De Gereformeerde Zendingsbond in de Nederlandse Hervormde Kerk
Naam | De Gereformeerde Zendingsbond in de Nederlandse Hervormde Kerk |
Periode | 1901-2010 |
Denominatie | Nederlandse Hervormde Kerk |
Org | Zending |
Korte geschiedenis | De organisatie De Gereformeerde Zendingsbond (GZB) werd in 1901 opgericht om te voorzien in de behoefte aan zending op gereformeerde grondslag voor die gemeenten en gelovigen die na de Doleantie van 1886 binnen de Nederlandse Hervormde Kerk waren gebleven. De Nederlandsche Gereformeerde Zendings Vereeniging (NGZV) had haar taak in 1892 immers overgedragen aan de Gereformeerde kerken in Nederland. De GZB maakte een langzame start, maar telde in 1925 toch meer dan 10.000 leden en in 1932 bedroegen de inkomsten ruim Fl. 100.000.
De zending De GZB was vanaf 1913 actief in het gebied van de Sa'dan-Toraja's op Midden-Celebes. Al snel probeerde de GZB haar zendingsgebied te verdubbelen: naast toelating door het gouvernement in Rantepao en Palopo van de afdeling Loewoe en de onderafdeling Mamoejoe van de afdeling Mandar wilde men uitbreiden naar de onderafdeling Ma'kale van de afdeling Loewoe en de onderafdelingen Majene, Binoeang en Balanipa van de afdeling Mandar. Het gouvernement gaf echter alleen toelating voor Ma'kale, de rest bleef onder toezicht van de Indische Kerk en zou in 1928 worden overgedragen aan de Zending van de Christelijke Gereformeerde Kerken. In 1941 werden de eerste Indische predikanten geordend. De GZB zette diverse vormen van onderwijs op (kweekschool, lager- en vakonderwijs), ontwikkelde de medische zending (in 1929 werd er een ziekenhuis geopend) en verrichte vanaf 1930 maatschappelijk werk onder vrouwen en meisjes. In 1947 werd de zelfstandige Torajakerk (Gereja Toraja) geïnstitueerd, maar pas vanaf 1951, met het vertrek van de meeste Nederlandse zendelingen, kwam het tot echte zelfstandigheid. Tachtig procent van de bevolking van Torajaland is lid van de Gereja Toraja, de kerk had in 2006 zo'n 350.000 leden. Van 1961 tot 1965 werden er wegens de politieke situatie geen mensen naar Indonesië uitgezonden. De GZB verplaatste toen het zwaartepunt van haar werk naar Kenia. (Zie o.a. Van den End, Gereformeerde Zendingsbond) |
Organisatie | De organisatie was (en is) een vereniging. Zij bezat in de periode 1901-1961 drie handelende organen, namelijk de algemene ledenvergadering, het bestuur en het directoraat. De ledenvergadering had veel invloed door bijvoorbeeld de verkiezing van het bestuur en het benoemen van enkele belangrijke commissies. De bestuursleden werden gekozen uit leden van de GZB en uit vertegenwoordigers van gemeenten of verenigingen die zich hadden aangesloten. Doordat de GZB uitging van het principe van kerkelijke zending konden, naast personen, ook Hervormde gemeenten en Hervormde verenigingen lid worden. Vanaf 1917 werd een director aangesteld, grotendeels belast met de dagelijkse leiding. Er bestonden diverse hulpverenigingen (66 in 1947), onder andere voor geldinzameling en voorlichting. Het lidmaatschap van kerkenraden en classicale zendingscommissies bleef erg beperkt. (zie Classicale zending Harderwijk en Gouda).
Directoren waren: ds. Lans (1917-1923), ds. W. Bieshaar (1923-1943), ds. J. Batelaan (1944-1955) en ds. J. de lange (1955-1965). Voor 1942 onderscheidde men: zendeling-leraren, zendeling-onderwijzers, zendeling-artsen en zendeling-diaconen. Na de oorlog werden geen zendeling-leraren en zendeling-diaconen uitgezonden. Verder sprak men nu van zendingspredikanten, zendingsonderwijzers, zendingsartsen en –verpleegsters. Men volgde de opleiding in Oegstgeest (tot 1917 Rottterdam). Pas in 1943 nam voor het eerst een predikant de beroeping van het zendingsveld aan. Van 1916 tot 1951 hielden de zendelingen regelmatig conferenties, daarna beruste de leiding officieel bij de Torajakerk. (Zie o.a. Van den End, Gereformeerde Zendingsbond). |
Doelstelling | Beginsel: 'Zij gaat uit van het beginsel dat de Bijbel is het onfeilbaar Woord Gods, waarin de volle raad Gods vervat is, zooals die uitgedrukt is in de drie formulieren van eenigheid der Gereformeerde Kerk' (Statuten 1901, artikel 4). Doel: Het doel der Vereeniging is: Zending te drijven, d.i. het Woord Gods te brengen aan die daarvan verstoken zijn, bijzonder in onze Overzeesche Bezittingen. Zij tracht dat doel te bereiken door opleiding en afvaardiging van Zendelingen, zooals dat nader bij huishoudelijk reglement wordt bepaald. De middelen daartoe zoekt zij te verkrijgen, door contributiën, collecten, schenkingen, legaten enz. (Statuten 1901, art. 2,3) |
Taken en activiteiten |
|
Continenten |
|
Lokatie |
|
Selectie uit de literatuur |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bronnenpublicatie |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Periodieken |
|
Meer over het archief |
|
||||||||||||||||||||
Websites | |||||||||||||||||||||
Bronnen met verslaglegging | Jaar- en andere periodieke verslagen
85 jaarverslagen en overzichten van de zendingsarbeid, 1933-1952
87 verslagen over en stukken betreffende de gebeurtenissen gedurende de Japanse bezetting, 1943, 1946
88 verslagen van een aantal gemeenten over de jaren 1942-1946
211 Jaarverslagen van het ressort Ma'kale-Sangalla', 1920-1924, 1929, 1932, 1934-1938.
217 Jaarverslagen van het ressort Palopo, 1930-1932, 1933, 1935, 1937-1938, 1939/1941
221 Jaarverslagen van het ressort Rantepao, 1930-1933, 1936-1938
222 Jaarverslagen van de onderwijzers en evangelisten van een aantal gemeenten in het ressort Rantepao, 1938 en 1939
227 Jaarverslag van het ressort Rembon, 1929
228 Jaarverslagen van het ressort Rongkong, 1929, 1930, 1932-1935, 1937, 1942/1946
Dagboeken en journalen van zendelingen
34 Dagboek van de goeroe Injil van Simbuang over de maanden augustus, september en november 1941 en februari 1942.
Notulen van zendelingenconferenties
191-196 Notulen van de Conferentie van zendelingen van de Gereformeerde Zendingsbond te Rantepao, 1922-1951.
214 Notulen van de vergaderingen van afgevaardigdden der gemeenten in het gebied van Sangalla', 1943 arug. 15 en okt. 12
215 Notulen van de vergaderingen van evangelisten in het ressort Sangalla', 1943-1945.
226 Notulen van de vergaderingen van de evangelisten in het ressort Rantepao, 1935-1939 en 1946-1948.
304 Verslagen van de conferenties van zendingsarbeiders, gehouden te Batavia/Jakarta, 1949-1951.
Inspectiereizen
89 Berichten aangaande de inspectiereis van ds. A. Meijers, voorziter en ds. J. Batelaan, director van de GZB, in september-december 1948.
Verslaglegging en statistiek
18-19. Jaarverslagen van de Bond, 1921-1961
85. Jaarverslagen en overzichten van de zendingsarbeid, 1933-1952
86. Statistisch materiaal, 1922, 1931-1937, 1942 en 1946
88. Verslagen van een aantal gemeenten, 1942-1946
200. Jaar- en maandverslagen medische dienst, 1931-1941
201. Statistisch materiaal medische zending, 1925-1941
203. Statistisch materiaal onderwijs, 1933-1945
211. Jaarverslagen ressort Ma'kale-Sangalla', 1920-1938
212. Statistisch materiaal ressort Ma'kale-Sangalla', 1922-1937
217. Jaarverslagen ressort Palopo, 1930-1941
218. Statistisch materiaal ressort Palopo, 1930-1948
221. Jaarverslagen ressort Rantepao, 1930-1938
222. Jaarverslagen onderwijzers en evangelisten van enkele gemeenten in ressort Rantepao, 1938-1939
223. Statistisch materiaal ressort Rantepao, 1921-1942
227. Jaarverslag resoort Rembon, 1929
228. Jaarverslagen ressort Rongkong, 1929-1946
229. Statistisch materiaal ressort Rongkong, 1930-1948
|
||||||||||||||||||||
Nadere Toegangen | Selectie
De hieronder staande stukken zijn bezien en samengevat omdat zij betrekking hebben op het thema culturele interactie.
Adatkwesties, 1928-1947 (inv. nr. 233) De naoorlogse stukken meestal in het Indonesisch. De kwesties betreffen vaak of christenen mee moeten doen aan gebruiken voorgeschreven door de adat die heidens zijn of verband houden met heidense opvattingen, bijvoorbeeld de verplichting om bij een dodenfeest aan de hoofden karbouwvlees te geven omdat dit inhoudt dat zij de voorouders vereren wat in strijd is met het christendom (de z.g. boekoe-leso). Deze kwesties kwamen vermoedelijk ook aan de orde in de conferenties van zendelingen.
Ontwerpen van een regeling voor het huwelijk van christelijke Toradja's, 1928-ca. 1949 (inv. nr. 234) Reacties op de concept-huwelijksordonnantie van 1935 die overigens niet is ingevoerd. De regeling zou moeten gelden voor alle christenen wonend in delen van de afdeling Loewoe, Mandar en Pare Pare. Het dossier vangt aan in 1928 en bevat nota’s en adviezen aan de zendingsconsul. De zendelingen van de GZB juichen een ordonnantie die de losse huwelijksmoraal bij de Toradja’s verstevigt toe. In 1861 kwam er een regeling voor huwelijken van inheemse christenen in Ambon, Menado en Ternate en later ook voor Timor, maar in de rest van de archipel was er voor christenen niets geregeld. De zending heeft in deze lacune trachten te voorzien door eigen regelingen te scheppen, maar deze steunden niet op een wettelijke regeling en men was daardoor afhankelijk van de inzichten van de ambtenaren van het BB. Hierbij speelde ook de verhouding tot het adatrecht dat niet gecodificeerd en daardoor ‘zwevend’ was. De zendelingen dringen erop aan dat in de ordonnantie uitdrukkelijk wordt verwezen naar het gekerstende adatrecht. De ordonnantie maakte ontbinding van het huwelijk in bepaalde gevallen mogelijk. In 1947 drongen de Toranjakerk en de GZB er nogmaals bij het BB op aan een ordonnantie vast te stellen.
Nota door H. Pol getiteld 'Iets over kerkelijke tucht op het zendingsveld', ca. 1932 (inv. nr. 235) Nota door zendeling H. Pol van 29 p. Beschouwing over wat de kerkelijke tucht moet zijn en hoe deze hoort te worden uitgevoerd. Veel tuchtzaken hebben te maken met de huwelijksmoraal, met polygamie en echtbreuk. De zendeling mag niet op eigen houtje tuchtmaatregelen nemen. Alleen de kerkeraad is hiertoe bevoegd. De nota is een antwoord op een vraag van een niet bij name genoemde persoon of personen.
Verzelfstandiging van de Toradjakerk, 1936-1946 (inv. nr. 238) Nota’s en stukken met meningen over de verzelfstandiging van de kerken o.a.: nota van H. Pol van ca. 1936-1937, anonieme nota over de na 1945 ontstane problemen waarbij zendelingen en inheemse kerken tegenover elkaar zijn komen te staan en ingrijpen door het hoofdbestuur van de GZB dat naar Celebes komt noodzakelijk wordt geacht, nota van J. Belksma over deze kwestie en kritische nota van H. Kraemer d.d. 25 mei 1939 over het zendingsveld van de GZB in Rante Pao behandeld in de vergadering van het hoofdbestuur van de GZB van 12 oktober 1939. Kraemer vindt dat de zendellingen te Europees werken en het geloof te verstandelijk benaderen. Een deel van de stukken in het dossier is in het Indonesisch.
Kerkorde van de Toradjakerk, 1936-1947 (inv. nr. 242) gezien ACMK nog afmaken Voornamelijk concepten en het definitieve exemplaar van de in 1947 vastgestelde kerkorde. Nota's van zendelingen en H. Kraemer met hun zienswijze op de verzelfstandiging.
Functie van de huishoudschool als deel van de arbeid onder de vrouwen in Toradjaland, 1935-1941 (inv. nr. 352).
Notulen conferenties van zendelingen van de GZB te Rantepao, 1922-1938
Het Utrechts Archief Archief Gereformeerde Zendingsbond toegangsnummer 63 inv. nrs. 191-193
Een deel van de reeks verslagen is doorzocht op onderwerpen die relevant zijn voor het thema culturele interactie. De serie vangt aan met het verslag van de 21ste conferentie gehouden in 1922. De verslagen van de conferenties daarvoor zijn om onbekende redenen verloren gegaan. Ook voor de periode na 1922 zijn niet alle verslagen bewaard gebleven. De verslagen van de conferenties van goeroes en ouderlingen bevinden zich niet in dit dossier. Wel wordt herhaaldelijk naar deze conferenties, waarbij ook zendelingen aanwezig waren, verwezen. Veel aandacht gaat uit naar de medische zending en het onderwijs. Een groot aantal agendapunten betreft kwesties met het inheems personeel zoals goeroes, evangelisten en verplegers. Een ander onderwerp dat steeds terugkomt is de verdeling van het werk over de zendelingen. In oktober 1932 wijzigt de conferentie haar werkwijze. Er is dan al een dagelijks bestuur en er komen commissies die zaken direct kunnen afhandelen. De delegatie van taken was bedoeld om meer tijd te maken voor bespreking van wat wij nu beleid zouden noemen en wat de zendelingen aanuidden als ‘principiële’ zaken.
inv. nr. 191
1922, 11 februari 21ste conferentie aanwezig: br. Belksma, Zijlstra en dr. Van der Veen
huwelijksprobleem (man met drie vrouwen wil gedoopt worden; moeilijke zaak; broeders stellen hun mening op schrift; bestuur wordt ingeschakeld)
1922, 17 april 22ste aanwezig: br. Belksma, Zijlstra en Van der Veen
inheems personeel (geen ongehuwde goeroe naar een jonge gemeente te zenden, want dan raken de christenmeisjes van hem vervreemd)
bijbelonderwijs op gouv. scholen (afgewezen door gouverneur van Celebes en onderhorigheden)
inheems personeel (kandidaat-goeroe die wegens fraude is ontslagen wordt niet aangenomen door de conferentie)
23ste en 24ste De notulen van deze conferenties werden niet in inv. nr. 191 aangetroffen.
1923, 15 oktober 25ste aanwezig: br. Belksma, Zijlstra en Van der Veen
inheems personeel (overplaatsing goeroe op verzoek gezaghebber omdat man de hoofden opzet tegen het gezag; conferentie gaat akkoord omdat men de goede verhouding met het BB niet in gevaar wil brengen; ontslag goeroe gaat niet door want man belooft beterschap; goeroe wordt nu evangelist
huwelijk en seksualiteit (discussie over geoorloofdheid van gemengde huwelijken; verbieden is in de praktijk onuitvoerbaar; de zeden onder de Toradja’s zijn los; veel echtscheidingen; bij gemengde huwelijken vinden heidense rituelen plaats wat niet kan; kerkelijk inzegenen van een gemengd huwelijk is bestendiging van een zondige toestand; br. Zijlstra stelt voor heidense gebruiken te vervangen door analoge christelijke; besloten: onderzoek instellen bij andere zendingsvelden en raad inwinnen van bestuur)
scheiding der sacramenten (bestuur vindt: eerst goed onderricht, dan pas doop en meteen daarna avondmaal; zendelingen zijn het daarmee niet eens; beter eerst doopkandidaat met ritueel en belofte afstand te doen van heidense adat)
onchristelijk gedrag (protest tegen dobbelen en hanengevechten tijdens een feest; ook zondagsheiliging niet geëerbiedigd)
1924, 20 maart 26ste De notulen van deze conferentie werden niet in inv. nr. 191 aangetroffen.
1925, 7 augustus 27ste aanwezig: br. Belksma, Zijlstra en Tanis.
onchristelijk gedrag (de conferentie besluit tot bouw kerk in Palopo: geen loterij houden, dit is een principiële zaak; een bazar mag wel)
1926, 1 januari 28ste aanwezig: br. Belksma, Zijlstra en Tanis.
drukken zangbundel (offerte drukkerij tot drukken van zangbundels in het Tae’ goedgekeurd; 5.000 stuks; per stuk 160 pagina’s.)
inheems personeel (goeroe zondigt tegen zevende gebod door samen te wonen; op ontslag volgde berouw en verzoek weer in dienst genomen te worden; afgewezen omdat men twijfelt aan het berouw)
inheems personeel (evangelist weigert salarisverlaging; klachten over deze man: zoekt contact met heidense families en betaalt schulden niet op tijd; men wil hem houden maar hij moet akkoord gaan met de korting)
1926, 18 mei 29ste De notulen van deze conferentie werden niet in inv. nr. 191 aangetroffen.
