Katholiek Sociaal Kerkelijk Instituut
Naam | Katholiek Sociaal Kerkelijk Instituut |
Naamsvarianten |
|
Periode | 1946-2011 |
Denominatie | rooms-katholiek |
Org | Missie |
Korte geschiedenis | Oprichting Inspiratiebron voor het KASKI was het Centraal Bureau voor de Statistiek en het na de Tweede Wereldoorlog door de regering in het leven geroepen Centraal Planbureau. Het feit dat een van de oprichters, drs. G.H.L. Zeegers, tijdens de oorlog bij de Rijksdienst voor het Nationale Plan had gewerkt, is veelzeggend. Op 23 juni 1946 werd de Katholiek Sociaal-Kerkelijke Studiekring, een initiatief van L. Buys cssr, Montanus Versteeg ofm en G.H.L. Zeegers, in het leven geroepen. Hieruit ontstond het KASKI. Op 17 november 1947 passeerde de akte van de stichting en werd de officiële naam vastgesteld: Katholiek Sociaal-Kerkelijk Instituut.
Beginperiode 1946-1958 Het KASKI was in Europa het eerste katholieke instituut dat zich bezighield met de praktische toepassing van de sociale wetenschappen bij de bestudering van godsdienstige vraagstukken. Naast algemene verkenningen van de godsdienstige en kerkelijke situatie en van de zielzorg in Nederland verrichtte het KASKI in zijn beginperiode voornamelijk onderzoek naar ruimtelijk-organisatorische problemen zoals de oprichting en indeling van parochies en de bouw van kerken. Aan het einde van deze eerste periode leidde overleg tussen het KASKI en de afzonderlijke bisdommen tot een landelijke uniformering van de jaarlijkse statistiek van parochies en kloosters.
Consolidatie en verdieping, 1958-1962 Op godsdienstig-kerkelijk onderzoeksterrein vond een verdieping en verbreding plaats onder meer door de continue en systematische registratie van priesterroepingen en door studies over de functie van de clerus en van de religieuzen. Ook de studies over de zielzorg verdiepten zich: deze richtten zich niet meer alleen op de materiële condities ervan, maar ook op de inhoud en achtergrond van de godsdienstig-kerkelijke situatie en van de problemen van de zielzorg met name in de grote steden. Het streven onder zielzorgers naar vernieuwing droeg tot deze ontwikkeling bij.
Na 1960 De periode na 1960 valt buiten het bestek van deze gids. Doordat de orders terugliepen moest het KASKI inkrimpen en reorganiseren. Het KASKI legde zich toe op adviezen met betrekking tot parochie- en kerkplanning en de kerkelijke statistiek van parochies en priesteropleiding. Na 1975 ging het KASKI zich toeleggen op de jaarlijkse parochiestatistiek, terwijl het ook de statistiek van de Nederlandse Hervormde Kerk onder zijn hoede kreeg. (http://kdc-app.hosting.kun.nl/erasmusplein/3-1998/kaski.html geraadpleegd op 25 september 2009).
De missie Het KASKI heeft zich niet op grote schaal met de missie beziggehouden. |
Organisatie | Onder het directoraat van initiatiefnemer Zeegers (1911-1988) breidde het KASKI zich sterk uit. Vanuit het centrale bureau in Den Haag werd een flink aantal regionale bureaus geopend. Samen met de Sint Radboudstichting werd aan de Katholieke Universiteit Nijmegen het Sociologisch Instituut opgericht. Deze betaalde opdrachten waren in financieel opzicht van vitaal belang; het KASKI was immers een particulier instituut en het werd slechts in bescheiden mate gesubsidieerd door het Nederlandse episcopaat. In 1995 werd een samenwerkingsovereenkomst gesloten met de Radboud Universiteit in Nijmegen nadat het jaar ervoor een onvermijdelijke reorganisatie en sanering was doorgevoerd. |
Doelstelling | Het doel van het instituut was: 'het bevorderen der studie van het individueel en sociaal-religieus leven van het katholieke en, in verband daarmede, van het niet-katholieke deel van het Nederlandse Volk, om op grondslag daarvan behulpzaam te zijn bij het opstellen van practische conclusies ten dienste van de zielzorg onder de katholieken en het Apostolaat onder de niet-katholieken' (artikel 2). Hieruit blijkt dat het KASKI zich niet alleen als religieus-sociologisch onderzoeksinstituut beschouwde, maar ook praktische conclusies ten dienste van de zielzorg wilde aandragen (http://kdc-app.hosting.kun.nl/erasmusplein/3-1998/kaski.html 29-05-2009) |
Taken en activiteiten |
|
Continenten |
|
Lokatie |
|
Selectie uit de literatuur |
|
Meer over het archief |
|
||||||||||||||||||||||||||||||
Websites | |||||||||||||||||||||||||||||||
Verwijzing naar andere archiefvormers | |||||||||||||||||||||||||||||||
Opmerkingen | |||||||||||||||||||||||||||||||
Informatiewaarde | Gering |
Geschiedenis
Korte geschiedenis | Oprichting Inspiratiebron voor het KASKI was het Centraal Bureau voor de Statistiek en het na de Tweede Wereldoorlog door de regering in het leven geroepen Centraal Planbureau. Het feit dat een van de oprichters, drs. G.H.L. Zeegers, tijdens de oorlog bij de Rijksdienst voor het Nationale Plan had gewerkt, is veelzeggend. Op 23 juni 1946 werd de Katholiek Sociaal-Kerkelijke Studiekring, een initiatief van L. Buys cssr, Montanus Versteeg ofm en G.H.L. Zeegers, in het leven geroepen. Hieruit ontstond het KASKI. Op 17 november 1947 passeerde de akte van de stichting en werd de officiële naam vastgesteld: Katholiek Sociaal-Kerkelijk Instituut.
