Protestantsche vereeniging tot verpleging van lepralijders in de kolonie Suriname (Bethesda)
Naam | Protestantsche vereeniging tot verpleging van lepralijders in de kolonie Suriname (Bethesda) |
Naamsvarianten |
|
Periode | 1897-1968 |
Denominatie | Interdenominationeel |
Org | Zending |
Korte geschiedenis | De Stichting 'De Protestantsche vereeniging tot verpleging van lepralijders in de kolonie Suriname' werd in 1897 in Paramaribo, Suriname opgericht. De stichting was een samenwerkingsverband van de Evangelische Broedergemeente, de Nederlandse Hervormde Kerk en de Evangelisch-Lutherse Kerk. Doel was de instandhouding van een 'melaatsen-inrichting' of leprozerie. In 1933 werd de oude inrichting Bethesda aan de Boven-Suriname rivier verlaten omdat zij door de rivier bedreigd werd. Vanaf die tijd was de inrichting (Nieuw-Bethesda genaamd) gevestigd in de onmiddelijke nabijheid van Paramaribo. De leprozerie werkte oorspronkelijk vanuit de gedachte van een gezinsstelsel maar ontwikkelde zich al snel meer in de richting van een gestichtsstelsel. |
Organisatie | De vereniging had een bestuur, bestaande uit een voorzitter, onder-voorzitter, penningmeester en zeven andere leden. Allen woonden gewoonlijk te Paramaribo. Twee van de leden werden gekozen door elk der drie kerkbesturen van de drie samenwerkende kerkgenootschappen. Deze leden kozen op hun beurt de rest van het bestuur, met dien verstande dan minstens vier van de tien bestuursleden tot de Evangelische Broedergemeente (EGB) moesten behoren. Daarnaast bestond er een commissie van toezicht op het financieel beheer. Deze bestond uit drie leden, notabele ingezetenen van de kolonie Suriname. Twee ervan werden gekozen door het bestuur, een werd benoemd door de EBG. De inrichting zelf had een 'Leraar-directeur', gewoonlijk een zendeling van de Evangelische Broedergemeente en enige verpleegsters. |
Doelstelling | Statuten 1896 Artikel I 'De Protestantsche vereeniging tot verpleging van lepralijders in de kolonie Suriname stelt zich ten doel het lot van de lepralijders in genoemde kolonie zoveel mogelijk te verzachten, hen te bewegen zich in daarvoor ingerichte of in te richten gestichten te doen opnemen en hen die reeds in een gesticht zijn opgenomen lichamelijk en geestelijk te steunen.' Art. II (Archief Zeister Zendingsgenootschap, toegang nr. 48-1, inv. nr. 879) |
Taken en activiteiten |
|
Continenten |
|
Lokatie |
|
Selectie uit de literatuur |
|
||||||||||||||||||
Periodieken |
|
Meer over het archief |
|
||||||||||||||||||||
Verwijzing naar andere archiefvormers | |||||||||||||||||||||
Opmerkingen | In de beeldbank van de Universiteit van Amsterdam zijn verchillende foto's van Bethesda beschreven: zie url http://dpc.uba.uva.nl (Universiteit van Amsterdam), Suriname 1599-1975. Veel van deze foto's zijn afkomstig uit de publicatie van H. Weiss, Vier maanden in Suriname. Nijkerk, 1915. viii, 166 p. |
||||||||||||||||||||
Informatiewaarde | Gering |
Geschiedenis
Korte geschiedenis | De Stichting 'De Protestantsche vereeniging tot verpleging van lepralijders in de kolonie Suriname' werd in 1897 in Paramaribo, Suriname opgericht. De stichting was een samenwerkingsverband van de Evangelische Broedergemeente, de Nederlandse Hervormde Kerk en de Evangelisch-Lutherse Kerk. Doel was de instandhouding van een 'melaatsen-inrichting' of leprozerie. In 1933 werd de oude inrichting Bethesda aan de Boven-Suriname rivier verlaten omdat zij door de rivier bedreigd werd. Vanaf die tijd was de inrichting (Nieuw-Bethesda genaamd) gevestigd in de onmiddelijke nabijheid van Paramaribo. De leprozerie werkte oorspronkelijk vanuit de gedachte van een gezinsstelsel maar ontwikkelde zich al snel meer in de richting van een gestichtsstelsel. |
Organisatie | De vereniging had een bestuur, bestaande uit een voorzitter, onder-voorzitter, penningmeester en zeven andere leden. Allen woonden gewoonlijk te Paramaribo. Twee van de leden werden gekozen door elk der drie kerkbesturen van de drie samenwerkende kerkgenootschappen. Deze leden kozen op hun beurt de rest van het bestuur, met dien verstande dan minstens vier van de tien bestuursleden tot de Evangelische Broedergemeente (EGB) moesten behoren. Daarnaast bestond er een commissie van toezicht op het financieel beheer. Deze bestond uit drie leden, notabele ingezetenen van de kolonie Suriname. Twee ervan werden gekozen door het bestuur, een werd benoemd door de EBG. De inrichting zelf had een 'Leraar-directeur', gewoonlijk een zendeling van de Evangelische Broedergemeente en enige verpleegsters. |
Doelstelling | Statuten 1896 Artikel I 'De Protestantsche vereeniging tot verpleging van lepralijders in de kolonie Suriname stelt zich ten doel het lot van de lepralijders in genoemde kolonie zoveel mogelijk te verzachten, hen te bewegen zich in daarvoor ingerichte of in te richten gestichten te doen opnemen en hen die reeds in een gesticht zijn opgenomen lichamelijk en geestelijk te steunen.' Art. II (Archief Zeister Zendingsgenootschap, toegang nr. 48-1, inv. nr. 879) |
Taken en activiteiten |
|
Geografie
Continenten |
|
Lokatie |
|
Niet-archivalische bronnen
Selectie uit de literatuur |
|
||||||||||||||||||
Periodieken |
|
Het archief
Meer over het archief |
|
||||||||||||||||||||
Verwijzing naar andere archiefvormers | |||||||||||||||||||||
Opmerkingen | In de beeldbank van de Universiteit van Amsterdam zijn verchillende foto's van Bethesda beschreven: zie url http://dpc.uba.uva.nl (Universiteit van Amsterdam), Suriname 1599-1975. Veel van deze foto's zijn afkomstig uit de publicatie van H. Weiss, Vier maanden in Suriname. Nijkerk, 1915. viii, 166 p. |
||||||||||||||||||||
Informatiewaarde | Gering |