Trappisten (abdij Koningshoeven)
Naam | Trappisten (abdij Koningshoeven) |
Naamsvarianten |
|
Periode | 1098-2011 |
Denominatie | rooms-katholiek |
Org | Missie |
Korte geschiedenis | De orde De Trappistenorde is ontstaan uit de Cisterciënzerorde die in 1098 in Frankrijk werd gesticht. Binnen deze orde ontstonden vanaf de vijftiende eeuw door hervormingen verschillende groepen, alnaargelang men de regel streng of minder streng toepaste. In de zeventiende eeuw werd in het klooster van La Trappe (Normandië) gestreefd naar een zeer strikte naleving van de regel (zogenaamde observantie). De monniken die zich bij deze beweging aansloten werden daarom Trappisten genoemd. De Franse Revolutie maakte bijna een einde aan de orde. Na 1815 werden her en der, in de Nederlanden voor het eerst in Westmale (provincie Antwerpen, 1836) nieuwe kloosters opgericht. Deze waren echter niet in een verband verenigd. Paus Leo XIII stelde voor deze groepen te laten fuseren. Dit vond plaats in 1892, waarmee de trappisten een zelfstandige orde werden. Sinds 1881 is de orde in Nederland gevestigd. In 1934 telde de orde mondiaal bezien 58 huizen met 3.500 leden. In Nederland bestonden er toen zes mannenkloosters en twee vrouwen kloosters (Trappistinnen). Het oudste klooster in Nederland is de abdij van Koningshoeven in Berkel-Enschot (bij Tilburg, provincie Noord-Brabant). In 1881 kwam een groep monniken vanuit de Katsberg (Noord-Frankrijk) naar Nederland. Zij vestigden zich in enkele boerderijen die het eigendom waren geweest van koning Willem II, vandaar de naam Koningshoeven. Het klooster werd in 1891 tot abdij verheven. In 1900 volgde vanuit Koningshoeven een nieuwe stichting, de latere abdij Maria Toevlucht in Zundert (provincie Noord-Brabant), en in 1935 de Trappistinnenabdij OL Vrouw van Koningsoord te Berkel-Enschot (province North Brabant).
De missie De regel van de orde is moeilijk te combineren met missiewerk. De Trappisten hebben zich daarom nauwelijks met missionering beziggehouden, maar wel hebben zij vanuit Nederland enkele contemplatieve kloosters in de Derde Wereld gesticht. Sinds 1894 werkten er Trappisten, die afkomstig waren uit Westmalle en Koningshoeven, in Belgisch Congo. In 1910 werden drie monniken uit Koningshoeven uitgezonden. Toen de missie van Bamanya in 1924 werd overgedragen aan de Belgische missionarissen van het Heilig Hart werkten er zeven Trappisten uit Tilburg. In totaal vertrokken er 63 trappisten naar Congo, waarvan 25 uit Nederlandse kloosters in Achel, Tilburg, Tegelen en Echt. De Trappisten van Koningshoeven stichtten in 1953 een abdij op Java, namelijk S.M. Rawa Seneng. In 1956 volgde de abdij 'Our Lady of Victory' in Kenya. In 1996 was nog één lid van de orde werkzaam in Kenya. In Congo (Zaïre) missioneerden de Trappisten weer vanaf 1958 .
