HaNA 1.05.06 invnr. 137 1714-05-01 Instructie e0212 America, South (mainland) Essequibo Amerindians Maroons Expeditions Trade Maroonage Religion, general Defence Essequibo Heijden Resen, P. van der
Deze instructie legt de nadruk op de exploratie van het binnenland en het zoeken naar (de rijkdommen van) de Gouden Man (El Dorado).
Amsterdam? Geheime instructie of informatie voor Pieter van der Heijden Resen, Commandeur van Essequibo. Confidential instruction for Pieter van der Heijden Resen, Commander of Essequibo.
Instructie of Informatie voor Pieter van der Heijden Resen, Commandeur in Rio Ysekepe, behorende tot de secrete missive van de Heeren Bewindhebberen van de Generale Geoctroyeerde West-Indische Compagnie gecommitteert tot de secrete zaken in dato den 1 Mey 1714.
1. Zal hij, Commandeur, het dessein bij de voornoemde missive vermelt ten eersten ende op de gevoegelijckste wijse in alle secretesse beginnen, daartoe ende tot uytvoeringe van hetzelve eerlicke en bequame personen gebruycken, en dewelcke de taal van de naturellen, herwaerts zij zullen gaan, kundig zijn ende verstaan, immers voor zoveel als mogelijck is, ende aan deselve medegeven een secrete instructie en ordre, omme zig daarna te reguleren, ende welcke instructie hij, Commandeur, zodanig zal formeren, als hij na vereys van dese zake zal oordelen te behoren, ende waartoe eenige van de hier volgende articulen mede zullen kunnen dienen.
2. Zal hij tot de te doene reyse gebruyken een oft meerder platboomde vaartuygen, om daarmede de rivier op te varen; ende daerop stellen vier a vijff oft meerdere personen, met een opperhooft die het commando over alle de andere zal hebben, ende welck opperhooft goede tugt en discipline zal moeten houden, opdat gene onordentelijckheden gepleegt worden ende zal behoorlijck reguard moeten genomen werden, dat al het voorsegde volck nugtere lieden zijn, ende tot dranck niet genegen.
3. Zal hij, Commandeur, het gesondene indiaanse cargasoen in het geheel ofte een gedeelte van hetzelve na de grote van het vaartuyg oft vaartuygen ende zoals hij zulks zal goedvinden daarinne medegeven, onder de directie ende het bewind van diegene, die als opperhooft zal wesen gestelt, van alle die goederen een nette notitie maken, ende welcke door het [voorsegde] opperhooft na gedane reyse behoorlijck verandwoort zullen moeten werden, gelijck ook de nodige levensmiddelen van kost en dranck voor het volck na proportie van de reyse zal moeten worde medegegeven.
4. Het voorsegde opperhooft of die het commando zal hebben, zal een accuraat journaal oft dagregister moeten houden, zo van de uyt- als thuysreyse, ende daarinne noteren, al het gunt aan haar op die reyse zal wesen ontmoet, van welck journaal hij, Commandeur, een copie aan de Heren Bewindhebberen na herwaarts zal oversenden, om alhier gesien te werden.
5. Aan alle plaatsen, alwaar de voorsegde personen zullen aankomen, ende hun bij nagt als anders zullen moeten ophouden, zullen zij omsigtig en op haar hoede moeten zijn, om niet overvallen ende geplundert te werden.
6. Bij welcke occasie zij lieden overal de humeuren en aart van de naturellen zullen moeten observeren, ende zo nauwkeurig als mogelijck is, ondersoeken de constitutie van de grond, wat deselve voortbrengt ende off oock eenige mineralen aldaar werden gevonden, ende daarvan goede notitie houden, alsmeede off oock eenige logies oft vastigheden onderwege opgeregt zoude kunnen worden, ende deselve geen pericul zoude lopen van door de naturellen gemolesteert oft geruïneert te werden, ende zo ja, op wat wijse zulks zoude kunnen geschieden, ende wat daartoe zoude wesen vereyst.
7. De voormelde personen zullen zig tegens alle ende een ygelijck, alwaar zij zullen komen, beleeft en vrindelijck tonen en gedragen, ende gene quade bejegeningen, veel min insolentiën aan deselve geven oft toebrengen. Ende indien het mogte gebeuren dat aan haar eenige ruwe of quade ontmoetinge mogte [over]komen, zullen zij deselve zoveel doenlijck paiseren, ende de vrindschap van de naturellen zoeken te winnen, om in dit dessein beter te kunnen reüsseren.
8. De voorsegde personen, ende particulierlijk diegene, dewelcke de directie ende het commando zal hebben, zullen zig op alle plaatse, alwaar zij aankomen, exactelijck, dog zorgvuldig en zo bedecktelijck als geschieden kan, moeten informeren na de constitutie en gelegentheyd van de plaatse van het ‘Lac Parime’ en bijsonderlijck oick omtrend Manoa o El Dorado ofte de Goude Stadt, op wat wijse men aldaar kan komen, van wat humeur de menschen aldaar zijn, ende hoe deselve behandelt moeten werden, waarna zij zig zoveel mogelijck zullen kunnen reguleren.
