Nederlandsche Zendingsvereeniging
Naam | Nederlandsche Zendingsvereeniging |
Naamsvarianten |
|
Periode | 1858-1946 |
Denominatie | Nederlandse Hervormde Kerk |
Org | Zending |
Korte geschiedenis | De organisatie Het NZV ontstond uit onvrede met het Nederlandsch Zendeling Genootschap (NZG). De voornaamste oorzaak daarvan was de groeiende invloed van de moderne en de Groninger richting binnen het NZG. Dit resulteerde binnen enkele jaren in het ontstaan van vier nieuwe zendingsorganisaties: het Java-Comité (1855), de Nederlandsche Gereformeerde Zendingsvereeniging (NGZV, 1858), de NZV (1858) en de Utrechtsche Zendingsvereeniging (UZV, 1859). De stichters van de NZV waren vooral afkomstig uit de kringen van het Reveil. Van 1861 tot 1919 leidde de NZV haar zendelingen op in het Zendingshuis te Rotterdam. Van 1878 tot 1908 werd dit geleid door ds. S. Coolsma. In 1919 kocht men zich in bij de Zendingschool te Oegstgeest. De NZV organiseerde jaarlijks zendingsdagen en belegde maandelijks openbare bidstonden voor de zending.
Zendingsterreinen West-Java De eerste zendeling van de NZV begon in 1863 op West-Java te Bandoeng en vervolgens breidde het werk zich uit naar Tjiandjoer, waarvoor in 1865 bijzondere toelating werd ontvangen. In 1864 werden zendingsposten gesticht in Cheribon en Indramajoe (Chinese gemeenten), in 1886 in Meester Cornelis, in 1894 te Bantam en in 1903 werd de arbeid van het Java-Comité in Batavia overgenomen. Daarmee omvatte het terrein drie talen: Soendanees, Javaans en Maleis. Verder werkte men in Buitenzorg, Garoet, Poerwakarta, Soekaboemi en Tjideres. De zendelingen overlegden in de conferentie van zendelingen op West-Java. In Tjideres (oorspronkelijk gesticht als christendorp in 1880) had men een zendingsziekenhuis. Op verzoek van de islamitische bevolking van Tjideres werd er zelfs een pasalatan ingericht voor het verrichten van de het voorgeschreven gebed, de salat. Vanaf 1928 verzorgde de NZV twee Chinese gemeenten op West-Java die waren overgedragen door de Board of Foreign missions of the Methodist Episcopal Church, die wegens financiële problemen haar aandacht verlegde naar Sumatra. Bijzondere aandacht was er ook voor de gemeenten die voort waren gekomen uit het werk van de heer F.L. Anthing, gepensioneerd vice-president van het Hooggerechtshof van ned. Indië. Na zijn overlijden in 1887 werden de gemeenten met 750 christenen overgenomen door de NZV. Uit het werk onstond, na een aantal fusies, in 1988 de Gereja Kristen Indonesia, momenteel met zo'n 220.000 leden. Een ander initiatief was de dessa-huishoudsschool in Djoentikebon, geopend in 1937 door de NZV, met bestuur, directrice en een internaat (12 leerlingen).
Zuid-Oost Celebes De NZV was vanaf 1915 actief op Zuid-Oost-Celebes (overgenomen van de Indische Kerk) De zending boekte hier slechts langzaam progressie door tegenwerking van het islamitische vorstendom Loewoek. Vanaf 1951 was er geen Nederlandse zending meer mogelijk, onder andere door Daroel Islam. De activiteiten richtten zich op het zuidoostelijk deel van het eiland, met name in de plaatsen Kendari, Lamboeia, Mowewe, Poleang-Roembia en Sangona. In 1957 ontstond uit deze zending de Gereja Protestan Suluwasi Tenggara – Gepsultra. De kerk had in 2006 ongeveer 30.000 leden.
