Provinciaal Zendingscomite (in Friesland)
Naam | Provinciaal Zendingscomite (in Friesland) |
Periode | 1933-1953 |
Denominatie | Nederlandse Hervormde Kerk |
Org | Zending |
Korte geschiedenis | Volgens de nieuwe kerkorde van de Nederlandse Hervormde Kerk (NHK) van 1951 werd de zending een van de taken van deze kerk. Bijgevolg fuseerden de met de kerk geestelijk verbonden zendingscorporaties en werd de Raad voor de Zending (RvdZ) van de Nederlandse Hervormde Kerk opgericht. Iedere classis werd verplicht om een zendingscommissie in te stellen. De voornaamste taak van een dergelijke commissie was het verschaffen van financiële en materiële steun aan de zending buiten Europa. Veel classes hadden overigens al vóór 1951 een dergelijke commissie of vereniging. Het lijkt erop dat, met name in classes die dit in 1951 nog niet hadden gedaan, de commissie al spoedig aan belang inboette. Wat de slagkracht van de classicale commissies belemmerde was het gegeven dat de Gereformeerde Zendingsbond (GZB) niet wilde fuseren met de andere hervormde corporaties. In classes waar de Gereformeerde Bond veel aanhangers had, steunde de classicale commissie ofwel het zendingswerk van de GZB, ofwel men verdeelde de inkomsten tussen GZB en RdvZ. Door de verschillende richtingen binnen de NHK, gecombineerd met het gegeven dat de RvdZ en de GZB het zendingsbeleid zelf vormgaven, functioneerden de classicale commissies over het algemeen moeizaam.
Het comité werd opgericht om het werk van classicale en gemeentelijke zendingscommissies en afdelingen van zendingscorporaties te steunen. Daartoe belegde men onder andere elk jaar een provinciale zendingsvergadering, bedoeld als werkvergadering, en organisereerde men in het voor- en najaar zendingsdagen. Het comité wordt voor het laatst in 1953 vermeld. |
Organisatie | Het comité was eerst de provinciale Friese afdeling van de Nederlandsche Zendingsvereniging. In 1933 fuseerden deze in 1867-1868 opgerichte afdeling en de (Friese) classicale zendingscommissies tot het (Fries) Provinciaal Zendingscomite. Het comité had een bestuur dat bestond uit een voorzitter. een secretaris-penningmeester en verschillende andere leden. |
Doelstelling | 'De zendingszaak te dienen, meer in het bijzonder door allen georganiseerden zendingsarbeid in Friesland die uitgaat van afdelingen der verschillende zendingscorporaties, of van de classicale of gemeentelijke commissies, te steunen en voor elkander van beteekenis te doen zijn.' (Ned. Zendingsjaarboek 1937, p. 147). |
Taken en activiteiten |
|
Continenten |
|
Lokatie |
|
Periodieken |
|
Meer over het archief |
|
||||||||||||||||||
Opmerkingen |
Behalve in bovenstaande periodiek werden er voor 1955 berichten geplaatst in de Classicale Zendingsbladen en het Hervormd Zondagsblad. |
Geschiedenis
Korte geschiedenis | Volgens de nieuwe kerkorde van de Nederlandse Hervormde Kerk (NHK) van 1951 werd de zending een van de taken van deze kerk. Bijgevolg fuseerden de met de kerk geestelijk verbonden zendingscorporaties en werd de Raad voor de Zending (RvdZ) van de Nederlandse Hervormde Kerk opgericht. Iedere classis werd verplicht om een zendingscommissie in te stellen. De voornaamste taak van een dergelijke commissie was het verschaffen van financiële en materiële steun aan de zending buiten Europa. Veel classes hadden overigens al vóór 1951 een dergelijke commissie of vereniging. Het lijkt erop dat, met name in classes die dit in 1951 nog niet hadden gedaan, de commissie al spoedig aan belang inboette. Wat de slagkracht van de classicale commissies belemmerde was het gegeven dat de Gereformeerde Zendingsbond (GZB) niet wilde fuseren met de andere hervormde corporaties. In classes waar de Gereformeerde Bond veel aanhangers had, steunde de classicale commissie ofwel het zendingswerk van de GZB, ofwel men verdeelde de inkomsten tussen GZB en RdvZ. Door de verschillende richtingen binnen de NHK, gecombineerd met het gegeven dat de RvdZ en de GZB het zendingsbeleid zelf vormgaven, functioneerden de classicale commissies over het algemeen moeizaam.
Het comité werd opgericht om het werk van classicale en gemeentelijke zendingscommissies en afdelingen van zendingscorporaties te steunen. Daartoe belegde men onder andere elk jaar een provinciale zendingsvergadering, bedoeld als werkvergadering, en organisereerde men in het voor- en najaar zendingsdagen. Het comité wordt voor het laatst in 1953 vermeld. |
Organisatie | Het comité was eerst de provinciale Friese afdeling van de Nederlandsche Zendingsvereniging. In 1933 fuseerden deze in 1867-1868 opgerichte afdeling en de (Friese) classicale zendingscommissies tot het (Fries) Provinciaal Zendingscomite. Het comité had een bestuur dat bestond uit een voorzitter. een secretaris-penningmeester en verschillende andere leden. |
Doelstelling | 'De zendingszaak te dienen, meer in het bijzonder door allen georganiseerden zendingsarbeid in Friesland die uitgaat van afdelingen der verschillende zendingscorporaties, of van de classicale of gemeentelijke commissies, te steunen en voor elkander van beteekenis te doen zijn.' (Ned. Zendingsjaarboek 1937, p. 147). |
Taken en activiteiten |
|
Geografie
Continenten |
|
Lokatie |
|
Niet-archivalische bronnen
Periodieken |
|
Het archief
Meer over het archief |
|
||||||||||||||||||
Opmerkingen |
Behalve in bovenstaande periodiek werden er voor 1955 berichten geplaatst in de Classicale Zendingsbladen en het Hervormd Zondagsblad. |