Alle informatie is, tenzij anders vermeld, geput uit: Willemsen, I, par. 1-5, Katholieke Encyclopaedie 1934, lemma 'Cisterciënzers', bezoekrapport KAN 1997, Derix, Brengers van de boodschap, 350-351 |
Organisatie | Met de fusie van de verschillende congregaties in 1892 werd de algemene coördinatie opgedragen aan een generaal abt die in Rome resideerde. |
Doelstelling | Tot de doelstellingen van de orde behoorden contemplatief leven, pastoraal werk en missiewerk. |
Taken en activiteiten |
|
Continenten |
|
Lokatie |
|
Selectie uit de literatuur |
|
||||||||||||||||||||
Periodieken |
|
||||||||||||||||||||
Interviews | Negen intervieuws, en wel de nrs.: 86-87 139 165 542 828 830-832 |
Meer over het archief |
|
||||||||||
Opmerkingen |
Geschiedenis
Korte geschiedenis | De orde De Trappistenorde is ontstaan uit de Cisterciënzerorde die in 1098 in Frankrijk werd gesticht. Binnen deze orde ontstonden vanaf de vijftiende eeuw door hervormingen verschillende groepen, alnaargelang men de regel streng of minder streng toepaste. In de zeventiende eeuw werd in het klooster van La Trappe (Normandië) gestreefd naar een zeer strikte naleving van de regel (zogenaamde observantie). De monniken die zich bij deze beweging aansloten werden daarom Trappisten genoemd. De Franse Revolutie maakte bijna een einde aan de orde. Na 1815 werden her en der, in de Nederlanden voor het eerst in Westmale (provincie Antwerpen, 1836) nieuwe kloosters opgericht. Deze waren echter niet in een verband verenigd. Paus Leo XIII stelde voor deze groepen te laten fuseren. Dit vond plaats in 1892, waarmee de trappisten een zelfstandige orde werden. Sinds 1881 is de orde in Nederland gevestigd. In 1934 telde de orde mondiaal bezien 58 huizen met 3.500 leden. In Nederland bestonden er toen zes mannenkloosters en twee vrouwen kloosters (Trappistinnen). Het oudste klooster in Nederland is de abdij van Koningshoeven in Berkel-Enschot (bij Tilburg, provincie Noord-Brabant). In 1881 kwam een groep monniken vanuit de Katsberg (Noord-Frankrijk) naar Nederland. Zij vestigden zich in enkele boerderijen die het eigendom waren geweest van koning Willem II, vandaar de naam Koningshoeven. Het klooster werd in 1891 tot abdij verheven. In 1900 volgde vanuit Koningshoeven een nieuwe stichting, de latere abdij Maria Toevlucht in Zundert (provincie Noord-Brabant), en in 1935 de Trappistinnenabdij OL Vrouw van Koningsoord te Berkel-Enschot (province North Brabant).
De missie De regel van de orde is moeilijk te combineren met missiewerk. De Trappisten hebben zich daarom nauwelijks met missionering beziggehouden, maar wel hebben zij vanuit Nederland enkele contemplatieve kloosters in de Derde Wereld gesticht. Sinds 1894 werkten er Trappisten, die afkomstig waren uit Westmalle en Koningshoeven, in Belgisch Congo. In 1910 werden drie monniken uit Koningshoeven uitgezonden. Toen de missie van Bamanya in 1924 werd overgedragen aan de Belgische missionarissen van het Heilig Hart werkten er zeven Trappisten uit Tilburg. In totaal vertrokken er 63 trappisten naar Congo, waarvan 25 uit Nederlandse kloosters in Achel, Tilburg, Tegelen en Echt. De Trappisten van Koningshoeven stichtten in 1953 een abdij op Java, namelijk S.M. Rawa Seneng. In 1956 volgde de abdij 'Our Lady of Victory' in Kenya. In 1996 was nog één lid van de orde werkzaam in Kenya. In Congo (Zaïre) missioneerden de Trappisten weer vanaf 1958 .
Alle informatie is, tenzij anders vermeld, geput uit: Willemsen, I, par. 1-5, Katholieke Encyclopaedie 1934, lemma 'Cisterciënzers', bezoekrapport KAN 1997, Derix, Brengers van de boodschap, 350-351 |
Organisatie | Met de fusie van de verschillende congregaties in 1892 werd de algemene coördinatie opgedragen aan een generaal abt die in Rome resideerde. |
Doelstelling | Tot de doelstellingen van de orde behoorden contemplatief leven, pastoraal werk en missiewerk. |
Taken en activiteiten |
|
Geografie
Continenten |
|
Lokatie |
|
Niet-archivalische bronnen
Selectie uit de literatuur |
|
||||||||||||||||||||
Periodieken |
|
||||||||||||||||||||
Interviews | Negen intervieuws, en wel de nrs.: 86-87 139 165 542 828 830-832 |
Het archief
Meer over het archief |
|
||||||||||
Opmerkingen |