1926, 4-6 september 30ste aanwezig: br. Belksma, Zijlstra, Pol en Tanis.
liturgie (bestuur wil ‘het vrije lied in de geïnstitueerde kerk niet toestaan; zeer lange discussie; deel van de aanwezigen vindt het jammer dat er alleen maar psalmen mogen worden gezongen, omdat er zo weinig vertaalde psalmen zijn ‘deels daar deze vooral op de Chr. feestdagen zoo weinig tot het volk spreken’; er zijn vier meningen; besloten deze op schrift zetten, daarna alles naar bestuur; te drukken zangboekje krijgt twee delen: psalmen en daarna vrije liederen)
1926, 16 november tussenvergadering, zonder nummer aanwezig: br. Belksma, Zijlstra, Pol en Tanis.
inheems personeel onchristelijk gedrag (o.a. ontslag van een goeroe-djoem’at afkomstig uit de Minahassa wegens verduistering van geld; beschrijving van een begrafenisplechtigheid: drank en sigaren voor de mannen en koekjes en eau de cologne voor de vrouwen; conferentie vindt straf (10 dagen gevangenis) te zwaar maar wil van hem af; diens verweer: zo doen we het in de Minahassa; besloten eervol te ontslaan met reisgeld voor Menado)
heidendom (beraad over vestiging post in Pantilang; er wonen daar veel christenen en ze hebben nu geen medische hulp; er zijn veel adatkwesties wat intensieve arbeid nodig maakt; br Pol daarheen te zenden die medisch werk gaat doen; zieke christenen gaan nu naar de medicijnman en de tovenaar; ‘Met de komst van br. Pol zullen ze een anderen helper hebben, die hen ook tevens heenwijst naar den grooten Medicijnmeester.’)
1927, 19 februari tussenvergadering, zonder nummer aanwezig: br. Belksma, Zijlstra, Van der Veen, dr. Simon (arts) en br. Tanis.
inheems personeel (goeroe van Rante Balla vraagt voor de derde maal om ontslag wegens onmin met zijn vrouw; man is uit de Minahassa, vrouw een Toradja; feit dat een voorganger in onmin leeft met zijn vrouw is reden voor ontslag, maar de man doet zijn werk goed; aanbod hem over te plaatsen anders ontslag)
1927, 19 februari 31ste De notulen van deze conferentie werden niet in inv. nr. 191 aangetroffen.
1927, 11 juli 32ste aanwezig: br. Belksma, Zijlstra, Pol, Van der Veen, Tanbis en dr. Simon.
Geen onderwerpen met betrekking tot culturele interactie
1927, 12 augustus 33ste aanwezig: br. Belksma, Van der Veen, Tanis, Pol en dr. Simon.
inheems personeel huwelijk en seksualiteit (rondschrijven van zendeling Hueting op Boeroe met verzoek aan alle zendingsconferenties om geen onderwijzers in dienst te nemen die wegens vergrijp tegen de zeden zijn ontslagen; adhesie betuigd)
Op deze vergadering volgde een vergadering van zendelingen met de goeroes, maar een verslag ervan werd niet in het dossier aangetroffen.
1927 of 1928 34ste De notulen van deze conferentie werden niet in inv. nr. 191 aangetroffen.
1928, 2 januari 35ste aanwezig: br. Belksma, van der Veen, Zijlstra, Tanis, van Weerden, Pol en ds. Bikker (van de zending van de Christelijke Gereformeerde Kerken, als gast).
sacramenten (aanvraag aan het bestuur om twee doopvonten en twee avondmaalsstellen te mogen aanschaffen; het Avondmaal zal vaker bediend gaan worden)
inheems personeel (klachten over de goeroe van Rante Balla: spreekt de locale taal niet goed en geeft les in het Maleis en het Toradja’s; ligt overhoop met de gemeente; verlengt eigenmachtig de schoolvacantie; besloten hem te ontslaan)
onchristelijk gedrag (gewoonte komt in zwang om tijdens christelijke feesten alcohol te schenken; betreft geïmporteerde dranken; besloten dit tegen te gaan; bier mag voorlopig nog wel)
heidendom (gewoonte om na de begrafenis ’s nachts op te blijven en spelletjes te doen neemt toe; dr. Van der Veen meent dat dit een heidense achtergrond heeft namelijk het misleiden van de geest van de dode; het is van buiten geïmporteerd; wat daarvoor in de plaats te doen? voorstel mensen te laten zingen omdat dat geliefd is; br. Belksma is bevreesd dat al te veel een Nederlandse maatstaf wordt opgelegd; de Toradja heeft behoefte aan sociaal contact nadat het lijk is weggebracht; besloten de ‘uitlanders’ op de goeroevergadering op hun verantwoordelijkheid te wijzen)
bijbelvertaling (Dr. Van der Veen wil grote delen van de Bijbel gaan vertalen, eerst het Nieuwe Testament, daarna de historische boeken van het Oude Testament; er moet ook een bijbels leesboek komen; de vergadering juicht dit zeer toe maar vraagt om voorrang te verlenen aan de boeken Handelingen en Genesis)
inheems personeel (besloten voor een overleden goeroe zoals gebruikelijk een grafmonument te bekostigen)
1928, 5 maart 36ste aanwezig: br. Belksma, Zijlstra, Van Weerden, Van Dijk, Tanis en Pol.
inheems personeel (vaststelling algemene regeling voor tegemoetkoming aan overleden goeroes; de weduwe (njora) krijgt eenmalig f 25; geen subsidie meer voor een grafmonument)
inheems personeel (de goeroes in de onderafdeling Makale vragen een voorschot om een woning te kunnen kopen waar zij hun vergaderingen houden; ze moeten nu dikwijls op de pasar overnachten; toegestaan)
1928, 5-7 juni 37ste aanwezig: br. Belksma, Van der Veen, Tanis, Van Weerden, Van Dijk en Pol.
inheems personeel (klacht van gemeenteleden van Rantepao over de voorganger goeroe Meruanija; conferentie meent dat de klachten ten onrechte zijn geuit; de klagers gaan bijna nooit naar de kerk en leiden een onchristelijk leven; de goeroe is geïsoleerd geraakt; hij heeft wel een opbruisend karakter; besloten hem te ontlasten van de zorg voor de maleise gemeente; hij blijft wel de toradjagemeente doen)
inheems personeel (geruchten dat een goeroe in overspel leeft; hij is al twee maal gescheiden; een onderzoek door de parenge van Rante Balla leverde niets op; br. Belksma wil de zaak zelf nogmaals onderzoeken; besloten, na stemming, hem eervol te ontslaan).
inheems personeel (dr. Van der Veen stelt noodzaak van opleiding tot evangelist aan de orde; enkele zendelingen vinden dit niet nodig; dr. Wielinga raadde dit negen jaar geleden al aan; na discussie besloten het bestuur te adviseren een opleiding te beginnen van goeroes die geschikt zijn om evangelist te worden; duur minimaal twee jaar; onderricht in het Hoog Maleis en enkele vakken in de landstaal; br. Belksma bereid de school te leiden).
inheems personeel (goeroe tevens evangelist te Rante Boea-Pantilang veroordeeld tot drie maanden gevangenisstraf omdat hij een meisje dat bij hem inwoonde heeft geslagen en verboden de nacht naar huis te gaan omdat zij ontucht had bedreven; verzoekschrift van alle goeroes om gratie; vraag of de goeroe kan worden gehandhaafd als evangelist; besloten hem over te plaatsen; aan de vrouw van de goeroe wordt zolang haar man gevangen zit een half salaris uitgekeerd).
verzelfstandiging (conferentie acht wenselijk dat er een algemene vergadering van alle christenen komt voorafgegaan door een vergadering van ouderlingen; doel: versterken onderlinge band en uitwisseling van gedachten over kwesties die overal spelen; besloten de ouderlingenconferentie te houden op 5 september; uit te nodigen alle ouderlingen en alle evangelisten en goeroe’s uit ieder ressort)
heidendom (kan de gewoonte van de pa’gang voor christenen gehandhaafd blijven; deze bestaat daaruit dat de nabestaanden van een overleden lijfeigene aan hun heer een stuk vlees en wel de kop van een karbouw ten geschenke geven; er komt een heidens ritueel aan te pas waarbij het vlees wordt besprenkeld met water met bladeren van bepaalde planten die eerst zijn gekauwd; verder wordt het vlees met een ijzeren staaf doorstoken opdat de ziel van de overledene veel heil en voorspoed aan zijn heer moge brengen; de conferentie laat de pa’gang toe, maar vindt dat de magische handelingen dan wel achterwege gelaten moeten worden; br. Pol hoorde van een heidens hoofd dat hij van christenen wel het vlees wilde hebben maar zonder het ritueel omdat degene die dit verricht er toch niet aan gelooft en het dan dus niet werkt; afschaffen van het geschenk zou de hele familie losmaken van haar heer).
onchristelijk gedrag (br. Belksma stelt negen punten aan de orde betreffende onchristelijk gedrag; hoe dit te bestrijden; het zijn: 1. mensen die dobbelen en meedoen aan hanengevechten 2. christenen die met een islamitische partner trouwen 3. mensen die zonder reden de kerkgang verzuimen 4. mensen die scheiden terwijl er geen overspel aan de orde is 5. mensen die in de kampong trouwen zonder het huwelijk voor de burgerlijke overheid of in de kerk te laten bekrachtigen 6. mensen die deelnemen aan feesten als laipa’s, merok, maboegi enzovoort 7. christenen die er een tweede vrouw bij nemen 8. christenen die hun kinderen ter opvoeding meegeven aan heidense familieleden 9. christenen, ouderlingen en goeroe’s die op zondag de pasar of de toko bezoeken. br. Van der Veen stelt voor een zendeling hierover een referaat te laten houden op een conferentie; br. van Dijk is ertegen om het Avondmaal alleen als tuchtmiddel te gebruiken; besloten de controleur te benaderen dat hij de hanengevechten zoveel mogelijk op één dag laat houden wat het aantal gelegenheden zal verminderen; pleidooi om voorgangers streng te verbieden om op zondag naar de toko of de pasar te gaan)
inheems personeel (br. Van der Veen pleit voor oprichting van jongelingsverenigingen voor leerlingen van de normaal- en de schakelschool; onderwerpen: inleiding zending, zingen en spelen; als we dit niet doen gaat straks de jeugd voor de zaak verloren; besloten dit ter hand te nemen)
positie vrouw (br. van der Veen pleit voor een huishoudschool of een andere opleiding voor meisjes; br. Van der Loosdrecht pleitte hier al in 1917 voor en sedertdien is er niets gebeurd; enige leden wijzen op de hoge kosten).
onchristelijk gedrag (besloten zogenaamd pasar derma te verbieden omdat ze gokken in de hand werken)
huwelijk en seksualiteit (br. Pol wil het onderwerp bespreken; vooral de vraag of het huwelijk door de zendeling wordt ingezegend of wordt gesloten, dit in verband met problemen die kunnen ontstaan bij een echtscheiding)
1928, 7-8 september 38ste aanwezig: br. Belksma, Van der Veen, Tanis, van Weerden, Van Dijk en Pol.
huwelijk en seksualiteit (besloten op voorstel van br. Van der Veen om goeroes die scheiden anders dan in geval van overspel van de partner te ontslaan)
inheems personeel (na ontvangst van de notulen van de ouderlingenvergadering van 5-6 september 1928 worden deze op de volgende conferentie besproken).
verzelfstandiging (op de ouderlingenvergadering werd de wens geuit om een vergadering van alle christenen te houden; besloten dit toe te staan en later een datum vast te stellen; op deze dag geen bespreking van allerlei zaken maar verdieping van het geestelijk leven)
1928, 23 november 39ste aanwezig: br. Belksma, Van der Veen, Tanis, van Weerden, van Dijk en Pol.
inheems personeel (het bestuur wijst het plan tot een opleiding voor evangelisten af; de vergadering wil hierin niet berusten; men wil in 1930 beginnen; besloten aan het bestuur een ingezonden stuk toe te zenden met verzoek dit te plaatsen in ‘Allen den Volcke’ vergezeld van een aanbeveling van het bestuur)
1929, 8-9 maart 40ste aanwezig: br. Belksma, van der Veen, ds. Bikker, Tanis, Van Dijk en Pol.
verzelfstandiging (een ouderling die opgeleid zou worden tot evangelist is weggelopen; br. Van Weerden stelt voor hem te ontslaan; dit is onmogelijk omdat een ouderling in dienst is van de gemeente, niet van de conferentie).
verzelfstandiging (Nederlands-Indische Zendingsbond maakte plan voor oprichting van Zendingsraad voor Nederlands-Indië; daaronder locale raden; taken: advies, studie en representatie; aanleiding is een besluit genomen tijdens de internationale zendingsconferentie in Jerusalem van 1928; vraag of de inheemse christenen hierin deel mogen nemen; de conferentie is voor het plan, wil graag een locale raad voor het gouvernement Celebes, maar vindt de tijd nog niet rijp voor deelname van inheemse christenen; zij ‘staan nog te ver af van een zelfstandig oordeel in een dergelijken raad’)
huwelijkszaken (Ds. Bikker van de Christelijke Gereformeerde Zending in Mamasa, die aanwezig is op de vergadering, nodigt de leden uit om een grote conferentie van goeroes bij te wonen; onderwerp is de huwelijksadat in de christelijke gemeente; districtshoofden en controleur zijn ook aanwezig).
onchristelijk gedrag (actie naar het Binnenlands Bestuur om het dobbelen tegen te gaan)
huwelijk en seksualiteit islam (goeroe van Oeloesaloe wil derde huwelijk aangaan met islamitisch meisje; ouders stemmen in maar eisen dat het huwelijk op islamitische wijze wordt gesloten; daarna mag het meisje christen worden; goeroe is hiervoor; br. Belksma vraagt de mening van de conferentie; br. van der Veen heeft een compromis bedacht; besloten het verzoek in elk geval te weigeren; een goeroe is hoofd van een christelijke school en verkondiger van de christelijke leer).
verzelfstandiging (de notulen van de ouderlingenvergadering zijn nog niet door alle leden gelezen; bespreking ervan wordt uitgesteld)
verzelfstandiging (in augustus komt er een openluchtbijeenkomst van alle christelijke Toradja’s, de zogenaamde gemeentevergadering; er komt een zangkoor)
heidendom (br. Van der Veen meldt klacht van hoofd van Maindo (Pantilang): christenen hielden tijdens een offerfeest aan de goden een christelijke begrafenis, iets wat volgens de adat verboden is; opgemerkt wordt dat het offerfeest plaatsvond in een andere adatgemeenschap; br. van der Veen vindt dat christenen zich ten opzichte van het zingen van gechristianiseerde dodenzangen moeten houden aan de oude standenregeling).
1929, 19-22 juli 41ste aanwezig: br. Belksma, Van der Veen, ds. Bikker, Zijlstra, tanis, van Weerden, van Dijk en Pol.
verzelfstandiging (de gemeentevergadering vindt plaats op 10 oktober 1929 in Kasimpo; de commissie van voorbereiding bestaat uit de broeders van Dijk, Tanis en Pol; de bijeenkomst is ook een dankdag voor het gewas; de onderwijzers moeten hun gemeenten oproepen een varken, kippen of rijst mee te nemen zodat de kosten voor de zending lager uitvallen).
Islam (besloten aan de nieuwe gouverneur bij zijn eerste bezoek aan Rante Pao te verzoeken geen islamitische onderwijzers aan te stellen in streken die grotendeels heidens zijn zoals rond Masamba)
Islam (br. Van Weerden, die de nieuwe standplaats Rongkong beheert, stelt voor om de negen volksscholen in dat gebied over te laten nemen door de zending; de scholen zijn nog zuiver heidens-animistisch; er komen daar steeds meer islamitische onderwijzers omdat aan andere krachten niet te komen is; de zending krijgt middels de scholen meer vat op de bevolking; enkele leden uiten bezwaren; Van Weerden wijst op de toenemende invloed van de Islam; besloten de scholen geleidelijk over te nemen en eerst het vertrouwen van de bevolking te winnen; overname kan het beste plaatshebben wanneer een hoofd daar om vraagt)
inheems personeel (plan oprichting van een opleiding tot evangelist komt weer ter tafel; goedkopere opzet; beginnen met 4 of 5 studenten en alleen ongehuwde hulponderwijzers aannemen; dit plan wordt voorgelegd aan het bestuur).
bijbelvertaling (voorstel vertaling van het evangelie van Lucas in de Tae’taal te laten drukken bij de firma Wolters; besloten te doen in een oplage van 2.500 exemplaren, graag met illustraties, formaat zoals de zangbundel).
inheems personeel (besloten op voorstel van br. Van der Veen per zendingspost een bibliotheek voor goeroes aan te leggen met daarin boeken met bijbelexegese en theologische boeken in het Maleis).
huwelijk en seksualiteit (casus: een man met de status van slaaf wil trouwen met een vrouw uit de vrije stand; zij wonen al meer dan vijf jaar gehuwd samen wat volgens de opvattingen van de Toradja’s een huwelijk is; van de kant van de heidenen wordt er bezwaar gemaakt tegen een christelijke inzegening van dit huwelijk; br. Zijlstra voerde uitgebreide correspondentie met de gezaghebber van Ma’kale; br. Van der Veen suggereert dat de man probeert zich vrij te kopen; de conferentie meent dat het beter is dit huwelijk voorlopig kerkelijk niet in te zegenen, maar het huwelijk mag wel als wettig erkend worden).
