Paters Maristen (SM)
Naam | Paters Maristen (SM) |
Naamsvarianten |
|
Periode | 1816-2011 |
Denominatie | rooms-katholiek |
Org | Missie |
Korte geschiedenis | De congregatie De congregatie is in 1816 gesticht in Lyon (Frankrijk) door een groep seminaristen, onder wie Jean Claude Marie Colin (1790-1875). Na zijn wijding in 1816 werd hij kapelaan in Cerdon waar zijn broeder Pierre pastoor was en tevens was hij enige tijd regent van het klein-seminarie. Colin stichtte ook congregaties van broeders en zusters. In 1909 gaf de bisschop van Breda toestemming voor vestiging van de Franse congregatie in zijn diocees, op voorwaarde dat er in zijn bisdom niet geworven zou worden voor de priesteropleiding. De congregatie vestigde zich toen in Hulst en later in Glanerbrug (bij Enschede, provincie Overijssel) . De congregatie was niet erg groot: in 1936 telde zij over de gehele wereld 1.420 geprofeste leden verdeeld over negen provincies.
De missie De Maristen legden zich toe op de vele eilanden in de Stille Oceaan: de Solomoneilanden (1836), Nieuw-Caledonië (1847), Cookeilanden, Papua Nieuw-Guinea, Hawaii en Australië. In 1897 werden de Solomoneilanden afgesplitst van het vicariaat Nieuw-Pommeren onder de naam Britsch-Salomon; in 1921 werd het tot een apostolisch vicariaat verheven. Dit gebied stond bekend als lastig: 'We hebben hier te doen met een zeer moeilijke missie wegens de polygamie, het rare karakter der bevolking, het klimaat, de veelheid van talen en eilanden en de actie van de protestantsche secten.' (Van Woesik, 25). Ook in het vicariaat Nieuw-Caledonië waren Nederlandse missionarissen actief. Verder waren de Maristen werkzaam in Japan, Amerika, Azië, Australië en Nieuw-Zeeland. De in 1925 aangevangen missie in Noorwegen valt buiten het bestek van de gids.
Alle informatie is, tenzij anders vermeld, geput uit: Van Woesik, 24-25, Willemsen, I, par. 1-28, Pius-almanak 1960/61, 322 en 410-411 en Derix, Brengers van de boodschap, 272. |
Organisatie | De constituties van de congregatie werden in 1836 voorlopig en in 1873 definitief door de paus goedgekeurd. Sinds 1947 was er sprake van een Nederlandse provincie. Het generalaat bevindt zich in Rome .
Alle informatie is, tenzij anders vermeld, geput uit: Van Woesik, 24-25, Willemsen, I, par. 1-28, Pius-almanak 1960/61, 322 en Derix, Brengers van de boodschap, 272.
|
Doelstelling | Tot de doelstellingen van de congregatie behoorden volksmissies, pastoraal werk, onderwijs en missiewerk (Willemsen, 28; Van Woesik, 24; Pius-almanak 1960/61, 322). Kloosterlijke zelfheiliging door de bijzondere verering van de H. Maagd hoorde hier ook bij (Van Woesik, 24). Voor het liefdewerk was er Het Liefdewerk van het Gezelschap van Maria (1911) (Willemsen, 28). |
Taken en activiteiten |
|
Continenten |
|
Lokatie |
|
Selectie uit de literatuur |
|
||||||||||||||||||
Periodieken |
|
||||||||||||||||||
Interviews | 13 interviews, namelijk de nrs.:
74 175 237 305 323 330 518 581 669 698 699 884 889 |
Meer over het archief |
|
||||||||
Websites | |||||||||
Opmerkingen | In 1961 verscheen in De H. Kruistocht, Tweemaandelijks Tijdschrift der Paters Maristen in Nederland en België jaargang 38 nummer vier een 56 pagina's tellend artikel "De Sociëteit van Maria in Nederland, 1911-1961."
|
Geschiedenis
Korte geschiedenis | De congregatie De congregatie is in 1816 gesticht in Lyon (Frankrijk) door een groep seminaristen, onder wie Jean Claude Marie Colin (1790-1875). Na zijn wijding in 1816 werd hij kapelaan in Cerdon waar zijn broeder Pierre pastoor was en tevens was hij enige tijd regent van het klein-seminarie. Colin stichtte ook congregaties van broeders en zusters. In 1909 gaf de bisschop van Breda toestemming voor vestiging van de Franse congregatie in zijn diocees, op voorwaarde dat er in zijn bisdom niet geworven zou worden voor de priesteropleiding. De congregatie vestigde zich toen in Hulst en later in Glanerbrug (bij Enschede, provincie Overijssel) . De congregatie was niet erg groot: in 1936 telde zij over de gehele wereld 1.420 geprofeste leden verdeeld over negen provincies.
De missie De Maristen legden zich toe op de vele eilanden in de Stille Oceaan: de Solomoneilanden (1836), Nieuw-Caledonië (1847), Cookeilanden, Papua Nieuw-Guinea, Hawaii en Australië. In 1897 werden de Solomoneilanden afgesplitst van het vicariaat Nieuw-Pommeren onder de naam Britsch-Salomon; in 1921 werd het tot een apostolisch vicariaat verheven. Dit gebied stond bekend als lastig: 'We hebben hier te doen met een zeer moeilijke missie wegens de polygamie, het rare karakter der bevolking, het klimaat, de veelheid van talen en eilanden en de actie van de protestantsche secten.' (Van Woesik, 25). Ook in het vicariaat Nieuw-Caledonië waren Nederlandse missionarissen actief. Verder waren de Maristen werkzaam in Japan, Amerika, Azië, Australië en Nieuw-Zeeland. De in 1925 aangevangen missie in Noorwegen valt buiten het bestek van de gids.
Alle informatie is, tenzij anders vermeld, geput uit: Van Woesik, 24-25, Willemsen, I, par. 1-28, Pius-almanak 1960/61, 322 en 410-411 en Derix, Brengers van de boodschap, 272. |
Organisatie | De constituties van de congregatie werden in 1836 voorlopig en in 1873 definitief door de paus goedgekeurd. Sinds 1947 was er sprake van een Nederlandse provincie. Het generalaat bevindt zich in Rome .
Alle informatie is, tenzij anders vermeld, geput uit: Van Woesik, 24-25, Willemsen, I, par. 1-28, Pius-almanak 1960/61, 322 en Derix, Brengers van de boodschap, 272.
|
Doelstelling | Tot de doelstellingen van de congregatie behoorden volksmissies, pastoraal werk, onderwijs en missiewerk (Willemsen, 28; Van Woesik, 24; Pius-almanak 1960/61, 322). Kloosterlijke zelfheiliging door de bijzondere verering van de H. Maagd hoorde hier ook bij (Van Woesik, 24). Voor het liefdewerk was er Het Liefdewerk van het Gezelschap van Maria (1911) (Willemsen, 28). |
Taken en activiteiten |
|
Geografie
Continenten |
|
Lokatie |
|
Niet-archivalische bronnen
Selectie uit de literatuur |
|
||||||||||||||||||
Periodieken |
|
||||||||||||||||||
Interviews | 13 interviews, namelijk de nrs.:
74 175 237 305 323 330 518 581 669 698 699 884 889 |
Het archief
Meer over het archief |
|
||||||||
Websites | |||||||||
Opmerkingen | In 1961 verscheen in De H. Kruistocht, Tweemaandelijks Tijdschrift der Paters Maristen in Nederland en België jaargang 38 nummer vier een 56 pagina's tellend artikel "De Sociëteit van Maria in Nederland, 1911-1961."
|