Genootschap voor Hooger Theologisch Onderwijs in Nederlandsch Indie
Naam | Genootschap voor Hooger Theologisch Onderwijs in Nederlandsch Indie |
Periode | 1934-1957 |
Denominatie | Interdenominationeel |
Org | Zending |
Korte geschiedenis | Opgericht door het Centraal Comité Depok in Nederland en daarna ook financieel door het comité ondersteund. Rond 1926 werd het seminarie van het Comité Depok opgeheven. De gebouwen werden overgedragen aan het Genootschap voor in- en uitwendige zending. Er werd een doorstart gemaakt, die meer moest beantwoorden aan het oorspronkelijke doel, namelijk het opleiden van inheemse voorgangers en predikanten. Dit werd gerealiseerd door de oprichting van het Genootschap voor Hooger Theologisch Onderwijs in Nederlandsch-Indie. De school heette Hoogere Theologische School en was aanvankelijk in Buitenzorg (thans: Bogor) gevestigd, maar vanaf 1936 in Batavia Centrum. Leerlingen kwamen uit de hele Indische archipel en woonden intern op de school. Daartoe had men het echtpaar De Groot in 1937 aangesteld als internaatsleiders. Het Genootschap wordt in 1957 voor het laatst vermeld. |
Organisatie | Het genootschap was een stichting met een bestuur dat in 1937 bestond uit: mr. S.C. graaf van Randwijck, mr. C.C. van Helsdingen en C.B. van Vooren. Daarnaast had de school een curatorium. Zowel curatorium als bestuur waren administratief en persoonlijk nauw verbonden aan het zendingsconsulaat. Docenten waren in 1937 dr. M.C. Slotemaker de Bruine, dr. Th. Muller-Kruger en J.H. de Groot. |
Doelstelling | 'De opleiding en opvoeding tot Dienaren des Woords, Evangelisten of tot de bediening van eenig ander geestelijk ambt ten behoeve van Kerk en Zending, en in het algemeen de bevordering van het theologisch onderwijs in Nederlandsch-Indie, inzonderheid verband houdende met bestaande instellingen van hooger onderwijs.' (Ned. Zendingsjaarboek 1937) |
Taken en activiteiten |
|
Continenten |
|
Lokatie |
|
Meer over het archief |
|
||||||||||||||||||
Verwijzing naar andere archiefvormers |
Geschiedenis
Korte geschiedenis | Opgericht door het Centraal Comité Depok in Nederland en daarna ook financieel door het comité ondersteund. Rond 1926 werd het seminarie van het Comité Depok opgeheven. De gebouwen werden overgedragen aan het Genootschap voor in- en uitwendige zending. Er werd een doorstart gemaakt, die meer moest beantwoorden aan het oorspronkelijke doel, namelijk het opleiden van inheemse voorgangers en predikanten. Dit werd gerealiseerd door de oprichting van het Genootschap voor Hooger Theologisch Onderwijs in Nederlandsch-Indie. De school heette Hoogere Theologische School en was aanvankelijk in Buitenzorg (thans: Bogor) gevestigd, maar vanaf 1936 in Batavia Centrum. Leerlingen kwamen uit de hele Indische archipel en woonden intern op de school. Daartoe had men het echtpaar De Groot in 1937 aangesteld als internaatsleiders. Het Genootschap wordt in 1957 voor het laatst vermeld. |
Organisatie | Het genootschap was een stichting met een bestuur dat in 1937 bestond uit: mr. S.C. graaf van Randwijck, mr. C.C. van Helsdingen en C.B. van Vooren. Daarnaast had de school een curatorium. Zowel curatorium als bestuur waren administratief en persoonlijk nauw verbonden aan het zendingsconsulaat. Docenten waren in 1937 dr. M.C. Slotemaker de Bruine, dr. Th. Muller-Kruger en J.H. de Groot. |
Doelstelling | 'De opleiding en opvoeding tot Dienaren des Woords, Evangelisten of tot de bediening van eenig ander geestelijk ambt ten behoeve van Kerk en Zending, en in het algemeen de bevordering van het theologisch onderwijs in Nederlandsch-Indie, inzonderheid verband houdende met bestaande instellingen van hooger onderwijs.' (Ned. Zendingsjaarboek 1937) |
Taken en activiteiten |
|
Geografie
Continenten |
|
Lokatie |
|
Niet-archivalische bronnen
Het archief
Meer over het archief |
|
||||||||||||||||||
Verwijzing naar andere archiefvormers |