1929, 13 oktober 42ste aanwezig: br. Belksma, Van der Veen, Zijlstra, Tanis, van Weerden, Van Dijk en Pol.
onchristelijk gedrag (het Binnenlands Bestuur vaardigde een verordening uit waarin aan christenen verboden wordt aan hanengevechten deel te nemen; de conferentie is verbaasd omdat zij hierin niet eerst officieel is gekend; besloten het zo te laten).
heidendom (christenen nemen deel aan het ma’tomatoea het offeren aan de overledenen; Dit is niet geoorloofd; hoe te voldoen aan de behoefte om de doden te gedenken? br. Van der Veen verwijst naar een artikel van F.J. Fokkema; men zou een dag kunnen bepalen waarop men samenkomt bij de rotsgraven om de doden te gedenken; dit onderwerp komt terug op een volgende vergadering).
inheems personeel (besloten dat br. van der Veen een formulier opstelt in het Toradja’s waarmee evangelisten worden ‘ingeleid’ tot hun werk; hij maakt ook een formulier voor de aanneming van nieuwe lidmaten)
1930, 24-25 januari 43ste aanwezig: br. Belksma, Van der Veen, Zijlstra, Tanis, Van Dijk, ds. Bikker en br. Pol.
inheems personeel (vaststelling lesrooster van de evangelistencursus; de cursus duurt twee jaar).
bijbelvertaling (br. van der Veen vraagt advies over de door hem te maken vertaling van het evangelie van Lucas; de conferentie adviseert zo veel mogelijk aan te sluiten bij de statenvertaling; de broeders krijgen een afdruk van de eerste acht hoofdstukken mee naar huis om door te zien).
1930, 23 april buitengewone conferentie aanwezig: br. Belksma, Van Dijk, Heusdens, Pol, Tanis en Van der Veen.
Islam (goeroe van Ma’kale vraagt of hij naar een feestje mag gaan van een christenkind dat negen dagen geleden begraven is; het is een islamitische gewoonte om op de negende dag een feestje te houden; de moeder van het kind was vroeger islamitisch; besloten dat twee broeders meegaan naar dit feest om erop toe te zien dat de goeroe in zijn toespraak duidelijk zegt dat dit samenzijn niets te betekenen heeft voor de ziel van het overleden kind; aldus geschiedt).
inheems personeel (geval dat een goeroe op zondagmorgen een kip van een ander heeft doodgeschoten; hij is hiervoor veroordeeld tot een boete van f 25,-; er zijn nog meer kwesties; besloten hem over te plaatsen).
1930, 30 mei 44ste aanwezig: br. Belksma, Van Dijk, Heusdens, Pol, Tanis, van der Veen en Zijlstra.
inheems personeel (geval van een goeroe die overspel heeft gepleegd; hij was een van de trouwste goeroe’s; enige hoofden hebben de conferentie gevraagd hem te handhaven; besloten hem te ontslaan met de aantekening dat hij na één jaar weer mag solliciteren).
1930, 7 juli 45ste aanwezig: zendingsconsul Van Randwijck, br. Zijlstra, Van Dijk, J. Belksma, Heusdens, Tanis en als adviseurs ds. Bikker en dr. Van der Veen; Pol is verhinderd.
inheems personeel sacramenten huwelijk en seksualiteit (verslag ingekomen van oprichtingsvergadering van de lokale zendingsraad in Makassar op 25-27 maart 1930; het Leger des Heils doet ook mee, de zending in Poso van het Nederlands Zendelinggenootschap helaas niet; br. Zijlstra wordt gekozen als permanent lid, br. Belksma wordt afgevaardigde; opgave van te behandelen op de eerste vergadering: tucht, doop door onderdompeling, opleiding evangelisten, huwelijk, algemene pensioenregeling voor goeroe’s).
volkstelling 1930 (beraad over welke godsdienst op te geven; besloten te kiezen voor ‘protestantse christelijke Toradja gemeenten’; wie is christen: zij die gedoopt zijn of zij die het heidendom niet meer volgen?; ds. Bikker acht dit een probleem omdat in Mamasa zoveel gedoopten zijn die nog geen christen zijn; de katholieken tellen het royaalst; besloten voor de volkstelling de doop als criterium te nemen).
verzelfstandiging (het blijkt wenselijk een kerkorde op te stellen omdat een gemeente anders geen eigenaar kan zijn van onroerende goederen, aangezien de gemeente geen rechtspersoonlijkheid is; besloten een commissie te vormen die een ontwerp-kerkorde opstelt; leden zijn: brs. Belksma, Van der Veen en Van Dijk).
huwelijk en seksualiteit (ds. Bikker stelde de gouverneur van Celebes e.o. voor om in Mamasa een burgerlijke stand in te voeren en de mensen voor de parenges, de districtshoofden, te laten trouwen; doel is de positie van het huwelijk in het gebied van de Toradja’s te verstevigen; besloten de gouverneur te verzoeken de regeling van de heer Lanting weer in te voeren).
1930, 22 september buitengewone vergadering aanwezig: ds. G.A. Eybers (Indische Kerk te Makassar) als gast, verder de br. Tanis, Van Dijk, Belksma, Heusdens, Pol, en Van der Veen als adviseur
inheems personeel (een jonge man genaamd pambantoe matasak, maakt zich schuldig aan dobbelspel; hij is al herhaaldelijk gewaarschuwd en al eens overgeplaatst naar een post waar hij beter in de gaten kan worden gehouden; besloten hem te ontslaan).
inheems personeel (sollicitatie van een goeroe die reeds eerder in dienst was en toen ontslag heeft genomen; op zijn gedrag is veel aan te merken: hij leeft al twee jaar met twee vrouwen; hij wil zijn leven beteren en weer aangenomen worden; besloten dit verzoek in overweging te nemen nadat hij één jaar goed geleefd heeft en als hij terugkeert naar zijn wettige vrouw).
inheems personeel (een man pleegde overspel, de andere nam een tweede vrouw erbij; zij beloofden beterschap en weer geregeld naar de kerk te komen; zij moeten eerst berouw tonen).
huwelijk en seksualiteit (de gewoonte van de Toradja’s om de huwelijkse voorwaarden op schrift te laten zetten op het kantoor van het districtshoofd wordt door de conferentie aangemoedigd; ook niet-christenen doen dat; de overeenkomsten vallen onder het inlands notariaat).
inheems personeel (een hulpevangelist wordt ontslagen omdat hij onzedelijke handelingen wilde verrichten).
1930, 5-8 december 45ste aanwezig: br. Tanis, Van Dijk, Belksma, Heusdens, Pol, Van der Veen, Van Weerden en dr. Esser (arts). omvang: 18 pagina’s
verzelfstandiging (ingekomen verslag van een vergadering op 10 november 1930 over de oprichting van een hogere opleidingsschool in de theologie; vraag of de conferentie hieraan meewerkt; besloten dat voorlopig niet te doen omdat er geen behoefte aan bestaat; er is meer behoefte aan evangelisten die thans worden opgeleid in Barana’).
verzelfstandiging (naar aanleiding van een voorval met een artikel in een maleis weekblad besloten dat goeroe’s die iets voor de pers schrijven dit eerst ter lezing geven aan de zendeling-leraar).
verzelfstandiging (besloten dat alle stukken van goeroe’s en verplegers gericht aan de conferentie eerst ter inzage worden gegeven aan de betrokken beheerder)
inheems personeel (enkele pembantoe hebben gevraagd om te mogen trouwen; besloten in principe pas verlof tot trouwen te geven wanneer zij eerst drie jaar hebben gewerkt).
inheems personeel (besloten een goeroereglement te ontwerpen ‘opdat er eenheid zij tusschen de verschillende posten’; Belksma en Van Dijk tegen omdat zij dit nodig vinden).
onchristelijk gedrag (goeroes moeten aan Toradja’s het goede voorbeeld geven en mogen dus geen kaart spelen, ook al gaat het niet om geld; besloten goeroes die dit toch doen na drie waarschuwingen voor te dragen voor ontslag).
inheems personeel (enige ouderlingen in Dende’ doen veel aan evangelisatie; zij gaan dan de kampong in en bieden wat sirih aan want dat is onder de Toradja’s de gewoonte; zij vragen nu om een onkostenvergoeding daarvoor; de conferentie wil niet dat het uitdelen van sirih als een beloning wordt gezien; br. van Dijk mag hen wel af en wat wat geld geven om sirih te kopen).
heidendom (het bijeenkomen voor de ma’katia’ een ritueel voorafgaand aan het dodenritueel dat gepaard gaat met veel onzedelijke handelingen wat weer geslachtsziekten in de hand werkt; het is geen deel van de adat maar overgenomen van de Boeginezen uit Malili; besloten op voorstel van Van der Veen dit gebruik helemaal af te schaffen en erover te spreken met de controleur).
heidendom (op de ouderlingenvergadering en in de Lokale Zendingsraad in Makassar zal gesproken worden over regels ten aanzien van de verdeling van vlees bij christelijke dodenfeesten; br. Van Dijk neemt waar dat er steeds onenigheid over ontstaat).
talen (de conferentie en de vergadering van goeroe’s willen graag dat het door Van der Veen gemaakte woordenboek Tae verschijnt met een vertaling van de woorden in het maleis).
onchristelijk gedrag (de conferentie ageert tegen werken op zondag aan de wegen en tegen goeroe’s die op zondag reizen; dit punt moet worden besproken in de vergadering van de Lokale Zendingsraad in Makassar).
1931, 7 februari buitengewone vergadering aanwezig: br. Tanis, Van Dijk, Belksma, Esser, Pol en Van der Veen.
inheems personeel (vaststelling van een salarisregeling voor ziekenverplegers die in dienst gekomen zijn van de zending; de zending let op hun zedelijk leven; zij moeten zich wanneer zij de kampong bezoeken behoorlijk gedragen en, voor zover zijn christenen zijn, de godsdienstoefeningen bijwonen).
1931, 29 april 46ste aanwezig: br. Tanis, Van Dijk, Belksma, Esser, Heusdens en Van der Veen.
inheems personeel (goeroe Tiranda is veroordeeld tot een boete van f 10,- wegens toebrengen van lichamelijk letsel; een doopkandidate was overleden en de familie wilde haar op heidense wijze begraven; de goeroe eiste een christelijke begrafenis; na een discussie sloeg de goeroe een dochter van de overledene; besloten hem te berispen; de conferentie heeft begrip voor zijn handelen, maar ‘het Evangelie is toch niet gebaat door dergelijke krachtuitingen, want alleen door de Geest zal het geschieden’; de goeroe wordt overgeplaatst)
Islam (br. Heusdens heeft een islamitische goeroe die vervangen moet worden; besloten te adverteren).
onchristelijk gedrag (een leerling aan de normaalschool wordt verwijderd omdat hij ontucht heeft gepleegd met een van de vrouwen).
1931, 25-29 juni 47ste aanwezig: br. Tanis, van Dijk, Belksma, Heusdens, Pol, Van Weerden, Esser en ds. Bikker als adviseur omvang 17 pagina’s en 70 agendapunten.
inheems personeel (ingekomen verslag van de eerste goeroevergadering geleid door br. Van Weerden)
inheems personeel (assistent-resident van Loewoe keurt het gedrag van goeroe Tiranda af en heeft de controleur van Pelopo opgedragen hem niet meer te woord te staan; conferentie vindt de toon van de brief van de assistent-resident te scherp en besluit deze in afschrift te zenden aan de gouverneur van Celebes e.o.).
islam (br. Van Weerden verzocht de controleur van Masamba acties van enkele hoofden in Rongkong ten gunste van de Islam tegen te gaan).
onchristelijk gedrag (bezoek van de nieuwe controleur en aspirant-controleur; hij belooft desgevraagd zijn best te doen de herendiensten op zondagen te beperken).
inheems persopneel (verzoek goeroes van Rante Pao om een aanstelling als goeroe djoemaat; de conferentie voelt hier niet voor; besloten om de goeroes weer te examineren in de godsdienstige vakken).
onchristelijk gedrag (een goeroe die heeft meegedaan aan hanengevechten, maar dit ontkent, krijgt een strafoverplaatsing).
positie vrouwen (de kop van dit punt luidt: ‘Is het gewenscht een meisjes op den Cursus te nemen?’; onder de kandidaten voor de normaalcursus was één meisje; zij was niet erg slim; besloten haar niet aan te nemen maar wel als moerid op te nemen).
Locale Zendingsraad Makassar (er was een vergadering in maart 1931 tijdens welke vragenlijsten zijn uitgedeeld over onder andere de tucht en het huwelijk; beantwoording ervan wordt onder de broeders verdeeld; aan het hoofdbestuur wordt verzocht of de conferentie zich mag aansluiten).
verzelfstandiging (de Lokale Zendingsraad in Makassar vraagt of de conferentie een raad voor inheemse christenen wenselijk vindt; de conferentie acht de tijd daarvoor nog niet gekomen; wel wordt besloten dit jaar weer een zendingsdag te houden).
inheems personeel (besloten tot een verzameling preken uit te geven bestemd voor de goeroes).
onchristelijk gedrag (de verloofde van een goeroe beweert door hem zwanger gemaakt te zijn, maar hij ontkent; de conferentie vindt dit een duistere zaak; als de schuld van de goeroe niet bewezen kan worden, mag hij niet worden gestraft en gedwongen worden met zijn verloofde te trouwen; besloten hem in elk geval over te plaatsen).
huwelijk en seksualiteit (een evangelist wiens huwelijk kinderloos is wenst een kind van een familielid te adopteren; besloten hierover op een volgende vergadering te spreken).
verzelfstandiging (of er in een gemeente een ouderling kan worden gekozen hangt niet af van de grootte van de gemeente, maar of er een geschikt persoon is te vinden; het is raadzaam om met de benoeming van een ouderling niet te lang te wachten; de omvang van de gemeente is ook niet doorslaggevend om voor het eerst een Avondmaal te houden; wel is eerder besloten om na de doop aan volwassenen eerst enige tijd onderricht te geven; invoeren van een zondagscollecte niet in een pas geopende gemeente; heidenen en islamieten kunnen het als argument gebruiken om belangstellenden af te schrikken van het bijwonen van bijeenkomsten; deze belangrijke en principiële zaken worden voor advies voorgelegd aan het hoofdbestuur).
1931, 1-3 oktober 48ste aanwezig: br. Tanis, Van Dijk, Belksma, Pol, Van Weerden en Van der Veen. aantal ingekomen brieven en stukken 50
huwelijk en seksualiteit (twee goeroes wonen samen; besloten hen pembantoe te maken als zij binnen één maand trouwen, anders ontslag).
huwelijk en seksualiteit (een goeroe die schoolhoofd is (goeroe mantja’) wordt ontslagen wegens ontucht).
verzelfstandiging inheems personeel (behandeling van een reeks verzoeken van goeroe A. Dendang uit Mengkendek; om de scholen te mogen sluiten als er een christelijke begrafenis is zonder dat verlof moet worden gevraagd bij de beheerder, zo ook als er een Toradja goeroe trouwt of oude mensen gedoopt worden; deze drie verzoeken worden afgewezen; eerst moet verlof gevraagd worden bij de beheerder; verzoek om er bij de controleur op aan te dringen dat er tijdens feesten en openbare verkopingen geen sterke drank wordt geschonken; dit wordt besproken met de controleur; hij vraagt ook te spreken met de bestuursambtenaar dat de slaven in de kampong niet zo erg worden onderdrukt; een ander verzoek om te bewerkstelligen dat de jongens die bij hem in huis werken geen herendiensten hoeven te doen; kan besproken worden met de controleur; verzoek tenslotte om opslag wordt afgewezen).
Europese gewoonten (de controleur van Makale wil het voetbalspel invoeren als tegenwicht tegen andere spelen zoals hanengevechten; hij vraagt om medewerking van de zending; de conferentie ziet bezwaren zoals het spelen op zondag ‘en de matches’; een bespreking met de controleur leidde tot niets omdat deze de zondag niet kan ontzien voor de spelen).
inheems personeel – opleiding (de eerste cursus voor evangelisten loopt in januari 1932 af; besloten de cursisten serieus te examineren dat wil zeggen door de leraren met gecommitteerden).
talen (het woordenboek Taê wordt uitgegeven).
organisatie conferentie (er komen drie commissies die bepaalde zaken mogen afdoen, en wel: a. voor gemeentezaken (bestaand uit dagelijks bestuur en de zendeling-leraar in wiens ressort de zaak zich voordoet) b. voor schoolzaken (bestaand uit dagelijks bestuur met zendeling-leraren en voor zover nodig andere onderwijsmannen) c. voor medische zaken (dagelijks bestuur met dr. Esser) Als er geen overeenstemming wordt bereikt, dan komt de zaak op de agenda van de conferentie; dagelijks bestuur mag ingekomen brieven afdoen; br. Van der Veen dringt erop aan dat er meer tijd wordt vrijgemaakt voor principiële zaken; voorstel met twee stemmen tegen aangenomen).
inheems personeel (besloten een goeroe pembantoe te maken omdat hij slecht functioneert; hij int geen schoolgeld, doet weinig aan evangelisatie en gaf vacantie zonder toestemming van de beheerder; het betreft een school die kort geleden door de zending is overgenomen van het gouvernement; dat was daar de gewoonte).
inheems personeel (de conferentie ziet graag dat de goeroes, die merendeels van buiten het Toradjagebied komen, trouwen; besloten de emolumenten voor ongetrouwde goeroes te verlagen nadat br. Van der Veen erop heeft gewezen dat de conferentie de goeroes niet kan dwingen met een toradjameisje te huwen).
huwelijk en seksualiteit (het is in dit gebied gewoonte dat gedoopten mogen trouwen, ook wanneer een der partijen belooft om christen te worden; een goeroe uit de Minahassa maakte bezwaar tegen het huwen van kandidaten die nog geen belijdenis hebben gedaan).