Films en ziekenhuizen Een bijzonderheid is dat de NZV ook films liet maken en deze gebruikte voor de propaganda. De vereniging exploiteerde rond 1900 ook een theeplantage in Pangharepan. Het ziekenhuiswezen op het zendingsterrein te Java was buiten de leiding van de NZV in 1910 ontstaan. In 1917 nam de NZV het ziekenhuis te Bandoeng over van de door zendeling Iken opgerichte Vereeniging tot oprichting en instandhouding van zendingshospitalen in Indië. Maar nog in 1925 werd het ziekenhuis te Poerwakarta niet door de NZV maar door het Comité voor medische zending op West-Java (een comite van NZV-zendelingen) overgenomen. In 1930 zou door een reorganisatie al het werk in een grote conferentie van zendingsarbeiders ondergebracht worden.
(Zie o.a. Van den End, De Nederlandse Zendingsvereniging, 3-58 en Van Randwijck, Handelen en denken, 643.) |
Organisatie | Karakter, leden en afdelingen In 1859 fuseerde de lokale Zendingsvereeniging te Rotterdam onder de naam van NZV met enkele andere lokale zendingsverenigingen. Verschillende fusiepogingen met de NGZV en de UZV waren toen al op niets uitgelopen. De andere zendingsverenigingen waren gevestigd in: Deventer, Enkhuizen, Delfshaven, Hillegersberg, Stadskanaal, Arnhem, Almelo en Leeuwarden. De NZV was een democratisch georganiseerde vereniging. Het aandeel predikanten in het hoofdbestuur, dat vanaf 1861 negen leden telde, was in vergelijking met bijvoorbeeld de UZV gering. Het hoofdbestuur legde verantwoording af aan een voor- en najaarsvergadering, die werd samengesteld uit de wettige vertegenwoordigers der afdelingen. Vanaf 1878 had de NZV een director in dienst die de leiding had van de school en verantwoording schuldig was aan het hoofdbestuur dat wekelijks in het zendingshuis in Rotterdam vergaderde.
Er waren leden en contribuanten. Leden moesten de zeer strikte belijdenis uit artikel 1 van de statuten onderschrijven. Verder ontstond er een netwerk van plaatselijke afdelingen, die zich soms ook provinciaal organiseerden. Enkele aantallen: 1859 12 afdelingen, 1892 53 afdelingen, 1936 72 afdelingen). De meeste afdelingen waren gevestigd in Friesland en in Noord- en Zuid-Holland. Ook in Nederlands-Indie werden in 1914 en 1917 verenigingen te Bandoeng, Buitenzorg en Meester-Cornelis opgericht. Verdere ontving men geregeld steun van het Kinderzendelinggenootschap te Rotterdam (1851), het Jongelieden-Zendelinggenootschap te Rotterdam (1858) en de Vrouwen-vereeniging tot uitrusting onzer zendelingen te Rotterdam (1859). Ook bestonden er diverse cents- en stuiververenigingen en verbonden verschillende classes der Nederlandse Hervormde Kerk zich in de loop der tijd aan de NZV. In 1919 overschreden de inkomsten voor het eerst de grens van Fl. 100.000. Om fondsen te werven verspreidde men 'Soendaneesjes', blikken busjes met een afbeelding van een Soendanees waarin geld gedaan kon worden. Pas begin twintigste eeuw kwam er meer ruimte voor toenadering, zelfs weer tot het NZG. In 1923 sloot men zich aan bij de Samenwerkende Zendingscorporaties. In 1951 ging de NZV op in Vereenigde Nederlandse Zendingscorporaties. De zendelingen hielden conferenties, vanaf 1901 jaarlijks en vanaf 1919 zelfs meerdere keren per jaar. In 1929 werd de conferentie opgesplitst in drie secties: eigenlijke zending, onderwijs en medische zending. De laatste conferentie vond plaats in 1948. Vanaf 1880 bestond er een jongeliedenbond binnen de NZV. Deze werd opgericht om de zendingliefde onder de jeugd te bevorderen en om geld in te zamelen. De bond leidde jarenlang een sluimerend bestaan totdat de Zendings-jeugdbond der NZV in 1930 het werk opnieuw ter hand nam.
