Indische Commissie van de Nederlandse Protestanten Bond
| Naam | Indische Commissie van de Nederlandse Protestanten Bond |
| Naamsvarianten |
|
| Periode | 1907-1958 |
| Denominatie | Vrijzinnige Geloofsgemeenschap Nederlandse Protestanten Bond (NPB) |
| Org | Zending |
| Korte geschiedenis | De Nederlandse Protestantenbond was een in 1870 opgerichte vereniging van vrijzinnig denkende protestanten. Naar aanleiding van een voordracht door ds. A.S. Carpentier Alting (oud-predikant in Ned. Indië) werd in 1907 door de algemene vergadering van de Bond de Indische Commissie in het leven geroepen. De commissie legde zich toe op het verzenden van christelijke lectuur, met name gericht op Europeanen, en op de financiële ondersteuning van enkele vrijzinnige bladen in Nederlands-Indië. Men gebruikte daarvoor de term postpropaganda. Plannen voor opleiding van vrijzinnige predikanten e.d. liepen op niets uit. Wel was de commissie betrokken bij de oprichting van de Medische dienst der vrijzinnigen. In 1931 werd er middels een circulaire nog steun gevraagd voor het medische zendingswerk en de vrijzinnige medische zendingspost. De circulaire was een initiatief van de Indische Commissie van de NPB, de Centrale Commissie voor het Vrijzinnig Protestantisme en Simavi. De medische zendingspost zou overigens niet tot stand komen. Na de Tweede Wereldoorlog ondernam de Commissie Indische Groep, die bedoeld was als voortzetting van de Indische commissie, nauwelijks activiteiten. De spaarrekening van deze commissie bleef overigens tot 1958 bestaan.
|
| Organisatie | Er bestond een hoofdbestuur dat nieuwe leden benoemde, wanneer zittende leden zich terugtrokken of overleden. Dit bestond uit een voorzitter, secretaris-penningmeester en enkele leden. Financiering vondt plaats door verspreiding van circulaires onder vrijzinnige kerkeraden en kerkvoogdijen. Toen in Nederlands-Indie de centrale commissie voor het vrijzinnig protestantisme werd opgericht, werd in 1933 de Indische commissie opgeheven en kwam haar taak in handen van het hoofdbestuur van de Ned. Protestantenbond. De nieuwe naam werd Commissie Indische Groep, hoewel in de jaarboeken ook nog de verwijzing Indische Commissie genoemd wordt. Bovendien werd er een aparte commissie voor postpropaganda ingesteld, die van 1933 tot 1946 heeft gefunctioneerd. |
| Doelstelling | Doel: de bevordering van de vrije ontwikkeling van het godsdienstig leven in Ned. Indië. Middelen: de opleiding van godsdienstleeraars en hulppredikers: aanmeldingen geen probleem maar geen garantie van aanstelling door Indische regering. (uit: Wegwijzer naar en in den Ned. Protestantenbond, 1925) |
| Taken en activiteiten |
|
| Continenten |
|
| Lokatie |
|
| Selectie uit de literatuur |
|
||||||||||||||
| Periodieken |
|
| Meer over het archief |
|
||
| Verwijzing naar andere archiefvormers |
Geschiedenis
| Korte geschiedenis | De Nederlandse Protestantenbond was een in 1870 opgerichte vereniging van vrijzinnig denkende protestanten. Naar aanleiding van een voordracht door ds. A.S. Carpentier Alting (oud-predikant in Ned. Indië) werd in 1907 door de algemene vergadering van de Bond de Indische Commissie in het leven geroepen. De commissie legde zich toe op het verzenden van christelijke lectuur, met name gericht op Europeanen, en op de financiële ondersteuning van enkele vrijzinnige bladen in Nederlands-Indië. Men gebruikte daarvoor de term postpropaganda. Plannen voor opleiding van vrijzinnige predikanten e.d. liepen op niets uit. Wel was de commissie betrokken bij de oprichting van de Medische dienst der vrijzinnigen. In 1931 werd er middels een circulaire nog steun gevraagd voor het medische zendingswerk en de vrijzinnige medische zendingspost. De circulaire was een initiatief van de Indische Commissie van de NPB, de Centrale Commissie voor het Vrijzinnig Protestantisme en Simavi. De medische zendingspost zou overigens niet tot stand komen. Na de Tweede Wereldoorlog ondernam de Commissie Indische Groep, die bedoeld was als voortzetting van de Indische commissie, nauwelijks activiteiten. De spaarrekening van deze commissie bleef overigens tot 1958 bestaan.
|
| Organisatie | Er bestond een hoofdbestuur dat nieuwe leden benoemde, wanneer zittende leden zich terugtrokken of overleden. Dit bestond uit een voorzitter, secretaris-penningmeester en enkele leden. Financiering vondt plaats door verspreiding van circulaires onder vrijzinnige kerkeraden en kerkvoogdijen. Toen in Nederlands-Indie de centrale commissie voor het vrijzinnig protestantisme werd opgericht, werd in 1933 de Indische commissie opgeheven en kwam haar taak in handen van het hoofdbestuur van de Ned. Protestantenbond. De nieuwe naam werd Commissie Indische Groep, hoewel in de jaarboeken ook nog de verwijzing Indische Commissie genoemd wordt. Bovendien werd er een aparte commissie voor postpropaganda ingesteld, die van 1933 tot 1946 heeft gefunctioneerd. |
| Doelstelling | Doel: de bevordering van de vrije ontwikkeling van het godsdienstig leven in Ned. Indië. Middelen: de opleiding van godsdienstleeraars en hulppredikers: aanmeldingen geen probleem maar geen garantie van aanstelling door Indische regering. (uit: Wegwijzer naar en in den Ned. Protestantenbond, 1925) |
| Taken en activiteiten |
|
Geografie
| Continenten |
|
| Lokatie |
|
Niet-archivalische bronnen
| Selectie uit de literatuur |
|
||||||||||||||
| Periodieken |
|
Het archief
| Meer over het archief |
|
||
| Verwijzing naar andere archiefvormers |