Europese gewoonten (de conferentie vindt het ongewenst dat dopelingen vreemde westerse namen krijgen; br. Van Dijk bericht dat hij wanneer de dopeling al een naam heeft gekozen deze niet meer verandert).
heidendom (br. van der Veen meldt dat een kepala een feest wil vieren voor zijn overleden vader die in de strijd is gevallen zodat de ziel van de overledene rust vindt en de familieleden van de dode ziel de zegen kunnen ontvangen; de conferentie meent dat deze gewoonte moet worden tegengegaan; in elk geval mogen christenen niet offeren aan de ziel van een dode; later blijkt dat deze kepala alleen een feestje wilde vieren voor de christenen om te laten zien dat zij geen vijandschap meer koesteren tegen degene die hun vader hebben gedood).
huwelijk en seksualiteit (een pembantoe die ontucht heeft gepleegd wordt niet ontslagen zoals door sommigen voorgesteld, maar krijgt drie maanden half salaris).
heidendom (naar aanleiding van een bespreking van de adatregeling die al in 1928 op schrift is gezet en waarover toen al is vergaderd stelt br. Pol aan de orde dat er in Sangalla’ steeds problemen ontstaan doordat christenen weigeren de boekoe leso te geven aan de to parenge; dit is een deel van vlees van buffels die geslacht worden bij dodenfeesten; volgens een besluit van de gouverneur van Celebes e.o. moet dit door iedereen gegeven worden; de to parenge is het oude adathoofd die vroeger de kampong bestuurde, de rechtspraak deed en besliste over oorlog en vrede; deze bezwaren leven ook bij christenen in Rante Pao en Pantilang; de adathoofden menen nog steeds dat de christenen met dit ritueel erkennen dat zij ‘onder hun zegenende invloed blijven’; de conferentie vindt dit een moeilijk probleem ‘dat met groote omzichtigheid moet worden opgelost’; het is onwenselijk dat wij de aanzienlijke heidense Toradja’s tegen het christendom innemen en dat de christenen losraken uit het stamverband; br. Belksma beveelt aan de to parenge te laten beloven dat zij het geschenk aanvaarden als een eerbewijs, maar dat de christenen het mogen weigeren als zij het aanvoelen als een zonde ‘laat hen het dan niet doen, maar dan ook de gevolgen dragen’; deze zaak indien mogelijk te bespreken met de controleur).
1932, 25-27 januari 49ste aanwezig: br. Tanis, Van Dijk, Nelksma, Pol, Van Weerden, Bikker, ds. Geleinse (nieuw adviserend lid) en voor een deel van de vergadering ds. Binsbergen de predikant van de Indische Kerk in Makassar.
dogmatiek (br. Van Weerden vraagt de conferentie een uitspraak te doen over een vraag die goeroes vaak stellen; de vraag handelt over de oorzaak van het kwaad; men wil hierover geen pro- en contradebat laten ontstaan onder de goeroes; besloten dat br. Heusdens dit onderwerp op de volgende conferentie inleidt; ‘de bedoeling van deze vraag is: heeft God niet zelf het kwade, de zonde gewild?’; br. Tanis zou graag zien dat het hoofdbestuur van de conferentie ‘hierover een onderwerp zou kunnen doen toekomen’)
zondagsheiliging (de controleur nam een maatregel waardoor de zondag meer vrij komt van herendiensten)
inheems personeel (de commissie levert een ontwerp van een goeroereglement in; het wordt de volgende conferentie behandeld).
huwelijk en seksualiteit (een leerling van de evangelistencursus in Barana’ heeft seksuele omgang gehad met zijn verloofde waardoor zij zwanger is geworden; na discussie besloten op voorstel van br. Van der Veen dce huwelijksgift van f 25,- in te houden en hem gewoon als evangelist aan te stellen omdat de twee in het openbaar schuld hebben bekend; de broeders Heusdens en Tanis zijn tegen omdat zij vinden dat een voorbeeld gesteld moet worden en de man dus niet kan worden aangesteld).
huwelijk en seksualiteit (een pembantoe die ontucht heeft gepleegd wordt ontslagen).
heidendom diverse adats (een christen in Simbosang heeft een geplante grafheuvel, een zogenaamd tamboen tana, omgehakt; de heidenen protesteerden omdat nu de oogst zou mislukken; het districthoofd verplichtte hem een kip te leveren die aan de deatas zou worden geofferd; br. Pol heeft dit met het hoofd besproken en de straf weten om te zetten in een geldboete; de controleur meent echter dat de tamboen tana tot de heidense adat behoort en dat de christenen deze hebben verlaten; het omhakken is dan te beschouwen als diefstal; br. Pol ziet het anders: de tamboen tana is ‘een stam- of erfbezit waar dus de Christenen zeker recht op blijven hebben, evenals op het stamhuis, de sawahs, de liang enz.’; de conferentie is het met br. Pol eens en vindt wel dat christenen vermaand moeten worden de tamboen tana niet om te hakken).
woordenboek Toradja’s (de regering in Batavia wees de uitgave van een drietalig woordenboek (Nederlands, Maleis en Toradja’s) af; zo ook die van een woordenboek Nederlands-Toradja’s; br. Van der Veen die het woordenboek maakte, wil nu een subsidie van de Gereformeerde Zendingsbond; br. van der Veen wordt aangeraden het landschap te benaderen of zij het boek uit kunnen geven; als dat niet lukt moet Van der Veen dit met het hoofdbestuur bespreken).
tucht (br. Pol schreef hierover een referaat; er is nu geen tijd over om dit te bespreken).
verzelfstandiging (ds. Bikker berichtte dat in 1931 in Mamasa begonnen is met het instellen van kerkenraden; er is ook een classis opgericht; hij vraagt hoe de conferentie hierover denkt; na een levendige discussie besloten dat ds. Bikker verzocht wordt ‘een concept van formatie’ op te stellen).
1932, 6-8 juli 50ste aanwezig: br. Van Dijk, Heusdens, Van Weerden, Pol, Esser en Belksma.
huwelijk en seksualiteit (verzoek van een goeroe om de gebruikelijke huwelijksgift afgewezen omdat hij getrouwd is toen hij buiten dienst was en met zijn verloving is begonnen zonder toestemming van de beheerder).
verzelfstandiging (verzoek goeroe om toestemming tot handoplegging bij het inzegenen van huwelijken; de conferentie is in meerderheid tegen; alleen zij die in het ambt bevestigd zijn mogen dit doen; dit is een principiële kwestie waarover de mening van het hoofdbestuur wordt gevraagd).
huwelijk en seksualiteit (goeroe wordt ontslagen wegens overtreding van het zevende gebod en wegens veelvuldige knoeierij met het schoolgeld).
1932, 13 augustus buitengewone vergadering aanwezig: br. Van Dijk, Pol, Heusdens, Van Weerden, Esser, Belksma en Saathof.
Geen onderwerpen met betrekking tot culturele interactie
1932, 25 november buitengewone vergadering aanwezig: br. Van Dijk, Heusdens, Belksma, Saathof en Esser.
Geen onderwerpen met betrekking tot culturele interactie
inv. nr. 192 idem, 1933-1936
1933, 13-14 januari 51ste aanwezig: br. Van Dijk, Heusdens, Van Weerden, Esser, Saathof, Belksma en Pol.
inheems personeel (goeroe pleegde overspel en erkende fout; heeft altijd goed gefunctioneerd; wordt drie maanden geschorst en daarna overgeplaatst)
Islam (bezetting zendingsgebied: er zijn nu vier zendelingen voor ruim 300.000 inwoners; de Islam dringt op; bepaalde plaatsen moeten ‘bezet’ worden; er moeten meer Europese zendingswerkers en dringend meer inlandse evangelisten komen; verzoek aan bestuur om drie extra zendelingen en eventueel nog één schoolbeheerder voor de administratie)
Islam (in Alla’ voert de islam een actie; deze richt zich op nationale eenheid onder de inheemse bevolking; men probeert zo invloed te krijgen op onze jonge christenen; omdat er geen Europese zendeling komt, moet er een inheemse evangelist komen)
onchristelijke gebruiken (br. Heusdens meldt zedeloos gedrag van assistent-resident van Loewoe; hij drinkt; dit maakt een slechte indruk op de inheemse bevolking; hij geeft weer vergunningen af voor hanengevechten; zijn motief: de hanengevechten zijn te nauw verbonden met de dodencultus; conferentie ziet dit verband niet en roept hulp zendingsconsul in)
1933, 8 maart extra vergadering
Geen onderwerpen met betrekking tot culturele interactie
1933, 16-18 juni 52ste aanwezig: br. Van Dijk, Heusdens, Tanis, Belksma en Pol.
Islam (de conferentie dringt er bij de gouverneur op aan zo weinig mogelijk islamitisch personeel in het gebied van de zending te plaatsen).
1933, 4-6 december 54ste aanwezig: br. Van Dijk, Tanis, Belksma, Van Weerden, Pol.
medische zending (na het vertrek van dr. Esser moeten het ziekenhuis en de poliklinieken gereorganiseerd worden; er moet zo snel mogelijk een Europese verpleegkundige komen; voor de poliklinieken moeten Menadonezen geworven worden; zij moeten gediplomeerd zijn en tevens zijn ‘Christen jongemenschen die ook hart voor het zendingswerk hebben’; dr. Buitelaar pleit voor de oprichting van een leproserie).
huwelijk en seksualiteit (de huwelijksregeling laat nog steeds veel te wensen over; dit onderwerp moet besproken worden met de zendingsconsul).
huwelijk en seksualiteit (ontslag van een goeroe wegens overtreding van het zevende gebod ondanks bekentenis en berouw).
gekomen tot en met p. 8
inv. nr. 193 idem, 1937-1938
1937, 3-6 februari 63ste
herendiensten van christenen op zondagen (een probleem)
aanwezigheid dames (hebben het recht vergadering bij te wonen, maar doen dit bijna nooit)
huwelijksprobleem pembatoe (voormalig pembantoe gehuwd met heidense vrouw belijdt zonde tegen zevende gebod en wil weer als goeroe aangenomen worden; wordt afgestemd, moet over een tijd nog eens solliciteren, gerucht gaat hij dat hij aspiraties heeft voor Mohammadiyah)
beraad of er een verplichte pensioenregeling voor de goeroes moet komen (GZB heeft nu 200 hulpkrachten in dienst die gemiddeld per maand Fl. 20 verdienen; GZB betaalt nu de pensioenen maar wil er vanaf; nog geen beslissing over al of niet invoeren; goeroes in ressort Rongkong verzochten om een ziekenfonds)
verzoek ziekenverpleger om vrij wonen (discussie; de beter betaalde krachten hebben dit al, als het wordt geweigerd kweekt dit ‘een revolutionaire gezindheid’; verzoek verworpen bij stemming)
lang beraad over goeroe Siahaja die met zijn vrouw in onmin leeft (hij is socialistisch en zijn vrouw is zonderling zelfs perfectionistisch; men wil wel van hem af)
goeroes vragen vaak om geneesmiddelen om die tijdens een rondreis uit te delen (worden uitgereikt door de arts)
status doopkandidaten (speelt bij eedsaflegging en begrafenis; komt voor dat overleden doopkandidaten volgens heidense ritus begraven worden; conferentie vraagt ondersteuning van de assistent resident, maar deze weigert aangezien het om een familiale zaak gaat; alleen wanneer rust en orde bedreigd worden; Van der Veen meent: de regering is voogd over het volk en moet opvoeden; sprake van ‘begrafenisstrijd die zooveel beroering teweegbrengt en zeer nadeelig is voor het gemeenteleven’; met de wens van de overledene om christelijk te worden begraven wordt geen rekening gehouden; de heidense familieleden zetten hun zin door; dit komt ook voor met gedoopten, maar minder vaak; het kwam zelfs voor dat de evangelist en de familie aan beide zijden aan het lijk trokken; de beide aanwezige BB-ambtenaren willen niet meewerken aan bestrijding van dit euvel)
zondagsrust (in aanwezigheid van beide BB’ers; inheemse christenen begrijpen niet dat lagere ambtenaren toelaten dat zij op zondag worden opgeroepen zodat ze niet naar de kerk kunnen komen)
hanengevechten (leven weer op; assistent-resident zegt: vergunning wordt alleen gegeven aan hoge hoofden)
diefstallen (nemen schrikbarend toe; na behandeling van dit punt verlaten BB’ers de vergadering)
leidster huishoudschool (men zoekt naar een geschikte vrouw; het moet zo goedkoop mogelijk; gangmaker van dit idee is mevr. Goslinga-Gerritsen; drijfveer is ook de angst voor Rome dat zich al heeft vertoond; er is een damescomité met mevr. Van der Veen erin; besloten het bestuur te vragen of men mag beginnen)
adat: slachten bij dodenfeesten van kinderen (op dodenfeesten van goeroes, kinderen van goeroes of njora’s (vrouw van een goeroe) worden veel beesten ter slachting aangeboden, wat betekent dat zij slachtdieren terug moeten geven, waardoor zij in de schuld raken; men wil dat de conferentie maxima vaststelt aan het aantal dieren; de conferentie vindt dat de goeroes dit zelf moeten regelen)
probleem rond graf van goeroe (na overlijden werd er gecollecteerd voor de weduwe; een man wierp zich op als haar beschermer en maakte het geld op; het graf wordt nu verwaarloosd; kan de conferentie iets aan het graf doen?; men houdt de boot af)
huwelijksfeest (n.a.v. aanstaand huwelijk van goeroe met dochter van districtshoofd; het feest wordt een verzoening tussen verschillende heidense families; br. Belksma sr. is tegen deze heidense feesten; zou goed zijn als feest gechristianiseerd werd; Tani ertegen dat een evangelist zo’n huwelijk aangaat)
beleid t.a.v. plaatsing van zendelingen (Van der Veen wil liever niet een evangelist die in Jogja is opgeleid om onder islamieten te werken te plaatsen in een gebied dat niet islamitisch is)
huwelijksprobleem (colporteur heeft toegelaten dat zijn dochter die al gescheiden is samenwoont met een man die zijn vrouw en kinderen heeft verlaten; discussie; tegenover opvatting dat daar niets aan te doen is, staat opvatting dat de vader moet worden aangespoord zijn dochter terug te halen)
opleiding evangelisten (Belksma sr. wil een andere docent voor kerkgeschiedenis negentiende eeuw; Van der Veen vindt dat niet nodig; geschiedenis vroege christendom is belangrijker; Goslinga stelt zijn vrouw voor, maar die blijkt het te druk te hebben)
actie tegen markt op zondag (er lopen acties van christenen tegen het houden van markt op zondag; rekesten gaan naar de gouverneur)
bezwaren tegen vertaalde tekst (klachten over vertaling van een lied; de verkeerde tekst is van een goeroe uit de tijd van Van der Loosdrecht; de tekst is niet volgens de Schrift, zelfs ongereformeerd oude tekst (vertaald in Ned.): ‘Het (kind) is in den hemel aangekomen. Het is bij zijn Vader gekomen. De hemel is de heerlijke plaats. De plaats der blijdschap’ beter zou zijn: “De Heere heeft het geroepen. Wilt op hem hopen. Gedenkt Zijn verbond, aan degenen die in Hem gelooven.’)
herziening zangbundel (de vertaling moet beter; Belksma sr. die wegens zijn gezondheid naar Nederland gaat wordt gevraagd er aan te werken; zegt: wie de psalmen wil vertalen moet tussen het volk wonen; hij geeft voorkeur aan vertaling vanuit Statenbijbel; bestuur heeft geen bezwaar tegen Toradjazangwijzen; bestuur wil twee bundels, een voor de kerk en een voor de school)
heidense gewoonten (mag er geofferd worden aan stamhuizen waarin christenen wonen?; discussie; de een wil verbieden als de meerderheid van het huis christen is, de ander pleit voor vrijheid van geweten; er wordt veel geofferd bijv. bij eerste tappen van de palmwijn, kalfwerpen van karbouwen, rijstadat, jongen van een hond; Van der Veen meent dat christenen niet in een stamhuis moeten wonen; “Het (stamhuis) is een sacraal iets en blijft moeilijk voor Christenen. De voorz. zegt dat het toch ook een sociale instelling is, iets van de gemeenschap. De Christen zou dan buiten de gemeenschap moeten gaan, wat toch niet behoeft!’)
dodenritueel en christelijke adat (de grote hoofden in Sangalla’ willen ‘een nieuwe doodenadat’ instellen; zij willen het oude ceremoniëel handhaven; de dodenwacht; wij strijden tegen het heidendom, de hoofden willen hun status behouden; Van Weerden bespreekt zijn ervaring in Rongkong waar het ‘ombuigen’ van de oude gewoonten gelukt is bij het dankfeest voor het gewas; vrees voor een ‘raar soort christelijke adat’ ook al omdat zeer veel christenen nog maar heel weinig van het christendom weten)
motieven om christen te worden (in Badjo’ zochten de mensen maatschappelijke steun in het christendom; zendeling Pol meent dat de nieuwe christenen aan zichzelf geenn hoge eisen stellen; ‘Bij hun overgang tot het Christendom was het blijkbaar een verwisselen van adat. Dieper gaat het vaak niet.’)
huwelijk christen-islamiet (een goeroe die gehuwd is met isl. meisje dat geen christen wil worden wordt overgeplaatst)
1937, 13-16 april 64ste 15 p.
1937, 8 mei zo te zien extra conferentie 4 p.
1937, 26 mei bespreking met onderwijsinspectie 4 p.
1937, 27 mei bespreking met br. J. Belksma over zijn ziekte en vertrek 3 p.
1937, 28-30 juli 65ste 16 p.
1938, 12 februari 66ste 12 p.
1938, 7-8 juli 67ste 13 p.