Directoren Vanaf 1866 had de NZV directeuren die verantwoordelijk waren voor de dagelijkse leiding. Dit waren: ds. H.V. Hogerzeil 1866-1868 geen directeur 1868-1878 ds. C.W. Coolsma 1878-1908 C.Chr.J. Schröder 1908-1916 ds. M. Lindenborn 1913-1923 ds. R. Meeuwenberg 1917- ds. C.B. Rijnders 1923-
Afdelingen In 1908 had de vereniging afdelingen in: Groningen: geen Friesland: Achlum, Bolsward, Ferwerd, Grouw, Makkum, Marrum, Menaldum, Molkwerum, Sexbierum, Sneek, Wommels en Woudsend Drenthe: Assen en Emmen Overijssel: Almelo, Den Ham en Zwolle Gelderland: Keppel and Zutphen Utrecht: Utrecht Noord-Holland: Amsterdam, Bennebroek, Bussum, Haarlem, Heemstede, Heilo, Den Helder, Hoorn, Koog-Zaandijk, Marken, Monnikendam, Ouderkerk aan de Amstel, Wieringen en Zaandam Zuid-Holland: Delft, Dordrecht, Feyenoord, Den Haag, Kralingen, Leerdam, Leiden, Loosduinen, Oudewater, Rotterdam, Rozenburg, Rijswijk, Scheveningen, Ter Aar en Zuid-Beierland Zeeland: Bruinisse, Sint-Laurens, Middelburg, Schoondijke en Westkapelle North-Brabant: Breda, Fijnaart en Klundert Limburg: geen
|
Doelstelling | Doel: 'De NZV, gevestigd te Rotterdam, stelt zich ten doel Zendelingen op te leiden of aan te nemen, uit te zenden en te onderhouden ter verbreiding van den Christelyken Godsdienst, voornamelyk in de Nederlandsch Oost-Indische bezittingen. (artikel 1, statuten 1916).
Grondslag: 'De Vereeniging bestaat uit leden die erkennen, dat de Heere Jezus Christus hun volkomen Zaligmaker is; die dit in hunnen wandel betoonen, en verklaren niet te mogen samenwerken met degenen die Zijne waarachtige en eeuwige Godheid loochenen' (artikel 1, statuten 1858). In 1916 werd dit gewijzigd in: 'Leden kunnen slechts zijn die de waarachtige en eeuwige Godheid van Christus erkennen, Hem als den volkomen Zaligmaker belijden en daarom willen medewerken tot het bereiken van het in art. 1 genoemde doel' (artikel 2, statuten 1916).
|
Taken en activiteiten |
|
Voorloper |
|
Continenten |
|
Lokatie |
|
Selectie uit de literatuur |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bronnenpublicatie |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Periodieken |
|
Meer over het archief |
|
||||||||||||||||||||||
Bronnen met verslaglegging | Conferenties van zendelingen
1843-1859. West-Java, notulen, 1902-1940 en 1946-1949.
1864. West-Java, gedrukte verkorte notulen (niet volledig), 1921-1924.
1866-1867. West-Java, z.g. kleine conferentie, notulen, 1932-1940.
2015-2016. Zuid-OOost Celebes, notulen, 1923-1940.
Conferenties van goeroes
1868-1869. West-Java, notulen, 1923, 1928 en 1932-1933.
Dagboeken
2108. Dagboek van M. Lindenborn wegens zijn reis naar Ned.-Indië, 1920-1921 .
Rapporten en inspectieverslagen
2109. Verslag van de dienstreis door M. Lindenborn, 1920-1921.
Jaar- en andere periodieke verslagen en statistiek
2112-2114. Overzichten van posten op West-Java, 1894-1920.
1729-1731. Jaarverslagen en statistieken, 1901-1941.
2132-2135. Jaarverslagen en statistieken, 1928 - 1941.
