfoort, de Zusters van Steyl en de Dochters van Liefde.
Brazilië In 1922 gaf de Nederlandse provincie Bolivia als missiegebied op in ruil voor Noord-Brazilië. Overigens werkten er al eerder Nederlanders in Brazilië, maar dan onder de vlag van de Franse provincie van de congregatie. De Lazaristen hielden zich bezig met volksmissies en lesgeven. Het preken van volksmissie leerde de Nederlander Guilherme (Willem) Vaessen van een Braziliaanse confrater en het door hem ontwikkelde stramien zou door de Nederlandse confraters tot in de jaren zestig gehandhaafd blijven. Kort voordat Brazilië door de Nederlandse provincie werd aangenomen begonnen Nederlandse confraters in Fortaleza waar zij zich onder meer bezig hielden met de opleiding van priesters voor het bisdom en volksmissies. De Nederlanders beperkten zich niet tot Fortaleza, reisden veel en in 1930 vestigden zij zich ook in Belém do Pará aan de monding van de Amazone om in een parochie te werken. In 1934 gingen de Nederlanders in op het aanbod van de aartsbisschop van Belém do Pará om de streek van de rivier de Tocantins waar drie parochies lagen te bedienen. De Lazaristen hoopten de Indianen in het gebied te kunnen bereiken. Aan de oprichting van de prelatuur - een zelfstandig niet onder een bisdom vallend gebied- Cametá gingen jaren van onderhandelingen vooraf tussen de aartsbisschop van Belèm, de Nederlandse provincie en het generaal bestuur. De zielzorg van de Nederlanders beperkte zich tot de toediening van de Sacramenten. Dit werd ook wel desobriga (plichtsvervulling voor de gelovigen) genoemd. Dit noodzaakte hen veel rond te reizen. Daarnaast lazen zij missen bij gelegenheid van heiligenfeesten, waarin zij echter nauwelijks participeerden. Zij lazen de Latijnse mis met de rug naar de toehoorders in de kerk die voornamelijk door vrouwen en kinderen werd bezocht. De rest van het heiligenfeest werd georganiseerd door de in Brazilië zeer invloedrijke plaatselijke broederschappen (de irmandades). In 1960 werd in Brazilië een viceprovincie van Nederlandse Lazaristen gevormd. In de jaren zestig begon er qua pastorale opvattingen en opleiding veel te veranderen, maar dat valt buiten het bestek van het deze gids (Lamers, 'Ik leerde', passim; zie voor de veranderingen na 1960, 257 e.v.).
Andere missiegebieden De Lazaristen werkten sinds 1954 in Ethiopië, vanaf 1956 in het apostolisch vicariaat van Jimma. Op Curaçao waren de Nederlandse Lazaristen actief in de zielzorg. Ook voor Chili stond de Nederlandse provincie krachten af. Buiten het geografische bestek van deze gids valt de in 1904 aangevangen missie in Denemarken.
Alle informatie is, tenzij anders vermeld, geput uit: Van Woesik, 23-24, Willemsen, I, par. 1-12, enquete KAN 1987, bezoekrapport KAN 1995, Pius-almanak 1960/61, 319, 409-410 en 465-466, Derix. Brengers van de boodschap, 296-298 en Lamers, 'Ik leerde' (dit artikel gaat dieper in op de praktijk van de Braziliaanse missie). |
Organisatie | De congregatie De Nederlandse huizen behoorden van 1882 tot 1903 tot de provincie Picardië. Een Belgisch-Nederlandse provincie werd in 1904 opgericht met het provincialaat in Luik. Sinds 1921 bestond er een Nederlandse provincie. Het generalaat bevindt zich in Rome, het moederhuis staat in Parijs (brief pater Bellemakers 8 dec. 2010). De congregatie werd bestuurd door een generaal-overste, maar het hoogste gezag was in handen van de algemene vergadering. Elke provincie was zelfstandig waar het personeel, financiën en de eigen missiegebieden betrof. Aan het hoofd van de provincie stond een visitator, aan het hoofd van elk huis een overste.
Missie Aanvankelijk viel de Nederlandse missie in Brazilië onder de Franse provincie van de congregatie. Niet-Franse Lazaristen weken voor hogere studies vaak noodgedwongen uit naar het moederhuis in Parijs, van waaruit zij over de wereld werden uitgezonden. Nadat de Nederlandse provincie in 1921 was opgericht, kreeg deze in 1926 ook de verantwoordelijkheid over het eigen missiegebied in Brazilië. Dit stond los van de Braziliaanse provincie die door Franse Lazaristen werd geleid. De noodzaak financieel onafhankelijk te zijn leidde ertoe dat ook parochies werden aangenomen die als uitvalbasis moesten dienen. Nederlanders die al in Brazilië werkten toen Noord-Brazilië het werkterrein van de Nederlandse provincie werd, lieten zich, met uitzondering van Guilherme (zie boven) en João Vaessen, níet overschrijven naar de Nederlandse provincie, omdat zij daar geen band mee voelden. Op aandringen van Vaessen werd de Braziliaanse missie in 1939 verheven tot de vice-provincie van Fortaleza met Vaessen als de eerste overste.
Alle informatie is, tenzij anders vermeld, geput uit: Van Woesik, 12 en 23, Pius-almanak 1960/61, 319 en Lamers, 'Ik leerde'. |
Doelstelling | De congregatie had aanvankelijk tot doel volksmissies in de dorpen of, anders verwoord, zielzorg onder de misdeelden. De bedoeling was daarmee onwetendheid te bestrijden en geestelijke nood te lenigen. De nadruk lag daarbij meer op catechese dan op individuele bekering. Lesgeven aan seminaries hoorde ook bij deze doelstellingen. Meer algemeen behoorden tot de doelstellingen dan ook pastoraal werk en missiewerk. |
Taken en activiteiten |
|
Geografie
Continenten |
|
Lokatie |
|
Niet-archivalische bronnen
Selectie uit de literatuur |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Periodieken |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Interviews | 15 interviews, en wel de nrs.: 19 69 179 259 367 382 614 682 690 709 792 796 804 879 880
|
Het archief
Meer over het archief |
|
||||||||||||
Websites | |||||||||||||
Verwijzing naar andere archiefvormers | |||||||||||||
Opmerkingen | Film: Scherjon, W.H., Pareltje Wang, 1945 (Willemsen, 12), gefilmd in de franciscaner missie van Yungpingfu ten aanzien van het werk van de H. Kindsheid (Derix, Brengers van de boodschap, 403).
e-mail: cmcuria@tin.it |