1938, 4 augustus extra vergadering
nog niet af!!!!
|
||||||||||||||||||||
Verwijzing naar andere archiefvormers | |||||||||||||||||||||
Informatiewaarde | Groot |
Geschiedenis
Korte geschiedenis | De organisatie De Gereformeerde Zendingsbond (GZB) werd in 1901 opgericht om te voorzien in de behoefte aan zending op gereformeerde grondslag voor die gemeenten en gelovigen die na de Doleantie van 1886 binnen de Nederlandse Hervormde Kerk waren gebleven. De Nederlandsche Gereformeerde Zendings Vereeniging (NGZV) had haar taak in 1892 immers overgedragen aan de Gereformeerde kerken in Nederland. De GZB maakte een langzame start, maar telde in 1925 toch meer dan 10.000 leden en in 1932 bedroegen de inkomsten ruim Fl. 100.000.
De zending De GZB was vanaf 1913 actief in het gebied van de Sa'dan-Toraja's op Midden-Celebes. Al snel probeerde de GZB haar zendingsgebied te verdubbelen: naast toelating door het gouvernement in Rantepao en Palopo van de afdeling Loewoe en de onderafdeling Mamoejoe van de afdeling Mandar wilde men uitbreiden naar de onderafdeling Ma'kale van de afdeling Loewoe en de onderafdelingen Majene, Binoeang en Balanipa van de afdeling Mandar. Het gouvernement gaf echter alleen toelating voor Ma'kale, de rest bleef onder toezicht van de Indische Kerk en zou in 1928 worden overgedragen aan de Zending van de Christelijke Gereformeerde Kerken. In 1941 werden de eerste Indische predikanten geordend. De GZB zette diverse vormen van onderwijs op (kweekschool, lager- en vakonderwijs), ontwikkelde de medische zending (in 1929 werd er een ziekenhuis geopend) en verrichte vanaf 1930 maatschappelijk werk onder vrouwen en meisjes. In 1947 werd de zelfstandige Torajakerk (Gereja Toraja) geïnstitueerd, maar pas vanaf 1951, met het vertrek van de meeste Nederlandse zendelingen, kwam het tot echte zelfstandigheid. Tachtig procent van de bevolking van Torajaland is lid van de Gereja Toraja, de kerk had in 2006 zo'n 350.000 leden. Van 1961 tot 1965 werden er wegens de politieke situatie geen mensen naar Indonesië uitgezonden. De GZB verplaatste toen het zwaartepunt van haar werk naar Kenia. (Zie o.a. Van den End, Gereformeerde Zendingsbond) |
Organisatie | De organisatie was (en is) een vereniging. Zij bezat in de periode 1901-1961 drie handelende organen, namelijk de algemene ledenvergadering, het bestuur en het directoraat. De ledenvergadering had veel invloed door bijvoorbeeld de verkiezing van het bestuur en het benoemen van enkele belangrijke commissies. De bestuursleden werden gekozen uit leden van de GZB en uit vertegenwoordigers van gemeenten of verenigingen die zich hadden aangesloten. Doordat de GZB uitging van het principe van kerkelijke zending konden, naast personen, ook Hervormde gemeenten en Hervormde verenigingen lid worden. Vanaf 1917 werd een director aangesteld, grotendeels belast met de dagelijkse leiding. Er bestonden diverse hulpverenigingen (66 in 1947), onder andere voor geldinzameling en voorlichting. Het lidmaatschap van kerkenraden en classicale zendingscommissies bleef erg beperkt. (zie Classicale zending Harderwijk en Gouda).
Directoren waren: ds. Lans (1917-1923), ds. W. Bieshaar (1923-1943), ds. J. Batelaan (1944-1955) en ds. J. de lange (1955-1965). Voor 1942 onderscheidde men: zendeling-leraren, zendeling-onderwijzers, zendeling-artsen en zendeling-diaconen. Na de oorlog werden geen zendeling-leraren en zendeling-diaconen uitgezonden. Verder sprak men nu van zendingspredikanten, zendingsonderwijzers, zendingsartsen en –verpleegsters. Men volgde de opleiding in Oegstgeest (tot 1917 Rottterdam). Pas in 1943 nam voor het eerst een predikant de beroeping van het zendingsveld aan. Van 1916 tot 1951 hielden de zendelingen regelmatig conferenties, daarna beruste de leiding officieel bij de Torajakerk. (Zie o.a. Van den End, Gereformeerde Zendingsbond). |
Doelstelling | Beginsel: 'Zij gaat uit van het beginsel dat de Bijbel is het onfeilbaar Woord Gods, waarin de volle raad Gods vervat is, zooals die uitgedrukt is in de drie formulieren van eenigheid der Gereformeerde Kerk' (Statuten 1901, artikel 4). Doel: Het doel der Vereeniging is: Zending te drijven, d.i. het Woord Gods te brengen aan die daarvan verstoken zijn, bijzonder in onze Overzeesche Bezittingen. Zij tracht dat doel te bereiken door opleiding en afvaardiging van Zendelingen, zooals dat nader bij huishoudelijk reglement wordt bepaald. De middelen daartoe zoekt zij te verkrijgen, door contributiën, collecten, schenkingen, legaten enz. (Statuten 1901, art. 2,3) |
Taken en activiteiten |
|
Geografie
Continenten |
|
Lokatie |
|
Niet-archivalische bronnen
Selectie uit de literatuur |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bronnenpublicatie |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Periodieken |
|
Het archief
Meer over het archief |
|
||||||||||||||||||||
Websites | |||||||||||||||||||||
Bronnen met verslaglegging | Jaar- en andere periodieke verslagen
85 jaarverslagen en overzichten van de zendingsarbeid, 1933-1952
87 verslagen over en stukken betreffende de gebeurtenissen gedurende de Japanse bezetting, 1943, 1946
88 verslagen van een aantal gemeenten over de jaren 1942-1946
211 Jaarverslagen van het ressort Ma'kale-Sangalla', 1920-1924, 1929, 1932, 1934-1938.
217 Jaarverslagen van het ressort Palopo, 1930-1932, 1933, 1935, 1937-1938, 1939/1941
221 Jaarverslagen van het ressort Rantepao, 1930-1933, 1936-1938
222 Jaarverslagen van de onderwijzers en evangelisten van een aantal gemeenten in het ressort Rantepao, 1938 en 1939
227 Jaarverslag van het ressort Rembon, 1929
228 Jaarverslagen van het ressort Rongkong, 1929, 1930, 1932-1935, 1937, 1942/1946
Dagboeken en journalen van zendelingen
34 Dagboek van de goeroe Injil van Simbuang over de maanden augustus, september en november 1941 en februari 1942.
Notulen van zendelingenconferenties
191-196 Notulen van de Conferentie van zendelingen van de Gereformeerde Zendingsbond te Rantepao, 1922-1951.
214 Notulen van de vergaderingen van afgevaardigdden der gemeenten in het gebied van Sangalla', 1943 arug. 15 en okt. 12
215 Notulen van de vergaderingen van evangelisten in het ressort Sangalla', 1943-1945.
226 Notulen van de vergaderingen van de evangelisten in het ressort Rantepao, 1935-1939 en 1946-1948.
304 Verslagen van de conferenties van zendingsarbeiders, gehouden te Batavia/Jakarta, 1949-1951.
Inspectiereizen
89 Berichten aangaande de inspectiereis van ds. A. Meijers, voorziter en ds. J. Batelaan, director van de GZB, in september-december 1948.
Verslaglegging en statistiek
18-19. Jaarverslagen van de Bond, 1921-1961
85. Jaarverslagen en overzichten van de zendingsarbeid, 1933-1952
86. Statistisch materiaal, 1922, 1931-1937, 1942 en 1946
88. Verslagen van een aantal gemeenten, 1942-1946
200. Jaar- en maandverslagen medische dienst, 1931-1941
201. Statistisch materiaal medische zending, 1925-1941
203. Statistisch materiaal onderwijs, 1933-1945
211. Jaarverslagen ressort Ma'kale-Sangalla', 1920-1938
212. Statistisch materiaal ressort Ma'kale-Sangalla', 1922-1937
217. Jaarverslagen ressort Palopo, 1930-1941
218. Statistisch materiaal ressort Palopo, 1930-1948
221. Jaarverslagen ressort Rantepao, 1930-1938
222. Jaarverslagen onderwijzers en evangelisten van enkele gemeenten in ressort Rantepao, 1938-1939
223. Statistisch materiaal ressort Rantepao, 1921-1942
227. Jaarverslag resoort Rembon, 1929
228. Jaarverslagen ressort Rongkong, 1929-1946
229. Statistisch materiaal ressort Rongkong, 1930-1948
|
||||||||||||||||||||
Nadere Toegangen | Selectie
De hieronder staande stukken zijn bezien en samengevat omdat zij betrekking hebben op het thema culturele interactie.
Adatkwesties, 1928-1947 (inv. nr. 233) De naoorlogse stukken meestal in het Indonesisch. De kwesties betreffen vaak of christenen mee moeten doen aan gebruiken voorgeschreven door de adat die heidens zijn of verband houden met heidense opvattingen, bijvoorbeeld de verplichting om bij een dodenfeest aan de hoofden karbouwvlees te geven omdat dit inhoudt dat zij de voorouders vereren wat in strijd is met het christendom (de z.g. boekoe-leso). Deze kwesties kwamen vermoedelijk ook aan de orde in de conferenties van zendelingen.
Ontwerpen van een regeling voor het huwelijk van christelijke Toradja's, 1928-ca. 1949 (inv. nr. 234) Reacties op de concept-huwelijksordonnantie van 1935 die overigens niet is ingevoerd. De regeling zou moeten gelden voor alle christenen wonend in delen van de afdeling Loewoe, Mandar en Pare Pare. Het dossier vangt aan in 1928 en bevat nota’s en adviezen aan de zendingsconsul. De zendelingen van de GZB juichen een ordonnantie die de losse huwelijksmoraal bij de Toradja’s verstevigt toe. In 1861 kwam er een regeling voor huwelijken van inheemse christenen in Ambon, Menado en Ternate en later ook voor Timor, maar in de rest van de archipel was er voor christenen niets geregeld. De zending heeft in deze lacune trachten te voorzien door eigen regelingen te scheppen, maar deze steunden niet op een wettelijke regeling en men was daardoor afhankelijk van de inzichten van de ambtenaren van het BB. Hierbij speelde ook de verhouding tot het adatrecht dat niet gecodificeerd en daardoor ‘zwevend’ was. De zendelingen dringen erop aan dat in de ordonnantie uitdrukkelijk wordt verwezen naar het gekerstende adatrecht. De ordonnantie maakte ontbinding van het huwelijk in bepaalde gevallen mogelijk. In 1947 drongen de Toranjakerk en de GZB er nogmaals bij het BB op aan een ordonnantie vast te stellen.
Nota door H. Pol getiteld 'Iets over kerkelijke tucht op het zendingsveld', ca. 1932 (inv. nr. 235) Nota door zendeling H. Pol van 29 p. Beschouwing over wat de kerkelijke tucht moet zijn en hoe deze hoort te worden uitgevoerd. Veel tuchtzaken hebben te maken met de huwelijksmoraal, met polygamie en echtbreuk. De zendeling mag niet op eigen houtje tuchtmaatregelen nemen. Alleen de kerkeraad is hiertoe bevoegd. De nota is een antwoord op een vraag van een niet bij name genoemde persoon of personen.
Verzelfstandiging van de Toradjakerk, 1936-1946 (inv. nr. 238) Nota’s en stukken met meningen over de verzelfstandiging van de kerken o.a.: nota van H. Pol van ca. 1936-1937, anonieme nota over de na 1945 ontstane problemen waarbij zendelingen en inheemse kerken tegenover elkaar zijn komen te staan en ingrijpen door het hoofdbestuur van de GZB dat naar Celebes komt noodzakelijk wordt geacht, nota van J. Belksma over deze kwestie en kritische nota van H. Kraemer d.d. 25 mei 1939 over het zendingsveld van de GZB in Rante Pao behandeld in de vergadering van het hoofdbestuur van de GZB van 12 oktober 1939. Kraemer vindt dat de zendellingen te Europees werken en het geloof te verstandelijk benaderen. Een deel van de stukken in het dossier is in het Indonesisch.
Kerkorde van de Toradjakerk, 1936-1947 (inv. nr. 242) gezien ACMK nog afmaken Voornamelijk concepten en het definitieve exemplaar van de in 1947 vastgestelde kerkorde. Nota's van zendelingen en H. Kraemer met hun zienswijze op de verzelfstandiging.
Functie van de huishoudschool als deel van de arbeid onder de vrouwen in Toradjaland, 1935-1941 (inv. nr. 352).
Notulen conferenties van zendelingen van de GZB te Rantepao, 1922-1938
Het Utrechts Archief Archief Gereformeerde Zendingsbond toegangsnummer 63 inv. nrs. 191-193
Een deel van de reeks verslagen is doorzocht op onderwerpen die relevant zijn voor het thema culturele interactie. De serie vangt aan met het verslag van de 21ste conferentie gehouden in 1922. De verslagen van de conferenties daarvoor zijn om onbekende redenen verloren gegaan. Ook voor de periode na 1922 zijn niet alle verslagen bewaard gebleven. De verslagen van de conferenties van goeroes en ouderlingen bevinden zich niet in dit dossier. Wel wordt herhaaldelijk naar deze conferenties, waarbij ook zendelingen aanwezig waren, verwezen. Veel aandacht gaat uit naar de medische zending en het onderwijs. Een groot aantal agendapunten betreft kwesties met het inheems personeel zoals goeroes, evangelisten en verplegers. Een ander onderwerp dat steeds terugkomt is de verdeling van het werk over de zendelingen. In oktober 1932 wijzigt de conferentie haar werkwijze. Er is dan al een dagelijks bestuur en er komen commissies die zaken direct kunnen afhandelen. De delegatie van taken was bedoeld om meer tijd te maken voor bespreking van wat wij nu beleid zouden noemen en wat de zendelingen aanuidden als ‘principiële’ zaken.
inv. nr. 191
1922, 11 februari 21ste conferentie aanwezig: br. Belksma, Zijlstra en dr. Van der Veen
huwelijksprobleem (man met drie vrouwen wil gedoopt worden; moeilijke zaak; broeders stellen hun mening op schrift; bestuur wordt ingeschakeld)
1922, 17 april 22ste aanwezig: br. Belksma, Zijlstra en Van der Veen
inheems personeel (geen ongehuwde goeroe naar een jonge gemeente te zenden, want dan raken de christenmeisjes van hem vervreemd)
bijbelonderwijs op gouv. scholen (afgewezen door gouverneur van Celebes en onderhorigheden)
inheems personeel (kandidaat-goeroe die wegens fraude is ontslagen wordt niet aangenomen door de conferentie)
23ste en 24ste De notulen van deze conferenties werden niet in inv. nr. 191 aangetroffen.
1923, 15 oktober 25ste aanwezig: br. Belksma, Zijlstra en Van der Veen
inheems personeel (overplaatsing goeroe op verzoek gezaghebber omdat man de hoofden opzet tegen het gezag; conferentie gaat akkoord omdat men de goede verhouding met het BB niet in gevaar wil brengen; ontslag goeroe gaat niet door want man belooft beterschap; goeroe wordt nu evangelist
huwelijk en seksualiteit (discussie over geoorloofdheid van gemengde huwelijken; verbieden is in de praktijk onuitvoerbaar; de zeden onder de Toradja’s zijn los; veel echtscheidingen; bij gemengde huwelijken vinden heidense rituelen plaats wat niet kan; kerkelijk inzegenen van een gemengd huwelijk is bestendiging van een zondige toestand; br. Zijlstra stelt voor heidense gebruiken te vervangen door analoge christelijke; besloten: onderzoek instellen bij andere zendingsvelden en raad inwinnen van bestuur)
scheiding der sacramenten (bestuur vindt: eerst goed onderricht, dan pas doop en meteen daarna avondmaal; zendelingen zijn het daarmee niet eens; beter eerst doopkandidaat met ritueel en belofte afstand te doen van heidense adat)
onchristelijk gedrag (protest tegen dobbelen en hanengevechten tijdens een feest; ook zondagsheiliging niet geëerbiedigd)
1924, 20 maart 26ste De notulen van deze conferentie werden niet in inv. nr. 191 aangetroffen.
1925, 7 augustus 27ste aanwezig: br. Belksma, Zijlstra en Tanis.
onchristelijk gedrag (de conferentie besluit tot bouw kerk in Palopo: geen loterij houden, dit is een principiële zaak; een bazar mag wel)
1926, 1 januari 28ste aanwezig: br. Belksma, Zijlstra en Tanis.
drukken zangbundel (offerte drukkerij tot drukken van zangbundels in het Tae’ goedgekeurd; 5.000 stuks; per stuk 160 pagina’s.)
inheems personeel (goeroe zondigt tegen zevende gebod door samen te wonen; op ontslag volgde berouw en verzoek weer in dienst genomen te worden; afgewezen omdat men twijfelt aan het berouw)
inheems personeel (evangelist weigert salarisverlaging; klachten over deze man: zoekt contact met heidense families en betaalt schulden niet op tijd; men wil hem houden maar hij moet akkoord gaan met de korting)
1926, 18 mei 29ste De notulen van deze conferentie werden niet in inv. nr. 191 aangetroffen.