1977. Verslagen van de kweekschool in Bandoeng, 1914-1917.
2110. Verslagen over de zendingsposten op West-Java en in Zuid-Oost celebes, 1930-1939.
2130. Jaarverslagen van de resoorten, 1913-1914.
Statistiek
2111. Jaaroverzichten van het ledental per gemeente, 1883-1900.
2012. Statistieken van hulpziekenhuizen op West-Java, 1927-1929
2115-2129. Statistische overzichten per zendingsgemeente op Zuid-Oost Celebes en West-Java, 1911-1938
|
||||||||||||||||||||||
Archivalie elders | Vrouwen-vereeniging tot uitrusting onzer Zendelingen |
||||||||||||||||||||||
Verwijzing naar andere archiefvormers | |||||||||||||||||||||||
Informatiewaarde | Groot |
Geschiedenis
Korte geschiedenis | De organisatie Het NZV ontstond uit onvrede met het Nederlandsch Zendeling Genootschap (NZG). De voornaamste oorzaak daarvan was de groeiende invloed van de moderne en de Groninger richting binnen het NZG. Dit resulteerde binnen enkele jaren in het ontstaan van vier nieuwe zendingsorganisaties: het Java-Comité (1855), de Nederlandsche Gereformeerde Zendingsvereeniging (NGZV, 1858), de NZV (1858) en de Utrechtsche Zendingsvereeniging (UZV, 1859). De stichters van de NZV waren vooral afkomstig uit de kringen van het Reveil. Van 1861 tot 1919 leidde de NZV haar zendelingen op in het Zendingshuis te Rotterdam. Van 1878 tot 1908 werd dit geleid door ds. S. Coolsma. In 1919 kocht men zich in bij de Zendingschool te Oegstgeest. De NZV organiseerde jaarlijks zendingsdagen en belegde maandelijks openbare bidstonden voor de zending.
Zendingsterreinen West-Java De eerste zendeling van de NZV begon in 1863 op West-Java te Bandoeng en vervolgens breidde het werk zich uit naar Tjiandjoer, waarvoor in 1865 bijzondere toelating werd ontvangen. In 1864 werden zendingsposten gesticht in Cheribon en Indramajoe (Chinese gemeenten), in 1886 in Meester Cornelis, in 1894 te Bantam en in 1903 werd de arbeid van het Java-Comité in Batavia overgenomen. Daarmee omvatte het terrein drie talen: Soendanees, Javaans en Maleis. Verder werkte men in Buitenzorg, Garoet, Poerwakarta, Soekaboemi en Tjideres. De zendelingen overlegden in de conferentie van zendelingen op West-Java. In Tjideres (oorspronkelijk gesticht als christendorp in 1880) had men een zendingsziekenhuis. Op verzoek van de islamitische bevolking van Tjideres werd er zelfs een pasalatan ingericht voor het verrichten van de het voorgeschreven gebed, de salat. Vanaf 1928 verzorgde de NZV twee Chinese gemeenten op West-Java die waren overgedragen door de Board of Foreign missions of the Methodist Episcopal Church, die wegens financiële problemen haar aandacht verlegde naar Sumatra. Bijzondere aandacht was er ook voor de gemeenten die voort waren gekomen uit het werk van de heer F.L. Anthing, gepensioneerd vice-president van het Hooggerechtshof van ned. Indië. Na zijn overlijden in 1887 werden de gemeenten met 750 christenen overgenomen door de NZV. Uit het werk onstond, na een aantal fusies, in 1988 de Gereja Kristen Indonesia, momenteel met zo'n 220.000 leden. Een ander initiatief was de dessa-huishoudsschool in Djoentikebon, geopend in 1937 door de NZV, met bestuur, directrice en een internaat (12 leerlingen).
Zuid-Oost Celebes De NZV was vanaf 1915 actief op Zuid-Oost-Celebes (overgenomen van de Indische Kerk) De zending boekte hier slechts langzaam progressie door tegenwerking van het islamitische vorstendom Loewoek. Vanaf 1951 was er geen Nederlandse zending meer mogelijk, onder andere door Daroel Islam. De activiteiten richtten zich op het zuidoostelijk deel van het eiland, met name in de plaatsen Kendari, Lamboeia, Mowewe, Poleang-Roembia en Sangona. In 1957 ontstond uit deze zending de Gereja Protestan Suluwasi Tenggara – Gepsultra. De kerk had in 2006 ongeveer 30.000 leden.
Films en ziekenhuizen Een bijzonderheid is dat de NZV ook films liet maken en deze gebruikte voor de propaganda. De vereniging exploiteerde rond 1900 ook een theeplantage in Pangharepan. Het ziekenhuiswezen op het zendingsterrein te Java was buiten de leiding van de NZV in 1910 ontstaan. In 1917 nam de NZV het ziekenhuis te Bandoeng over van de door zendeling Iken opgerichte Vereeniging tot oprichting en instandhouding van zendingshospitalen in Indië. Maar nog in 1925 werd het ziekenhuis te Poerwakarta niet door de NZV maar door het Comité voor medische zending op West-Java (een comite van NZV-zendelingen) overgenomen. In 1930 zou door een reorganisatie al het werk in een grote conferentie van zendingsarbeiders ondergebracht worden.