9. Als wanneer de voorsegde personen zullen gekomen wesen aan de hoovdplaatse van het Lac Parime ende oock aan de Goude Stad, zo zullen zij zig zeer voorsigtelijck moeten gedragen, ende zal diegene die het commando ende de directie is aenbetrouwt, hem moeten informeren na het opperhooft van die plaatse ende die tragten te zien ende te spreeken, zo zulks mag geschieden ende sig andersints aan de andere grote addresseeren.
10. Ende zal hij vervolgens aan deselve voordragen ende haar doen geloven, dat zij als vrinden aldaar zijn gekomen om met die menschen in vrindschap te willen handelen ende een negotie met haar op te regten met belofte van haar aan te brengen allen soodanigen goederen als sij zullen begeeren, ende ten dien eyndt tot een proef en begin aan haar presenteren, die goederen dewelcke zij hebben medegebragt, ende indien zij die goederen begeren, zo zullen deselve aan haar werden verkogt ofte geruylt tegens goud oft zilver, ende voor gene andere goederen als alleen goud en zilver, ende daarvoor zoveel van dat mineraal tragten te bekomen als met vriendelijkheyt zal kunnen geschieden.
11. Ende indien het tot facilitering van den voorsegden handel nodig mogte wesen eenige presenten off regalia aan het opperhooft oft eenige groten te moeten doen, zo zal zulks uyt het cargasoen kunnen geschieden, ende zullen de andere goederen op de gevoegelijkste wijse gedebiteert moeten werden.
12. De voorsegde personen zullen, indien zij in de vaste plaatsen geadmitteert werden, nauwkeurig dog bedecktelijck reguard moeten nemen omtrent de stercktens van die plaatsen ende het getal der inwoonderen, alsmede met wat natie oft menschen zij handel drijven, ende oft zij vrije menschen off vasallen van andere zijn, ende zo ja, onder wiens gehoorsaamheyd zij staan.
13. Wat er zij van hare godsdienst, policie en wapenen oft oorlogstugt, hare gedaante en dragt, ende welcke tale zij onder haar spreken.
14. Off oock gevoegelijck possessie in haar land zoude kunnen werde genomen, ende oft men die possessie zoude kunnen behouden, ende wat daartoe zoude wesen vereyst.
15. De voorsegde personen zullen mede ondersoeken, oft oock andere mineralen buyten goud en zilver aldaar vallen, ende wat goederen, coopmanschappen oft vrugten het land verder geeft, hetzij door culture oftewel door arbeyd, konst ofte handwerk.
16. Welcke en wat zoorte van Europiaanse goederen zij aldaar ende wel het meest begeren, zo voor gebruyck oft plaisier van mans of vrouwen.
17. De voorsegde personen zullen hunne devoiren aanwenden, ende op de sagtste wijse permissie tragten te krijgen, om in de grond te mogen graven, ende vervolgens soeken te ontdecken waar haar schatten zijn ende wat minen aldaar werden gevonden.
18. Als wanneer zij die permissie hebbende een proef met graven zullen nemen, ten welcken eynde eenige materialen daartoe nodig aan haar medegegeven zullen werden, dog zullen zig vooral wagten om de naturellen aldaar te vragen, mede te graven ofte te wercken, maar van haar tragten te verkrijgen om die gronden en plaatsen, alwaar mineralen werden gevonden, hun aan te wijsen, ende zullen zij vervolgens het werck alleen moeten doen en verrigten, ende bij occasie de tekens van die gronden, die goed zijn, te ontdecken, om in het toekomende te kunnen dienen. Ende zullen de voorsegde personen al hetgene zij in het graven van eenige waarde mogten vinden, met haar mede nemen, en aan Ysekepe brengen.
19. Het voornoemde dessein en werck in voegen voorschreven gedaan ende verrigt zijnde, zo zullen de gemelde personen, na alvorens een vrindelijck afscheyt van de opperhoofden en andere groten te hebben genomen, en na haar versekert te hebben van binnenkort met meerdere goederen te zullen wederkomen en een goede vrindschap met haar te willen houden, met het goud en zilver hetgene zij aldaar hebben bekomen, weder vertrecken, ende na Ysekepe keren, ende goede zorge voor hare inhebbende ladinge dragen, ende deselve vervolgens op Ysekepe komende, aan den Commandeur onder behoorlijke notitie overgeven ende aan deselve mede ter handen stellen het journaal off dagregister bij haar ofte bij diegene die het commando heeft gehad, gehouden, ende dan benevens doen een accuraet rapport van al hetgene hun op de voyagie is ontmoet ende wedervaren, om daerna de verdere mesures te kunnen nemen.
20. Laastelijck zal de gemelde Commandeur Van der Heijden de instructie voor die personen, dewelcke tot dit werk zullen werden gebruyckt zodanig mogen veranderen, vermeerderen en verminderen, als hij na bevindinge van zaken ende ter besten van dit werk en tot uytvoeringe van hetzelve zal vermeynen te behoren, hetgene aan zijne [warigtige] directie aenbevolen werd gelaten.
Thienen? Nationaal Archief