1926, 4-6 september 30ste aanwezig: br. Belksma, Zijlstra, Pol en Tanis.
liturgie (bestuur wil ‘het vrije lied in de geïnstitueerde kerk niet toestaan; zeer lange discussie; deel van de aanwezigen vindt het jammer dat er alleen maar psalmen mogen worden gezongen, omdat er zo weinig vertaalde psalmen zijn ‘deels daar deze vooral op de Chr. feestdagen zoo weinig tot het volk spreken’; er zijn vier meningen; besloten deze op schrift zetten, daarna alles naar bestuur; te drukken zangboekje krijgt twee delen: psalmen en daarna vrije liederen)
1926, 16 november tussenvergadering, zonder nummer aanwezig: br. Belksma, Zijlstra, Pol en Tanis.
inheems personeel onchristelijk gedrag (o.a. ontslag van een goeroe-djoem’at afkomstig uit de Minahassa wegens verduistering van geld; beschrijving van een begrafenisplechtigheid: drank en sigaren voor de mannen en koekjes en eau de cologne voor de vrouwen; conferentie vindt straf (10 dagen gevangenis) te zwaar maar wil van hem af; diens verweer: zo doen we het in de Minahassa; besloten eervol te ontslaan met reisgeld voor Menado)
heidendom (beraad over vestiging post in Pantilang; er wonen daar veel christenen en ze hebben nu geen medische hulp; er zijn veel adatkwesties wat intensieve arbeid nodig maakt; br Pol daarheen te zenden die medisch werk gaat doen; zieke christenen gaan nu naar de medicijnman en de tovenaar; ‘Met de komst van br. Pol zullen ze een anderen helper hebben, die hen ook tevens heenwijst naar den grooten Medicijnmeester.’)
1927, 19 februari tussenvergadering, zonder nummer aanwezig: br. Belksma, Zijlstra, Van der Veen, dr. Simon (arts) en br. Tanis.
inheems personeel (goeroe van Rante Balla vraagt voor de derde maal om ontslag wegens onmin met zijn vrouw; man is uit de Minahassa, vrouw een Toradja; feit dat een voorganger in onmin leeft met zijn vrouw is reden voor ontslag, maar de man doet zijn werk goed; aanbod hem over te plaatsen anders ontslag)
1927, 19 februari 31ste De notulen van deze conferentie werden niet in inv. nr. 191 aangetroffen.
1927, 11 juli 32ste aanwezig: br. Belksma, Zijlstra, Pol, Van der Veen, Tanbis en dr. Simon.
Geen onderwerpen met betrekking tot culturele interactie
1927, 12 augustus 33ste aanwezig: br. Belksma, Van der Veen, Tanis, Pol en dr. Simon.
inheems personeel huwelijk en seksualiteit (rondschrijven van zendeling Hueting op Boeroe met verzoek aan alle zendingsconferenties om geen onderwijzers in dienst te nemen die wegens vergrijp tegen de zeden zijn ontslagen; adhesie betuigd)
Op deze vergadering volgde een vergadering van zendelingen met de goeroes, maar een verslag ervan werd niet in het dossier aangetroffen.
1927 of 1928 34ste De notulen van deze conferentie werden niet in inv. nr. 191 aangetroffen.
1928, 2 januari 35ste aanwezig: br. Belksma, van der Veen, Zijlstra, Tanis, van Weerden, Pol en ds. Bikker (van de zending van de Christelijke Gereformeerde Kerken, als gast).
sacramenten (aanvraag aan het bestuur om twee doopvonten en twee avondmaalsstellen te mogen aanschaffen; het Avondmaal zal vaker bediend gaan worden)
inheems personeel (klachten over de goeroe van Rante Balla: spreekt de locale taal niet goed en geeft les in het Maleis en het Toradja’s; ligt overhoop met de gemeente; verlengt eigenmachtig de schoolvacantie; besloten hem te ontslaan)
onchristelijk gedrag (gewoonte komt in zwang om tijdens christelijke feesten alcohol te schenken; betreft geïmporteerde dranken; besloten dit tegen te gaan; bier mag voorlopig nog wel)
heidendom (gewoonte om na de begrafenis ’s nachts op te blijven en spelletjes te doen neemt toe; dr. Van der Veen meent dat dit een heidense achtergrond heeft namelijk het misleiden van de geest van de dode; het is van buiten geïmporteerd; wat daarvoor in de plaats te doen? voorstel mensen te laten zingen omdat dat geliefd is; br. Belksma is bevreesd dat al te veel een Nederlandse maatstaf wordt opgelegd; de Toradja heeft behoefte aan sociaal contact nadat het lijk is weggebracht; besloten de ‘uitlanders’ op de goeroevergadering op hun verantwoordelijkheid te wijzen)
bijbelvertaling (Dr. Van der Veen wil grote delen van de Bijbel gaan vertalen, eerst het Nieuwe Testament, daarna de historische boeken van het Oude Testament; er moet ook een bijbels leesboek komen; de vergadering juicht dit zeer toe maar vraagt om voorrang te verlenen aan de boeken Handelingen en Genesis)
inheems personeel (besloten voor een overleden goeroe zoals gebruikelijk een grafmonument te bekostigen)
1928, 5 maart 36ste aanwezig: br. Belksma, Zijlstra, Van Weerden, Van Dijk, Tanis en Pol.
inheems personeel (vaststelling algemene regeling voor tegemoetkoming aan overleden goeroes; de weduwe (njora) krijgt eenmalig f 25; geen subsidie meer voor een grafmonument)
inheems personeel (de goeroes in de onderafdeling Makale vragen een voorschot om een woning te kunnen kopen waar zij hun vergaderingen houden; ze moeten nu dikwijls op de pasar overnachten; toegestaan)
1928, 5-7 juni 37ste aanwezig: br. Belksma, Van der Veen, Tanis, Van Weerden, Van Dijk en Pol.
inheems personeel (klacht van gemeenteleden van Rantepao over de voorganger goeroe Meruanija; conferentie meent dat de klachten ten onrechte zijn geuit; de klagers gaan bijna nooit naar de kerk en leiden een onchristelijk leven; de goeroe is geïsoleerd geraakt; hij heeft wel een opbruisend karakter; besloten hem te ontlasten van de zorg voor de maleise gemeente; hij blijft wel de toradjagemeente doen)
inheems personeel (geruchten dat een goeroe in overspel leeft; hij is al twee maal gescheiden; een onderzoek door de parenge van Rante Balla leverde niets op; br. Belksma wil de zaak zelf nogmaals onderzoeken; besloten, na stemming, hem eervol te ontslaan).
inheems personeel (dr. Van der Veen stelt noodzaak van opleiding tot evangelist aan de orde; enkele zendelingen vinden dit niet nodig; dr. Wielinga raadde dit negen jaar geleden al aan; na discussie besloten het bestuur te adviseren een opleiding te beginnen van goeroes die geschikt zijn om evangelist te worden; duur minimaal twee jaar; onderricht in het Hoog Maleis en enkele vakken in de landstaal; br. Belksma bereid de school te leiden).
inheems personeel (goeroe tevens evangelist te Rante Boea-Pantilang veroordeeld tot drie maanden gevangenisstraf omdat hij een meisje dat bij hem inwoonde heeft geslagen en verboden de nacht naar huis te gaan omdat zij ontucht had bedreven; verzoekschrift van alle goeroes om gratie; vraag of de goeroe kan worden gehandhaafd als evangelist; besloten hem over te plaatsen; aan de vrouw van de goeroe wordt zolang haar man gevangen zit een half salaris uitgekeerd).
verzelfstandiging (conferentie acht wenselijk dat er een algemene vergadering van alle christenen komt voorafgegaan door een vergadering van ouderlingen; doel: versterken onderlinge band en uitwisseling van gedachten over kwesties die overal spelen; besloten de ouderlingenconferentie te houden op 5 september; uit te nodigen alle ouderlingen en alle evangelisten en goeroe’s uit ieder ressort)
heidendom (kan de gewoonte van de pa’gang voor christenen gehandhaafd blijven; deze bestaat daaruit dat de nabestaanden van een overleden lijfeigene aan hun heer een stuk vlees en wel de kop van een karbouw ten geschenke geven; er komt een heidens ritueel aan te pas waarbij het vlees wordt besprenkeld met water met bladeren van bepaalde planten die eerst zijn gekauwd; verder wordt het vlees met een ijzeren staaf doorstoken opdat de ziel van de overledene veel heil en voorspoed aan zijn heer moge brengen; de conferentie laat de pa’gang toe, maar vindt dat de magische handelingen dan wel achterwege gelaten moeten worden; br. Pol hoorde van een heidens hoofd dat hij van christenen wel het vlees wilde hebben maar zonder het ritueel omdat degene die dit verricht er toch niet aan gelooft en het dan dus niet werkt; afschaffen van het geschenk zou de hele familie losmaken van haar heer).
onchristelijk gedrag (br. Belksma stelt negen punten aan de orde betreffende onchristelijk gedrag; hoe dit te bestrijden; het zijn: 1. mensen die dobbelen en meedoen aan hanengevechten 2. christenen die met een islamitische partner trouwen 3. mensen die zonder reden de kerkgang verzuimen 4. mensen die scheiden terwijl er geen overspel aan de orde is 5. mensen die in de kampong trouwen zonder het huwelijk voor de burgerlijke overheid of in de kerk te laten bekrachtigen 6. mensen die deelnemen aan feesten als laipa’s, merok, maboegi enzovoort 7. christenen die er een tweede vrouw bij nemen 8. christenen die hun kinderen ter opvoeding meegeven aan heidense familieleden 9. christenen, ouderlingen en goeroe’s die op zondag de pasar of de toko bezoeken. br. Van der Veen stelt voor een zendeling hierover een referaat te laten houden op een conferentie; br. van Dijk is ertegen om het Avondmaal alleen als tuchtmiddel te gebruiken; besloten de controleur te benaderen dat hij de hanengevechten zoveel mogelijk op één dag laat houden wat het aantal gelegenheden zal verminderen; pleidooi om voorgangers streng te verbieden om op zondag naar de toko of de pasar te gaan)
inheems personeel (br. Van der Veen pleit voor oprichting van jongelingsverenigingen voor leerlingen van de normaal- en de schakelschool; onderwerpen: inleiding zending, zingen en spelen; als we dit niet doen gaat straks de jeugd voor de zaak verloren; besloten dit ter hand te nemen)
positie vrouw (br. van der Veen pleit voor een huishoudschool of een andere opleiding voor meisjes; br. Van der Loosdrecht pleitte hier al in 1917 voor en sedertdien is er niets gebeurd; enige leden wijzen op de hoge kosten).
onchristelijk gedrag (besloten zogenaamd pasar derma te verbieden omdat ze gokken in de hand werken)
huwelijk en seksualiteit (br. Pol wil het onderwerp bespreken; vooral de vraag of het huwelijk door de zendeling wordt ingezegend of wordt gesloten, dit in verband met problemen die kunnen ontstaan bij een echtscheiding)
1928, 7-8 september 38ste aanwezig: br. Belksma, Van der Veen, Tanis, van Weerden, Van Dijk en Pol.
huwelijk en seksualiteit (besloten op voorstel van br. Van der Veen om goeroes die scheiden anders dan in geval van overspel van de partner te ontslaan)
inheems personeel (na ontvangst van de notulen van de ouderlingenvergadering van 5-6 september 1928 worden deze op de volgende conferentie besproken).
verzelfstandiging (op de ouderlingenvergadering werd de wens geuit om een vergadering van alle christenen te houden; besloten dit toe te staan en later een datum vast te stellen; op deze dag geen bespreking van allerlei zaken maar verdieping van het geestelijk leven)
1928, 23 november 39ste aanwezig: br. Belksma, Van der Veen, Tanis, van Weerden, van Dijk en Pol.
inheems personeel (het bestuur wijst het plan tot een opleiding voor evangelisten af; de vergadering wil hierin niet berusten; men wil in 1930 beginnen; besloten aan het bestuur een ingezonden stuk toe te zenden met verzoek dit te plaatsen in ‘Allen den Volcke’ vergezeld van een aanbeveling van het bestuur)
1929, 8-9 maart 40ste aanwezig: br. Belksma, van der Veen, ds. Bikker, Tanis, Van Dijk en Pol.
verzelfstandiging (een ouderling die opgeleid zou worden tot evangelist is weggelopen; br. Van Weerden stelt voor hem te ontslaan; dit is onmogelijk omdat een ouderling in dienst is van de gemeente, niet van de conferentie).
verzelfstandiging (Nederlands-Indische Zendingsbond maakte plan voor oprichting van Zendingsraad voor Nederlands-Indië; daaronder locale raden; taken: advies, studie en representatie; aanleiding is een besluit genomen tijdens de internationale zendingsconferentie in Jerusalem van 1928; vraag of de inheemse christenen hierin deel mogen nemen; de conferentie is voor het plan, wil graag een locale raad voor het gouvernement Celebes, maar vindt de tijd nog niet rijp voor deelname van inheemse christenen; zij ‘staan nog te ver af van een zelfstandig oordeel in een dergelijken raad’)
huwelijkszaken (Ds. Bikker van de Christelijke Gereformeerde Zending in Mamasa, die aanwezig is op de vergadering, nodigt de leden uit om een grote conferentie van goeroes bij te wonen; onderwerp is de huwelijksadat in de christelijke gemeente; districtshoofden en controleur zijn ook aanwezig).
onchristelijk gedrag (actie naar het Binnenlands Bestuur om het dobbelen tegen te gaan)
huwelijk en seksualiteit islam (goeroe van Oeloesaloe wil derde huwelijk aangaan met islamitisch meisje; ouders stemmen in maar eisen dat het huwelijk op islamitische wijze wordt gesloten; daarna mag het meisje christen worden; goeroe is hiervoor; br. Belksma vraagt de mening van de conferentie; br. van der Veen heeft een compromis bedacht; besloten het verzoek in elk geval te weigeren; een goeroe is hoofd van een christelijke school en verkondiger van de christelijke leer).
verzelfstandiging (de notulen van de ouderlingenvergadering zijn nog niet door alle leden gelezen; bespreking ervan wordt uitgesteld)
verzelfstandiging (in augustus komt er een openluchtbijeenkomst van alle christelijke Toradja’s, de zogenaamde gemeentevergadering; er komt een zangkoor)
heidendom (br. Van der Veen meldt klacht van hoofd van Maindo (Pantilang): christenen hielden tijdens een offerfeest aan de goden een christelijke begrafenis, iets wat volgens de adat verboden is; opgemerkt wordt dat het offerfeest plaatsvond in een andere adatgemeenschap; br. van der Veen vindt dat christenen zich ten opzichte van het zingen van gechristianiseerde dodenzangen moeten houden aan de oude standenregeling).
1929, 19-22 juli 41ste aanwezig: br. Belksma, Van der Veen, ds. Bikker, Zijlstra, tanis, van Weerden, van Dijk en Pol.
verzelfstandiging (de gemeentevergadering vindt plaats op 10 oktober 1929 in Kasimpo; de commissie van voorbereiding bestaat uit de broeders van Dijk, Tanis en Pol; de bijeenkomst is ook een dankdag voor het gewas; de onderwijzers moeten hun gemeenten oproepen een varken, kippen of rijst mee te nemen zodat de kosten voor de zending lager uitvallen).
Islam (besloten aan de nieuwe gouverneur bij zijn eerste bezoek aan Rante Pao te verzoeken geen islamitische onderwijzers aan te stellen in streken die grotendeels heidens zijn zoals rond Masamba)
Islam (br. Van Weerden, die de nieuwe standplaats Rongkong beheert, stelt voor om de negen volksscholen in dat gebied over te laten nemen door de zending; de scholen zijn nog zuiver heidens-animistisch; er komen daar steeds meer islamitische onderwijzers omdat aan andere krachten niet te komen is; de zending krijgt middels de scholen meer vat op de bevolking; enkele leden uiten bezwaren; Van Weerden wijst op de toenemende invloed van de Islam; besloten de scholen geleidelijk over te nemen en eerst het vertrouwen van de bevolking te winnen; overname kan het beste plaatshebben wanneer een hoofd daar om vraagt)
inheems personeel (plan oprichting van een opleiding tot evangelist komt weer ter tafel; goedkopere opzet; beginnen met 4 of 5 studenten en alleen ongehuwde hulponderwijzers aannemen; dit plan wordt voorgelegd aan het bestuur).
bijbelvertaling (voorstel vertaling van het evangelie van Lucas in de Tae’taal te laten drukken bij de firma Wolters; besloten te doen in een oplage van 2.500 exemplaren, graag met illustraties, formaat zoals de zangbundel).
inheems personeel (besloten op voorstel van br. Van der Veen per zendingspost een bibliotheek voor goeroes aan te leggen met daarin boeken met bijbelexegese en theologische boeken in het Maleis).
huwelijk en seksualiteit (casus: een man met de status van slaaf wil trouwen met een vrouw uit de vrije stand; zij wonen al meer dan vijf jaar gehuwd samen wat volgens de opvattingen van de Toradja’s een huwelijk is; van de kant van de heidenen wordt er bezwaar gemaakt tegen een christelijke inzegening van dit huwelijk; br. Zijlstra voerde uitgebreide correspondentie met de gezaghebber van Ma’kale; br. Van der Veen suggereert dat de man probeert zich vrij te kopen; de conferentie meent dat het beter is dit huwelijk voorlopig kerkelijk niet in te zegenen, maar het huwelijk mag wel als wettig erkend worden).