(Zie o.a. Van den End, De Nederlandse Zendingsvereniging, 3-58 en Van Randwijck, Handelen en denken, 643.) |
Organisatie | Karakter, leden en afdelingen In 1859 fuseerde de lokale Zendingsvereeniging te Rotterdam onder de naam van NZV met enkele andere lokale zendingsverenigingen. Verschillende fusiepogingen met de NGZV en de UZV waren toen al op niets uitgelopen. De andere zendingsverenigingen waren gevestigd in: Deventer, Enkhuizen, Delfshaven, Hillegersberg, Stadskanaal, Arnhem, Almelo en Leeuwarden. De NZV was een democratisch georganiseerde vereniging. Het aandeel predikanten in het hoofdbestuur, dat vanaf 1861 negen leden telde, was in vergelijking met bijvoorbeeld de UZV gering. Het hoofdbestuur legde verantwoording af aan een voor- en najaarsvergadering, die werd samengesteld uit de wettige vertegenwoordigers der afdelingen. Vanaf 1878 had de NZV een director in dienst die de leiding had van de school en verantwoording schuldig was aan het hoofdbestuur dat wekelijks in het zendingshuis in Rotterdam vergaderde.
Er waren leden en contribuanten. Leden moesten de zeer strikte belijdenis uit artikel 1 van de statuten onderschrijven. Verder ontstond er een netwerk van plaatselijke afdelingen, die zich soms ook provinciaal organiseerden. Enkele aantallen: 1859 12 afdelingen, 1892 53 afdelingen, 1936 72 afdelingen). De meeste afdelingen waren gevestigd in Friesland en in Noord- en Zuid-Holland. Ook in Nederlands-Indie werden in 1914 en 1917 verenigingen te Bandoeng, Buitenzorg en Meester-Cornelis opgericht. Verdere ontving men geregeld steun van het Kinderzendelinggenootschap te Rotterdam (1851), het Jongelieden-Zendelinggenootschap te Rotterdam (1858) en de Vrouwen-vereeniging tot uitrusting onzer zendelingen te Rotterdam (1859). Ook bestonden er diverse cents- en stuiververenigingen en verbonden verschillende classes der Nederlandse Hervormde Kerk zich in de loop der tijd aan de NZV. In 1919 overschreden de inkomsten voor het eerst de grens van Fl. 100.000. Om fondsen te werven verspreidde men 'Soendaneesjes', blikken busjes met een afbeelding van een Soendanees waarin geld gedaan kon worden. Pas begin twintigste eeuw kwam er meer ruimte voor toenadering, zelfs weer tot het NZG. In 1923 sloot men zich aan bij de Samenwerkende Zendingscorporaties. In 1951 ging de NZV op in Vereenigde Nederlandse Zendingscorporaties. De zendelingen hielden conferenties, vanaf 1901 jaarlijks en vanaf 1919 zelfs meerdere keren per jaar. In 1929 werd de conferentie opgesplitst in drie secties: eigenlijke zending, onderwijs en medische zending. De laatste conferentie vond plaats in 1948. Vanaf 1880 bestond er een jongeliedenbond binnen de NZV. Deze werd opgericht om de zendingliefde onder de jeugd te bevorderen en om geld in te zamelen. De bond leidde jarenlang een sluimerend bestaan totdat de Zendings-jeugdbond der NZV in 1930 het werk opnieuw ter hand nam.
