Details van document 1100
Nummer | 1100 | ||||||||||||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Datum | 07-07-1494 | ||||||||||||||||||||||||||||
Documenttype | brief | ||||||||||||||||||||||||||||
Plaats | Arnhem | ||||||||||||||||||||||||||||
Vergadering | 06-07-1494 | ||||||||||||||||||||||||||||
Archief |
|
||||||||||||||||||||||||||||
Incipit | Copie schrijvens der Staten van Gelderlandt aen J. van Chalon prince van Orangien. Hooghgebaren vermoegende furst genedige lieve heer, usen willigen dienst unde wes wij goets vermogen, wij hebben met weerdicheijt ontfangen uwer genaden brieven ind boitschappen ons nu gesant, inhaldende woe u genaade bij ordonnantie van den coninck van Francrick as wij vertaen hieruijt geschict sijn toe der Ro. Co. Mat. om groter saecken ende materien |
||||||||||||||||||||||||||||
Explicit | indien se met geleijde und veijlicheijt besorcht mochten worden, want wij niet en konnen overleggen dat wij onse deputierden ergent anders soo veijlich te water moegen schicken ind bidden hieromme uwe furstelicher genaden dienstelicken, dat uwe genade voort tbeste willen doen in den saecken tot behoeff ons gen. lieven heeren hertogen van Gelren als wij des ind alles goets tot sijner genaden wailfairt des gemeijnen landts van Gelre ind onser aller proffit eijn gantz volcommen betrouwen hebben ind dragen to derselver uwe furstelicker genaden, die Godt almechtig in sijner heijliger huede nemen ind to langen seligen tijden vrolick ind gesont wil bewaren. Geschreven onder stadt secreet van Arnhem dess wij hierin teser tijdt sementlicken gebruijcken. |
||||||||||||||||||||||||||||
Regest | Bannerheren, gedeputeerden van de ridderschap en raadsvrienden van Nijmegen, Zutphen en Arnhem, bijeen te Arnhem, schrijven heer Johan van Chalon prins van Oranje. Melden de ontvangst van zijn brief dat hij op last van de koning van Frankrijk naar de Rooms koning gaat voor belangrijke zaken. Hij zou hierbij moeite doen om een vredesregeling voor de Rooms koning en zijn zoon de aartshertog enerzijds en de hertog van Gelre anderzijds te verwezenlijken, waarbij hij de eerstgenoemden zou vragen zich te houden aan de bepalingen van de vrede van Senlis. Danken de koning en hem voor al hun inspanningen en klagen over vijandelijkheden van de Rooms koning in weerwil van het vredesverdrag. Verklaren dat zij geen volledig antwoord kunnen geven, omdat de hertog afwezig is, maar dat zij zich gaarne willen beijveren voor het onderhouden van het bepaalde in Senlis. Mocht hij willen dat zij afgevaardigen naar hem in Keulen zenden, dan zijn zij daartoe bereid, mits die vrijgeleiden krijgen. | ||||||||||||||||||||||||||||
Opmerking tekst | De tekst is ongedateerd, maar is onder juli 1494 geplaatst op grond van de lijst van Dagvaarten. Zij is ontleend aan het verloren gegane Landdagrecesboek I van Arnhem, p. 297. |