1929, 13 oktober 42ste aanwezig: br. Belksma, Van der Veen, Zijlstra, Tanis, van Weerden, Van Dijk en Pol.
onchristelijk gedrag (het Binnenlands Bestuur vaardigde een verordening uit waarin aan christenen verboden wordt aan hanengevechten deel te nemen; de conferentie is verbaasd omdat zij hierin niet eerst officieel is gekend; besloten het zo te laten).
heidendom (christenen nemen deel aan het ma’tomatoea het offeren aan de overledenen; Dit is niet geoorloofd; hoe te voldoen aan de behoefte om de doden te gedenken? br. Van der Veen verwijst naar een artikel van F.J. Fokkema; men zou een dag kunnen bepalen waarop men samenkomt bij de rotsgraven om de doden te gedenken; dit onderwerp komt terug op een volgende vergadering).
inheems personeel (besloten dat br. van der Veen een formulier opstelt in het Toradja’s waarmee evangelisten worden ‘ingeleid’ tot hun werk; hij maakt ook een formulier voor de aanneming van nieuwe lidmaten)
1930, 24-25 januari 43ste aanwezig: br. Belksma, Van der Veen, Zijlstra, Tanis, Van Dijk, ds. Bikker en br. Pol.
inheems personeel (vaststelling lesrooster van de evangelistencursus; de cursus duurt twee jaar).
bijbelvertaling (br. van der Veen vraagt advies over de door hem te maken vertaling van het evangelie van Lucas; de conferentie adviseert zo veel mogelijk aan te sluiten bij de statenvertaling; de broeders krijgen een afdruk van de eerste acht hoofdstukken mee naar huis om door te zien).
1930, 23 april buitengewone conferentie aanwezig: br. Belksma, Van Dijk, Heusdens, Pol, Tanis en Van der Veen.
Islam (goeroe van Ma’kale vraagt of hij naar een feestje mag gaan van een christenkind dat negen dagen geleden begraven is; het is een islamitische gewoonte om op de negende dag een feestje te houden; de moeder van het kind was vroeger islamitisch; besloten dat twee broeders meegaan naar dit feest om erop toe te zien dat de goeroe in zijn toespraak duidelijk zegt dat dit samenzijn niets te betekenen heeft voor de ziel van het overleden kind; aldus geschiedt).
inheems personeel (geval dat een goeroe op zondagmorgen een kip van een ander heeft doodgeschoten; hij is hiervoor veroordeeld tot een boete van f 25,-; er zijn nog meer kwesties; besloten hem over te plaatsen).
1930, 30 mei 44ste aanwezig: br. Belksma, Van Dijk, Heusdens, Pol, Tanis, van der Veen en Zijlstra.
inheems personeel (geval van een goeroe die overspel heeft gepleegd; hij was een van de trouwste goeroe’s; enige hoofden hebben de conferentie gevraagd hem te handhaven; besloten hem te ontslaan met de aantekening dat hij na één jaar weer mag solliciteren).
1930, 7 juli 45ste aanwezig: zendingsconsul Van Randwijck, br. Zijlstra, Van Dijk, J. Belksma, Heusdens, Tanis en als adviseurs ds. Bikker en dr. Van der Veen; Pol is verhinderd.
inheems personeel sacramenten huwelijk en seksualiteit (verslag ingekomen van oprichtingsvergadering van de lokale zendingsraad in Makassar op 25-27 maart 1930; het Leger des Heils doet ook mee, de zending in Poso van het Nederlands Zendelinggenootschap helaas niet; br. Zijlstra wordt gekozen als permanent lid, br. Belksma wordt afgevaardigde; opgave van te behandelen op de eerste vergadering: tucht, doop door onderdompeling, opleiding evangelisten, huwelijk, algemene pensioenregeling voor goeroe’s).
volkstelling 1930 (beraad over welke godsdienst op te geven; besloten te kiezen voor ‘protestantse christelijke Toradja gemeenten’; wie is christen: zij die gedoopt zijn of zij die het heidendom niet meer volgen?; ds. Bikker acht dit een probleem omdat in Mamasa zoveel gedoopten zijn die nog geen christen zijn; de katholieken tellen het royaalst; besloten voor de volkstelling de doop als criterium te nemen).
verzelfstandiging (het blijkt wenselijk een kerkorde op te stellen omdat een gemeente anders geen eigenaar kan zijn van onroerende goederen, aangezien de gemeente geen rechtspersoonlijkheid is; besloten een commissie te vormen die een ontwerp-kerkorde opstelt; leden zijn: brs. Belksma, Van der Veen en Van Dijk).
huwelijk en seksualiteit (ds. Bikker stelde de gouverneur van Celebes e.o. voor om in Mamasa een burgerlijke stand in te voeren en de mensen voor de parenges, de districtshoofden, te laten trouwen; doel is de positie van het huwelijk in het gebied van de Toradja’s te verstevigen; besloten de gouverneur te verzoeken de regeling van de heer Lanting weer in te voeren).
1930, 22 september buitengewone vergadering aanwezig: ds. G.A. Eybers (Indische Kerk te Makassar) als gast, verder de br. Tanis, Van Dijk, Belksma, Heusdens, Pol, en Van der Veen als adviseur
inheems personeel (een jonge man genaamd pambantoe matasak, maakt zich schuldig aan dobbelspel; hij is al herhaaldelijk gewaarschuwd en al eens overgeplaatst naar een post waar hij beter in de gaten kan worden gehouden; besloten hem te ontslaan).
inheems personeel (sollicitatie van een goeroe die reeds eerder in dienst was en toen ontslag heeft genomen; op zijn gedrag is veel aan te merken: hij leeft al twee jaar met twee vrouwen; hij wil zijn leven beteren en weer aangenomen worden; besloten dit verzoek in overweging te nemen nadat hij één jaar goed geleefd heeft en als hij terugkeert naar zijn wettige vrouw).
inheems personeel (een man pleegde overspel, de andere nam een tweede vrouw erbij; zij beloofden beterschap en weer geregeld naar de kerk te komen; zij moeten eerst berouw tonen).
huwelijk en seksualiteit (de gewoonte van de Toradja’s om de huwelijkse voorwaarden op schrift te laten zetten op het kantoor van het districtshoofd wordt door de conferentie aangemoedigd; ook niet-christenen doen dat; de overeenkomsten vallen onder het inlands notariaat).
inheems personeel (een hulpevangelist wordt ontslagen omdat hij onzedelijke handelingen wilde verrichten).
1930, 5-8 december 45ste aanwezig: br. Tanis, Van Dijk, Belksma, Heusdens, Pol, Van der Veen, Van Weerden en dr. Esser (arts). omvang: 18 pagina’s
verzelfstandiging (ingekomen verslag van een vergadering op 10 november 1930 over de oprichting van een hogere opleidingsschool in de theologie; vraag of de conferentie hieraan meewerkt; besloten dat voorlopig niet te doen omdat er geen behoefte aan bestaat; er is meer behoefte aan evangelisten die thans worden opgeleid in Barana’).
verzelfstandiging (naar aanleiding van een voorval met een artikel in een maleis weekblad besloten dat goeroe’s die iets voor de pers schrijven dit eerst ter lezing geven aan de zendeling-leraar).
verzelfstandiging (besloten dat alle stukken van goeroe’s en verplegers gericht aan de conferentie eerst ter inzage worden gegeven aan de betrokken beheerder)
inheems personeel (enkele pembantoe hebben gevraagd om te mogen trouwen; besloten in principe pas verlof tot trouwen te geven wanneer zij eerst drie jaar hebben gewerkt).
inheems personeel (besloten een goeroereglement te ontwerpen ‘opdat er eenheid zij tusschen de verschillende posten’; Belksma en Van Dijk tegen omdat zij dit nodig vinden).
onchristelijk gedrag (goeroes moeten aan Toradja’s het goede voorbeeld geven en mogen dus geen kaart spelen, ook al gaat het niet om geld; besloten goeroes die dit toch doen na drie waarschuwingen voor te dragen voor ontslag).
inheems personeel (enige ouderlingen in Dende’ doen veel aan evangelisatie; zij gaan dan de kampong in en bieden wat sirih aan want dat is onder de Toradja’s de gewoonte; zij vragen nu om een onkostenvergoeding daarvoor; de conferentie wil niet dat het uitdelen van sirih als een beloning wordt gezien; br. van Dijk mag hen wel af en wat wat geld geven om sirih te kopen).
heidendom (het bijeenkomen voor de ma’katia’ een ritueel voorafgaand aan het dodenritueel dat gepaard gaat met veel onzedelijke handelingen wat weer geslachtsziekten in de hand werkt; het is geen deel van de adat maar overgenomen van de Boeginezen uit Malili; besloten op voorstel van Van der Veen dit gebruik helemaal af te schaffen en erover te spreken met de controleur).
heidendom (op de ouderlingenvergadering en in de Lokale Zendingsraad in Makassar zal gesproken worden over regels ten aanzien van de verdeling van vlees bij christelijke dodenfeesten; br. Van Dijk neemt waar dat er steeds onenigheid over ontstaat).
talen (de conferentie en de vergadering van goeroe’s willen graag dat het door Van der Veen gemaakte woordenboek Tae verschijnt met een vertaling van de woorden in het maleis).
onchristelijk gedrag (de conferentie ageert tegen werken op zondag aan de wegen en tegen goeroe’s die op zondag reizen; dit punt moet worden besproken in de vergadering van de Lokale Zendingsraad in Makassar).
1931, 7 februari buitengewone vergadering aanwezig: br. Tanis, Van Dijk, Belksma, Esser, Pol en Van der Veen.
inheems personeel (vaststelling van een salarisregeling voor ziekenverplegers die in dienst gekomen zijn van de zending; de zending let op hun zedelijk leven; zij moeten zich wanneer zij de kampong bezoeken behoorlijk gedragen en, voor zover zijn christenen zijn, de godsdienstoefeningen bijwonen).
1931, 29 april 46ste aanwezig: br. Tanis, Van Dijk, Belksma, Esser, Heusdens en Van der Veen.
inheems personeel (goeroe Tiranda is veroordeeld tot een boete van f 10,- wegens toebrengen van lichamelijk letsel; een doopkandidate was overleden en de familie wilde haar op heidense wijze begraven; de goeroe eiste een christelijke begrafenis; na een discussie sloeg de goeroe een dochter van de overledene; besloten hem te berispen; de conferentie heeft begrip voor zijn handelen, maar ‘het Evangelie is toch niet gebaat door dergelijke krachtuitingen, want alleen door de Geest zal het geschieden’; de goeroe wordt overgeplaatst)
Islam (br. Heusdens heeft een islamitische goeroe die vervangen moet worden; besloten te adverteren).
onchristelijk gedrag (een leerling aan de normaalschool wordt verwijderd omdat hij ontucht heeft gepleegd met een van de vrouwen).
1931, 25-29 juni 47ste aanwezig: br. Tanis, van Dijk, Belksma, Heusdens, Pol, Van Weerden, Esser en ds. Bikker als adviseur omvang 17 pagina’s en 70 agendapunten.
inheems personeel (ingekomen verslag van de eerste goeroevergadering geleid door br. Van Weerden)
inheems personeel (assistent-resident van Loewoe keurt het gedrag van goeroe Tiranda af en heeft de controleur van Pelopo opgedragen hem niet meer te woord te staan; conferentie vindt de toon van de brief van de assistent-resident te scherp en besluit deze in afschrift te zenden aan de gouverneur van Celebes e.o.).
islam (br. Van Weerden verzocht de controleur van Masamba acties van enkele hoofden in Rongkong ten gunste van de Islam tegen te gaan).
onchristelijk gedrag (bezoek van de nieuwe controleur en aspirant-controleur; hij belooft desgevraagd zijn best te doen de herendiensten op zondagen te beperken).
inheems persopneel (verzoek goeroes van Rante Pao om een aanstelling als goeroe djoemaat; de conferentie voelt hier niet voor; besloten om de goeroes weer te examineren in de godsdienstige vakken).
onchristelijk gedrag (een goeroe die heeft meegedaan aan hanengevechten, maar dit ontkent, krijgt een strafoverplaatsing).
positie vrouwen (de kop van dit punt luidt: ‘Is het gewenscht een meisjes op den Cursus te nemen?’; onder de kandidaten voor de normaalcursus was één meisje; zij was niet erg slim; besloten haar niet aan te nemen maar wel als moerid op te nemen).
Locale Zendingsraad Makassar (er was een vergadering in maart 1931 tijdens welke vragenlijsten zijn uitgedeeld over onder andere de tucht en het huwelijk; beantwoording ervan wordt onder de broeders verdeeld; aan het hoofdbestuur wordt verzocht of de conferentie zich mag aansluiten).
verzelfstandiging (de Lokale Zendingsraad in Makassar vraagt of de conferentie een raad voor inheemse christenen wenselijk vindt; de conferentie acht de tijd daarvoor nog niet gekomen; wel wordt besloten dit jaar weer een zendingsdag te houden).
inheems personeel (besloten tot een verzameling preken uit te geven bestemd voor de goeroes).
onchristelijk gedrag (de verloofde van een goeroe beweert door hem zwanger gemaakt te zijn, maar hij ontkent; de conferentie vindt dit een duistere zaak; als de schuld van de goeroe niet bewezen kan worden, mag hij niet worden gestraft en gedwongen worden met zijn verloofde te trouwen; besloten hem in elk geval over te plaatsen).
huwelijk en seksualiteit (een evangelist wiens huwelijk kinderloos is wenst een kind van een familielid te adopteren; besloten hierover op een volgende vergadering te spreken).
verzelfstandiging (of er in een gemeente een ouderling kan worden gekozen hangt niet af van de grootte van de gemeente, maar of er een geschikt persoon is te vinden; het is raadzaam om met de benoeming van een ouderling niet te lang te wachten; de omvang van de gemeente is ook niet doorslaggevend om voor het eerst een Avondmaal te houden; wel is eerder besloten om na de doop aan volwassenen eerst enige tijd onderricht te geven; invoeren van een zondagscollecte niet in een pas geopende gemeente; heidenen en islamieten kunnen het als argument gebruiken om belangstellenden af te schrikken van het bijwonen van bijeenkomsten; deze belangrijke en principiële zaken worden voor advies voorgelegd aan het hoofdbestuur).
1931, 1-3 oktober 48ste aanwezig: br. Tanis, Van Dijk, Belksma, Pol, Van Weerden en Van der Veen. aantal ingekomen brieven en stukken 50
huwelijk en seksualiteit (twee goeroes wonen samen; besloten hen pembantoe te maken als zij binnen één maand trouwen, anders ontslag).
huwelijk en seksualiteit (een goeroe die schoolhoofd is (goeroe mantja’) wordt ontslagen wegens ontucht).
verzelfstandiging inheems personeel (behandeling van een reeks verzoeken van goeroe A. Dendang uit Mengkendek; om de scholen te mogen sluiten als er een christelijke begrafenis is zonder dat verlof moet worden gevraagd bij de beheerder, zo ook als er een Toradja goeroe trouwt of oude mensen gedoopt worden; deze drie verzoeken worden afgewezen; eerst moet verlof gevraagd worden bij de beheerder; verzoek om er bij de controleur op aan te dringen dat er tijdens feesten en openbare verkopingen geen sterke drank wordt geschonken; dit wordt besproken met de controleur; hij vraagt ook te spreken met de bestuursambtenaar dat de slaven in de kampong niet zo erg worden onderdrukt; een ander verzoek om te bewerkstelligen dat de jongens die bij hem in huis werken geen herendiensten hoeven te doen; kan besproken worden met de controleur; verzoek tenslotte om opslag wordt afgewezen).
Europese gewoonten (de controleur van Makale wil het voetbalspel invoeren als tegenwicht tegen andere spelen zoals hanengevechten; hij vraagt om medewerking van de zending; de conferentie ziet bezwaren zoals het spelen op zondag ‘en de matches’; een bespreking met de controleur leidde tot niets omdat deze de zondag niet kan ontzien voor de spelen).
inheems personeel – opleiding (de eerste cursus voor evangelisten loopt in januari 1932 af; besloten de cursisten serieus te examineren dat wil zeggen door de leraren met gecommitteerden).
talen (het woordenboek Taê wordt uitgegeven).
organisatie conferentie (er komen drie commissies die bepaalde zaken mogen afdoen, en wel: a. voor gemeentezaken (bestaand uit dagelijks bestuur en de zendeling-leraar in wiens ressort de zaak zich voordoet) b. voor schoolzaken (bestaand uit dagelijks bestuur met zendeling-leraren en voor zover nodig andere onderwijsmannen) c. voor medische zaken (dagelijks bestuur met dr. Esser) Als er geen overeenstemming wordt bereikt, dan komt de zaak op de agenda van de conferentie; dagelijks bestuur mag ingekomen brieven afdoen; br. Van der Veen dringt erop aan dat er meer tijd wordt vrijgemaakt voor principiële zaken; voorstel met twee stemmen tegen aangenomen).
inheems personeel (besloten een goeroe pembantoe te maken omdat hij slecht functioneert; hij int geen schoolgeld, doet weinig aan evangelisatie en gaf vacantie zonder toestemming van de beheerder; het betreft een school die kort geleden door de zending is overgenomen van het gouvernement; dat was daar de gewoonte).
inheems personeel (de conferentie ziet graag dat de goeroes, die merendeels van buiten het Toradjagebied komen, trouwen; besloten de emolumenten voor ongetrouwde goeroes te verlagen nadat br. Van der Veen erop heeft gewezen dat de conferentie de goeroes niet kan dwingen met een toradjameisje te huwen).
huwelijk en seksualiteit (het is in dit gebied gewoonte dat gedoopten mogen trouwen, ook wanneer een der partijen belooft om christen te worden; een goeroe uit de Minahassa maakte bezwaar tegen het huwen van kandidaten die nog geen belijdenis hebben gedaan).