Beginperiode 1946-1958 Het KASKI was in Europa het eerste katholieke instituut dat zich bezighield met de praktische toepassing van de sociale wetenschappen bij de bestudering van godsdienstige vraagstukken. Naast algemene verkenningen van de godsdienstige en kerkelijke situatie en van de zielzorg in Nederland verrichtte het KASKI in zijn beginperiode voornamelijk onderzoek naar ruimtelijk-organisatorische problemen zoals de oprichting en indeling van parochies en de bouw van kerken. Aan het einde van deze eerste periode leidde overleg tussen het KASKI en de afzonderlijke bisdommen tot een landelijke uniformering van de jaarlijkse statistiek van parochies en kloosters.
Consolidatie en verdieping, 1958-1962 Op godsdienstig-kerkelijk onderzoeksterrein vond een verdieping en verbreding plaats onder meer door de continue en systematische registratie van priesterroepingen en door studies over de functie van de clerus en van de religieuzen. Ook de studies over de zielzorg verdiepten zich: deze richtten zich niet meer alleen op de materiële condities ervan, maar ook op de inhoud en achtergrond van de godsdienstig-kerkelijke situatie en van de problemen van de zielzorg met name in de grote steden. Het streven onder zielzorgers naar vernieuwing droeg tot deze ontwikkeling bij.
Na 1960 De periode na 1960 valt buiten het bestek van deze gids. Doordat de orders terugliepen moest het KASKI inkrimpen en reorganiseren. Het KASKI legde zich toe op adviezen met betrekking tot parochie- en kerkplanning en de kerkelijke statistiek van parochies en priesteropleiding. Na 1975 ging het KASKI zich toeleggen op de jaarlijkse parochiestatistiek, terwijl het ook de statistiek van de Nederlandse Hervormde Kerk onder zijn hoede kreeg. (http://kdc-app.hosting.kun.nl/erasmusplein/3-1998/kaski.html geraadpleegd op 25 september 2009).
De missie Het KASKI heeft zich niet op grote schaal met de missie beziggehouden. |
Organisatie | Onder het directoraat van initiatiefnemer Zeegers (1911-1988) breidde het KASKI zich sterk uit. Vanuit het centrale bureau in Den Haag werd een flink aantal regionale bureaus geopend. Samen met de Sint Radboudstichting werd aan de Katholieke Universiteit Nijmegen het Sociologisch Instituut opgericht. Deze betaalde opdrachten waren in financieel opzicht van vitaal belang; het KASKI was immers een particulier instituut en het werd slechts in bescheiden mate gesubsidieerd door het Nederlandse episcopaat. In 1995 werd een samenwerkingsovereenkomst gesloten met de Radboud Universiteit in Nijmegen nadat het jaar ervoor een onvermijdelijke reorganisatie en sanering was doorgevoerd. |
Doelstelling | Het doel van het instituut was: 'het bevorderen der studie van het individueel en sociaal-religieus leven van het katholieke en, in verband daarmede, van het niet-katholieke deel van het Nederlandse Volk, om op grondslag daarvan behulpzaam te zijn bij het opstellen van practische conclusies ten dienste van de zielzorg onder de katholieken en het Apostolaat onder de niet-katholieken' (artikel 2). Hieruit blijkt dat het KASKI zich niet alleen als religieus-sociologisch onderzoeksinstituut beschouwde, maar ook praktische conclusies ten dienste van de zielzorg wilde aandragen (http://kdc-app.hosting.kun.nl/erasmusplein/3-1998/kaski.html 29-05-2009) |
Taken en activiteiten |
|
Geografie
Continenten |
|
Lokatie |
|
Niet-archivalische bronnen
Selectie uit de literatuur |
|
Het archief
Meer over het archief |
|
||||||||||||||||||||||||||||||
Websites | |||||||||||||||||||||||||||||||
Verwijzing naar andere archiefvormers | |||||||||||||||||||||||||||||||
Opmerkingen | |||||||||||||||||||||||||||||||
Informatiewaarde | Gering |