Directoren Vanaf 1866 had de NZV directeuren die verantwoordelijk waren voor de dagelijkse leiding. Dit waren: ds. H.V. Hogerzeil 1866-1868 geen directeur 1868-1878 ds. C.W. Coolsma 1878-1908 C.Chr.J. Schröder 1908-1916 ds. M. Lindenborn 1913-1923 ds. R. Meeuwenberg 1917- ds. C.B. Rijnders 1923-
Afdelingen In 1908 had de vereniging afdelingen in: Groningen: geen Friesland: Achlum, Bolsward, Ferwerd, Grouw, Makkum, Marrum, Menaldum, Molkwerum, Sexbierum, Sneek, Wommels en Woudsend Drenthe: Assen en Emmen Overijssel: Almelo, Den Ham en Zwolle Gelderland: Keppel and Zutphen Utrecht: Utrecht Noord-Holland: Amsterdam, Bennebroek, Bussum, Haarlem, Heemstede, Heilo, Den Helder, Hoorn, Koog-Zaandijk, Marken, Monnikendam, Ouderkerk aan de Amstel, Wieringen en Zaandam Zuid-Holland: Delft, Dordrecht, Feyenoord, Den Haag, Kralingen, Leerdam, Leiden, Loosduinen, Oudewater, Rotterdam, Rozenburg, Rijswijk, Scheveningen, Ter Aar en Zuid-Beierland Zeeland: Bruinisse, Sint-Laurens, Middelburg, Schoondijke en Westkapelle North-Brabant: Breda, Fijnaart en Klundert Limburg: geen
|
Doelstelling | Doel: 'De NZV, gevestigd te Rotterdam, stelt zich ten doel Zendelingen op te leiden of aan te nemen, uit te zenden en te onderhouden ter verbreiding van den Christelyken Godsdienst, voornamelyk in de Nederlandsch Oost-Indische bezittingen. (artikel 1, statuten 1916).
Grondslag: 'De Vereeniging bestaat uit leden die erkennen, dat de Heere Jezus Christus hun volkomen Zaligmaker is; die dit in hunnen wandel betoonen, en verklaren niet te mogen samenwerken met degenen die Zijne waarachtige en eeuwige Godheid loochenen' (artikel 1, statuten 1858). In 1916 werd dit gewijzigd in: 'Leden kunnen slechts zijn die de waarachtige en eeuwige Godheid van Christus erkennen, Hem als den volkomen Zaligmaker belijden en daarom willen medewerken tot het bereiken van het in art. 1 genoemde doel' (artikel 2, statuten 1916).
|
Taken en activiteiten |
|
Voorloper |
|
Geografie
Continenten |
|
Lokatie |
|
Niet-archivalische bronnen
Selectie uit de literatuur |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bronnenpublicatie |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Periodieken |
|
Het archief
Meer over het archief |
|
||||||||||||||||||||||
Bronnen met verslaglegging | Conferenties van zendelingen
1843-1859. West-Java, notulen, 1902-1940 en 1946-1949.
1864. West-Java, gedrukte verkorte notulen (niet volledig), 1921-1924.
1866-1867. West-Java, z.g. kleine conferentie, notulen, 1932-1940.
2015-2016. Zuid-OOost Celebes, notulen, 1923-1940.
Conferenties van goeroes
1868-1869. West-Java, notulen, 1923, 1928 en 1932-1933.
Dagboeken
2108. Dagboek van M. Lindenborn wegens zijn reis naar Ned.-Indië, 1920-1921 .
Rapporten en inspectieverslagen
2109. Verslag van de dienstreis door M. Lindenborn, 1920-1921.
Jaar- en andere periodieke verslagen en statistiek
2112-2114. Overzichten van posten op West-Java, 1894-1920.
1729-1731. Jaarverslagen en statistieken, 1901-1941.
2132-2135. Jaarverslagen en statistieken, 1928 - 1941.
1977. Verslagen van de kweekschool in Bandoeng, 1914-1917.
2110. Verslagen over de zendingsposten op West-Java en in Zuid-Oost celebes, 1930-1939.
2130. Jaarverslagen van de resoorten, 1913-1914.
Statistiek
2111. Jaaroverzichten van het ledental per gemeente, 1883-1900.
2012. Statistieken van hulpziekenhuizen op West-Java, 1927-1929
2115-2129. Statistische overzichten per zendingsgemeente op Zuid-Oost Celebes en West-Java, 1911-1938
|
||||||||||||||||||||||
Archivalie elders | Vrouwen-vereeniging tot uitrusting onzer Zendelingen |
||||||||||||||||||||||
Verwijzing naar andere archiefvormers | |||||||||||||||||||||||
Informatiewaarde | Groot |