Europese gewoonten (de conferentie vindt het ongewenst dat dopelingen vreemde westerse namen krijgen; br. Van Dijk bericht dat hij wanneer de dopeling al een naam heeft gekozen deze niet meer verandert).
heidendom (br. van der Veen meldt dat een kepala een feest wil vieren voor zijn overleden vader die in de strijd is gevallen zodat de ziel van de overledene rust vindt en de familieleden van de dode ziel de zegen kunnen ontvangen; de conferentie meent dat deze gewoonte moet worden tegengegaan; in elk geval mogen christenen niet offeren aan de ziel van een dode; later blijkt dat deze kepala alleen een feestje wilde vieren voor de christenen om te laten zien dat zij geen vijandschap meer koesteren tegen degene die hun vader hebben gedood).
huwelijk en seksualiteit (een pembantoe die ontucht heeft gepleegd wordt niet ontslagen zoals door sommigen voorgesteld, maar krijgt drie maanden half salaris).
heidendom (naar aanleiding van een bespreking van de adatregeling die al in 1928 op schrift is gezet en waarover toen al is vergaderd stelt br. Pol aan de orde dat er in Sangalla’ steeds problemen ontstaan doordat christenen weigeren de boekoe leso te geven aan de to parenge; dit is een deel van vlees van buffels die geslacht worden bij dodenfeesten; volgens een besluit van de gouverneur van Celebes e.o. moet dit door iedereen gegeven worden; de to parenge is het oude adathoofd die vroeger de kampong bestuurde, de rechtspraak deed en besliste over oorlog en vrede; deze bezwaren leven ook bij christenen in Rante Pao en Pantilang; de adathoofden menen nog steeds dat de christenen met dit ritueel erkennen dat zij ‘onder hun zegenende invloed blijven’; de conferentie vindt dit een moeilijk probleem ‘dat met groote omzichtigheid moet worden opgelost’; het is onwenselijk dat wij de aanzienlijke heidense Toradja’s tegen het christendom innemen en dat de christenen losraken uit het stamverband; br. Belksma beveelt aan de to parenge te laten beloven dat zij het geschenk aanvaarden als een eerbewijs, maar dat de christenen het mogen weigeren als zij het aanvoelen als een zonde ‘laat hen het dan niet doen, maar dan ook de gevolgen dragen’; deze zaak indien mogelijk te bespreken met de controleur).
1932, 25-27 januari 49ste aanwezig: br. Tanis, Van Dijk, Nelksma, Pol, Van Weerden, Bikker, ds. Geleinse (nieuw adviserend lid) en voor een deel van de vergadering ds. Binsbergen de predikant van de Indische Kerk in Makassar.
dogmatiek (br. Van Weerden vraagt de conferentie een uitspraak te doen over een vraag die goeroes vaak stellen; de vraag handelt over de oorzaak van het kwaad; men wil hierover geen pro- en contradebat laten ontstaan onder de goeroes; besloten dat br. Heusdens dit onderwerp op de volgende conferentie inleidt; ‘de bedoeling van deze vraag is: heeft God niet zelf het kwade, de zonde gewild?’; br. Tanis zou graag zien dat het hoofdbestuur van de conferentie ‘hierover een onderwerp zou kunnen doen toekomen’)
zondagsheiliging (de controleur nam een maatregel waardoor de zondag meer vrij komt van herendiensten)
inheems personeel (de commissie levert een ontwerp van een goeroereglement in; het wordt de volgende conferentie behandeld).
huwelijk en seksualiteit (een leerling van de evangelistencursus in Barana’ heeft seksuele omgang gehad met zijn verloofde waardoor zij zwanger is geworden; na discussie besloten op voorstel van br. Van der Veen dce huwelijksgift van f 25,- in te houden en hem gewoon als evangelist aan te stellen omdat de twee in het openbaar schuld hebben bekend; de broeders Heusdens en Tanis zijn tegen omdat zij vinden dat een voorbeeld gesteld moet worden en de man dus niet kan worden aangesteld).
huwelijk en seksualiteit (een pembantoe die ontucht heeft gepleegd wordt ontslagen).
heidendom diverse adats (een christen in Simbosang heeft een geplante grafheuvel, een zogenaamd tamboen tana, omgehakt; de heidenen protesteerden omdat nu de oogst zou mislukken; het districthoofd verplichtte hem een kip te leveren die aan de deatas zou worden geofferd; br. Pol heeft dit met het hoofd besproken en de straf weten om te zetten in een geldboete; de controleur meent echter dat de tamboen tana tot de heidense adat behoort en dat de christenen deze hebben verlaten; het omhakken is dan te beschouwen als diefstal; br. Pol ziet het anders: de tamboen tana is ‘een stam- of erfbezit waar dus de Christenen zeker recht op blijven hebben, evenals op het stamhuis, de sawahs, de liang enz.’; de conferentie is het met br. Pol eens en vindt wel dat christenen vermaand moeten worden de tamboen tana niet om te hakken).
woordenboek Toradja’s (de regering in Batavia wees de uitgave van een drietalig woordenboek (Nederlands, Maleis en Toradja’s) af; zo ook die van een woordenboek Nederlands-Toradja’s; br. Van der Veen die het woordenboek maakte, wil nu een subsidie van de Gereformeerde Zendingsbond; br. van der Veen wordt aangeraden het landschap te benaderen of zij het boek uit kunnen geven; als dat niet lukt moet Van der Veen dit met het hoofdbestuur bespreken).
tucht (br. Pol schreef hierover een referaat; er is nu geen tijd over om dit te bespreken).
verzelfstandiging (ds. Bikker berichtte dat in 1931 in Mamasa begonnen is met het instellen van kerkenraden; er is ook een classis opgericht; hij vraagt hoe de conferentie hierover denkt; na een levendige discussie besloten dat ds. Bikker verzocht wordt ‘een concept van formatie’ op te stellen).
1932, 6-8 juli 50ste aanwezig: br. Van Dijk, Heusdens, Van Weerden, Pol, Esser en Belksma.
huwelijk en seksualiteit (verzoek van een goeroe om de gebruikelijke huwelijksgift afgewezen omdat hij getrouwd is toen hij buiten dienst was en met zijn verloving is begonnen zonder toestemming van de beheerder).
verzelfstandiging (verzoek goeroe om toestemming tot handoplegging bij het inzegenen van huwelijken; de conferentie is in meerderheid tegen; alleen zij die in het ambt bevestigd zijn mogen dit doen; dit is een principiële kwestie waarover de mening van het hoofdbestuur wordt gevraagd).
huwelijk en seksualiteit (goeroe wordt ontslagen wegens overtreding van het zevende gebod en wegens veelvuldige knoeierij met het schoolgeld).
1932, 13 augustus buitengewone vergadering aanwezig: br. Van Dijk, Pol, Heusdens, Van Weerden, Esser, Belksma en Saathof.
Geen onderwerpen met betrekking tot culturele interactie
1932, 25 november buitengewone vergadering aanwezig: br. Van Dijk, Heusdens, Belksma, Saathof en Esser.
Geen onderwerpen met betrekking tot culturele interactie
inv. nr. 192 idem, 1933-1936
1933, 13-14 januari 51ste aanwezig: br. Van Dijk, Heusdens, Van Weerden, Esser, Saathof, Belksma en Pol.
inheems personeel (goeroe pleegde overspel en erkende fout; heeft altijd goed gefunctioneerd; wordt drie maanden geschorst en daarna overgeplaatst)
Islam (bezetting zendingsgebied: er zijn nu vier zendelingen voor ruim 300.000 inwoners; de Islam dringt op; bepaalde plaatsen moeten ‘bezet’ worden; er moeten meer Europese zendingswerkers en dringend meer inlandse evangelisten komen; verzoek aan bestuur om drie extra zendelingen en eventueel nog één schoolbeheerder voor de administratie)
Islam (in Alla’ voert de islam een actie; deze richt zich op nationale eenheid onder de inheemse bevolking; men probeert zo invloed te krijgen op onze jonge christenen; omdat er geen Europese zendeling komt, moet er een inheemse evangelist komen)
onchristelijke gebruiken (br. Heusdens meldt zedeloos gedrag van assistent-resident van Loewoe; hij drinkt; dit maakt een slechte indruk op de inheemse bevolking; hij geeft weer vergunningen af voor hanengevechten; zijn motief: de hanengevechten zijn te nauw verbonden met de dodencultus; conferentie ziet dit verband niet en roept hulp zendingsconsul in)
1933, 8 maart extra vergadering
Geen onderwerpen met betrekking tot culturele interactie
1933, 16-18 juni 52ste aanwezig: br. Van Dijk, Heusdens, Tanis, Belksma en Pol.
Islam (de conferentie dringt er bij de gouverneur op aan zo weinig mogelijk islamitisch personeel in het gebied van de zending te plaatsen).
1933, 4-6 december 54ste aanwezig: br. Van Dijk, Tanis, Belksma, Van Weerden, Pol.
medische zending (na het vertrek van dr. Esser moeten het ziekenhuis en de poliklinieken gereorganiseerd worden; er moet zo snel mogelijk een Europese verpleegkundige komen; voor de poliklinieken moeten Menadonezen geworven worden; zij moeten gediplomeerd zijn en tevens zijn ‘Christen jongemenschen die ook hart voor het zendingswerk hebben’; dr. Buitelaar pleit voor de oprichting van een leproserie).
huwelijk en seksualiteit (de huwelijksregeling laat nog steeds veel te wensen over; dit onderwerp moet besproken worden met de zendingsconsul).
huwelijk en seksualiteit (ontslag van een goeroe wegens overtreding van het zevende gebod ondanks bekentenis en berouw).
gekomen tot en met p. 8
inv. nr. 193 idem, 1937-1938
1937, 3-6 februari 63ste
herendiensten van christenen op zondagen (een probleem)
aanwezigheid dames (hebben het recht vergadering bij te wonen, maar doen dit bijna nooit)
huwelijksprobleem pembatoe (voormalig pembantoe gehuwd met heidense vrouw belijdt zonde tegen zevende gebod en wil weer als goeroe aangenomen worden; wordt afgestemd, moet over een tijd nog eens solliciteren, gerucht gaat hij dat hij aspiraties heeft voor Mohammadiyah)
beraad of er een verplichte pensioenregeling voor de goeroes moet komen (GZB heeft nu 200 hulpkrachten in dienst die gemiddeld per maand Fl. 20 verdienen; GZB betaalt nu de pensioenen maar wil er vanaf; nog geen beslissing over al of niet invoeren; goeroes in ressort Rongkong verzochten om een ziekenfonds)
verzoek ziekenverpleger om vrij wonen (discussie; de beter betaalde krachten hebben dit al, als het wordt geweigerd kweekt dit ‘een revolutionaire gezindheid’; verzoek verworpen bij stemming)
lang beraad over goeroe Siahaja die met zijn vrouw in onmin leeft (hij is socialistisch en zijn vrouw is zonderling zelfs perfectionistisch; men wil wel van hem af)
goeroes vragen vaak om geneesmiddelen om die tijdens een rondreis uit te delen (worden uitgereikt door de arts)
status doopkandidaten (speelt bij eedsaflegging en begrafenis; komt voor dat overleden doopkandidaten volgens heidense ritus begraven worden; conferentie vraagt ondersteuning van de assistent resident, maar deze weigert aangezien het om een familiale zaak gaat; alleen wanneer rust en orde bedreigd worden; Van der Veen meent: de regering is voogd over het volk en moet opvoeden; sprake van ‘begrafenisstrijd die zooveel beroering teweegbrengt en zeer nadeelig is voor het gemeenteleven’; met de wens van de overledene om christelijk te worden begraven wordt geen rekening gehouden; de heidense familieleden zetten hun zin door; dit komt ook voor met gedoopten, maar minder vaak; het kwam zelfs voor dat de evangelist en de familie aan beide zijden aan het lijk trokken; de beide aanwezige BB-ambtenaren willen niet meewerken aan bestrijding van dit euvel)
zondagsrust (in aanwezigheid van beide BB’ers; inheemse christenen begrijpen niet dat lagere ambtenaren toelaten dat zij op zondag worden opgeroepen zodat ze niet naar de kerk kunnen komen)
hanengevechten (leven weer op; assistent-resident zegt: vergunning wordt alleen gegeven aan hoge hoofden)
diefstallen (nemen schrikbarend toe; na behandeling van dit punt verlaten BB’ers de vergadering)
leidster huishoudschool (men zoekt naar een geschikte vrouw; het moet zo goedkoop mogelijk; gangmaker van dit idee is mevr. Goslinga-Gerritsen; drijfveer is ook de angst voor Rome dat zich al heeft vertoond; er is een damescomité met mevr. Van der Veen erin; besloten het bestuur te vragen of men mag beginnen)
adat: slachten bij dodenfeesten van kinderen (op dodenfeesten van goeroes, kinderen van goeroes of njora’s (vrouw van een goeroe) worden veel beesten ter slachting aangeboden, wat betekent dat zij slachtdieren terug moeten geven, waardoor zij in de schuld raken; men wil dat de conferentie maxima vaststelt aan het aantal dieren; de conferentie vindt dat de goeroes dit zelf moeten regelen)
probleem rond graf van goeroe (na overlijden werd er gecollecteerd voor de weduwe; een man wierp zich op als haar beschermer en maakte het geld op; het graf wordt nu verwaarloosd; kan de conferentie iets aan het graf doen?; men houdt de boot af)
huwelijksfeest (n.a.v. aanstaand huwelijk van goeroe met dochter van districtshoofd; het feest wordt een verzoening tussen verschillende heidense families; br. Belksma sr. is tegen deze heidense feesten; zou goed zijn als feest gechristianiseerd werd; Tani ertegen dat een evangelist zo’n huwelijk aangaat)
beleid t.a.v. plaatsing van zendelingen (Van der Veen wil liever niet een evangelist die in Jogja is opgeleid om onder islamieten te werken te plaatsen in een gebied dat niet islamitisch is)
huwelijksprobleem (colporteur heeft toegelaten dat zijn dochter die al gescheiden is samenwoont met een man die zijn vrouw en kinderen heeft verlaten; discussie; tegenover opvatting dat daar niets aan te doen is, staat opvatting dat de vader moet worden aangespoord zijn dochter terug te halen)
opleiding evangelisten (Belksma sr. wil een andere docent voor kerkgeschiedenis negentiende eeuw; Van der Veen vindt dat niet nodig; geschiedenis vroege christendom is belangrijker; Goslinga stelt zijn vrouw voor, maar die blijkt het te druk te hebben)
actie tegen markt op zondag (er lopen acties van christenen tegen het houden van markt op zondag; rekesten gaan naar de gouverneur)
bezwaren tegen vertaalde tekst (klachten over vertaling van een lied; de verkeerde tekst is van een goeroe uit de tijd van Van der Loosdrecht; de tekst is niet volgens de Schrift, zelfs ongereformeerd oude tekst (vertaald in Ned.): ‘Het (kind) is in den hemel aangekomen. Het is bij zijn Vader gekomen. De hemel is de heerlijke plaats. De plaats der blijdschap’ beter zou zijn: “De Heere heeft het geroepen. Wilt op hem hopen. Gedenkt Zijn verbond, aan degenen die in Hem gelooven.’)
herziening zangbundel (de vertaling moet beter; Belksma sr. die wegens zijn gezondheid naar Nederland gaat wordt gevraagd er aan te werken; zegt: wie de psalmen wil vertalen moet tussen het volk wonen; hij geeft voorkeur aan vertaling vanuit Statenbijbel; bestuur heeft geen bezwaar tegen Toradjazangwijzen; bestuur wil twee bundels, een voor de kerk en een voor de school)
heidense gewoonten (mag er geofferd worden aan stamhuizen waarin christenen wonen?; discussie; de een wil verbieden als de meerderheid van het huis christen is, de ander pleit voor vrijheid van geweten; er wordt veel geofferd bijv. bij eerste tappen van de palmwijn, kalfwerpen van karbouwen, rijstadat, jongen van een hond; Van der Veen meent dat christenen niet in een stamhuis moeten wonen; “Het (stamhuis) is een sacraal iets en blijft moeilijk voor Christenen. De voorz. zegt dat het toch ook een sociale instelling is, iets van de gemeenschap. De Christen zou dan buiten de gemeenschap moeten gaan, wat toch niet behoeft!’)
dodenritueel en christelijke adat (de grote hoofden in Sangalla’ willen ‘een nieuwe doodenadat’ instellen; zij willen het oude ceremoniëel handhaven; de dodenwacht; wij strijden tegen het heidendom, de hoofden willen hun status behouden; Van Weerden bespreekt zijn ervaring in Rongkong waar het ‘ombuigen’ van de oude gewoonten gelukt is bij het dankfeest voor het gewas; vrees voor een ‘raar soort christelijke adat’ ook al omdat zeer veel christenen nog maar heel weinig van het christendom weten)
motieven om christen te worden (in Badjo’ zochten de mensen maatschappelijke steun in het christendom; zendeling Pol meent dat de nieuwe christenen aan zichzelf geenn hoge eisen stellen; ‘Bij hun overgang tot het Christendom was het blijkbaar een verwisselen van adat. Dieper gaat het vaak niet.’)
huwelijk christen-islamiet (een goeroe die gehuwd is met isl. meisje dat geen christen wil worden wordt overgeplaatst)
1937, 13-16 april 64ste 15 p.
1937, 8 mei zo te zien extra conferentie 4 p.
1937, 26 mei bespreking met onderwijsinspectie 4 p.
1937, 27 mei bespreking met br. J. Belksma over zijn ziekte en vertrek 3 p.
1937, 28-30 juli 65ste 16 p.
1938, 12 februari 66ste 12 p.
1938, 7-8 juli 67ste 13 p.
1938, 4 augustus extra vergadering
nog niet af!!!!
|
||||||||||||||||||||
Verwijzing naar andere archiefvormers | |||||||||||||||||||||
Informatiewaarde | Groot |