De Pinkstergemeente in Nederlandsch Indie
Naam | De Pinkstergemeente in Nederlandsch Indie |
Naamsvarianten |
|
Periode | 1924-1942 |
Denominatie | Pinkstergemeente |
Org | Zending |
Korte geschiedenis | In 1921 zond de 'Bethel Temple', een pinksterkerk te Seattle, Washington (U.S.A.) twee zendelingen naar Nederlands-Indie, C. Groesbeek en D. van Klaveren, van Nederlandse afkomst. Zij begonnen te werken op Bali maar verplaatsten in 1922 of 1923 hun aandacht naar Java. Daarnaast werkten de Engelse William Bernard en zijn Nederlandse vrouw Marie Henriette Blekkink vanaf 1923 op Java namens het Nederlandsch Pinksterzendingsgenootschap. De Pinkstergemeente in Nederlandsch-Indië werd in 1924 in Bandoeng opgericht. Met George van Gessel, vanaf 1924 de leider van het Convent van Evangelisten, werkten zij samen met J. Thiessen in de Pinksterbeweging in Nederlandsch-Indie (1923). In 1924 scheidde men zich om onbekende redenen af van de Pinksterbeweging van Thiessen. In het Nederlandsch Zendingsjaarboek van 1930 wordt met nadruk gemeld dat de Pinkstergemeente niet uitging van de het Pinkster-zendingsgenootschap te Amsterdam. Uit dit werk is de Gereja Pentekosta di Indonesia ontstaan, met in 2008 ongeveer 12.000 kerken in heel Indonesië. (C. van der Laan, De spade regen, 111-118 en 210-211). |
Organisatie | De gemeente werkte onder 'Europeanen, Inlanders en vreemde Oosterlingen op Java, Sumatra, Borneo, Celebes, in de Molukken en op Timor en Onderhoorigheden'. In 1939 waren er 115 gemeenten met 52 Europese, 36 'Inlandsche' en 9 'vreemde Oostersche' voorgangers. Het bestuur werd gevormd door het Convent van Zendingsarbeiders en was gevestigd in Soerabaya. In 1939 was D.H.W. Weenink van Loon voorzitter (in 1930 was Weenink van Loon nog propagandist voor de Pinksterbeweging geweest), secretaris was Ch. A. E. Granpré Molière en penningmeester A.J. Pieter. |
Doelstelling | Kerkgenootschap dat veel werk maakte van zending en verkondiging. |
Taken en activiteiten |
|
Voorloper |
|
Continenten |
|
Lokatie |
|
Selectie uit de literatuur |
|
||||||||||||||||||||||||
Periodieken |
|
Meer over het archief |
|
||
Verwijzing naar andere archiefvormers | |||
Opmerkingen |
Na 1960 onstonden, onder andere:
|
Geschiedenis
Korte geschiedenis | In 1921 zond de 'Bethel Temple', een pinksterkerk te Seattle, Washington (U.S.A.) twee zendelingen naar Nederlands-Indie, C. Groesbeek en D. van Klaveren, van Nederlandse afkomst. Zij begonnen te werken op Bali maar verplaatsten in 1922 of 1923 hun aandacht naar Java. Daarnaast werkten de Engelse William Bernard en zijn Nederlandse vrouw Marie Henriette Blekkink vanaf 1923 op Java namens het Nederlandsch Pinksterzendingsgenootschap. De Pinkstergemeente in Nederlandsch-Indië werd in 1924 in Bandoeng opgericht. Met George van Gessel, vanaf 1924 de leider van het Convent van Evangelisten, werkten zij samen met J. Thiessen in de Pinksterbeweging in Nederlandsch-Indie (1923). In 1924 scheidde men zich om onbekende redenen af van de Pinksterbeweging van Thiessen. In het Nederlandsch Zendingsjaarboek van 1930 wordt met nadruk gemeld dat de Pinkstergemeente niet uitging van de het Pinkster-zendingsgenootschap te Amsterdam. Uit dit werk is de Gereja Pentekosta di Indonesia ontstaan, met in 2008 ongeveer 12.000 kerken in heel Indonesië. (C. van der Laan, De spade regen, 111-118 en 210-211). |
Organisatie | De gemeente werkte onder 'Europeanen, Inlanders en vreemde Oosterlingen op Java, Sumatra, Borneo, Celebes, in de Molukken en op Timor en Onderhoorigheden'. In 1939 waren er 115 gemeenten met 52 Europese, 36 'Inlandsche' en 9 'vreemde Oostersche' voorgangers. Het bestuur werd gevormd door het Convent van Zendingsarbeiders en was gevestigd in Soerabaya. In 1939 was D.H.W. Weenink van Loon voorzitter (in 1930 was Weenink van Loon nog propagandist voor de Pinksterbeweging geweest), secretaris was Ch. A. E. Granpré Molière en penningmeester A.J. Pieter. |
Doelstelling | Kerkgenootschap dat veel werk maakte van zending en verkondiging. |
Taken en activiteiten |
|
Voorloper |
|
Geografie
Continenten |
|
Lokatie |
|
Niet-archivalische bronnen
Selectie uit de literatuur |
|
||||||||||||||||||||||||
Periodieken |
|
Het archief
Meer over het archief |
|
||
Verwijzing naar andere archiefvormers | |||
Opmerkingen |
Na 1960 onstonden, onder andere:
|