Details van document 1197
| Nummer | 1197 | ||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Datum | 07-09-1502 | ||||||||||||||
| Documenttype | steun | ||||||||||||||
| Plaats | Onbekend | ||||||||||||||
| Vergadering | 01-09-1502 | ||||||||||||||
| Archief |
|
||||||||||||||
| Incipit | Wij Kairle van der gnaden Gaitz hertoch van Gelre etc. ind greve van Zutphen ind wij burgermeisteren, schepenen, rait ind gildemeisteren ind gantze gemeyne der steden Nijmegen, Sutphen ind Arnhem doen kondt, alsoe die wailgebaeren ind edellen onse besonder lieve neven ind jonckeren Johan ind Ott greven tho Redtberch ind Rodolph edelhere to Dieffholt sich nu gutwillich in onss ind onsen lantschappen dienst ergeven hebben | ||||||||||||||
| Explicit | ind den ghenen oire lieffden mit sich brengende werden vur allen bewijslicken hijnder ind schaden van nederlaigen, perdenschaden ind alles wes sij in onsen ind onser lantschappen dienst bewijslick lijdende werden eijn hoeffthere to sullen sijn ind waill dair van doin redden ind quijten ind sall die hoefftherschappen ind oiren zoldt aingain drije dage lanck to voeren eer oir lieffden mitten oiren in onsen lantschappen kommen werden, allet ongeveirlich ind sonder argelist. Oirkonde der wairheyt ind gantzer vaster stedicheijt hebben wij hertoch ind stede vurs. etc. |
||||||||||||||
| Regest | Hertog Karel van Gelre en de hoofdsteden Nijmegen, Zutphen en Arnhem nemen jonkers Johan en Ott graven tho Redtberch en Rodolph edelheer to Dieffholt in hun krijgsdienst en regelen de betaling van hun soldij. | ||||||||||||||
| Opmerking tekst | De tekst heeft geen datering of plaats van uitvaardiging, maar wel op de ommezijde: Hoefft heirschap. Vermoedelijk wordt naar deze minuut verwezen in OA Zutphen 231 (Brief 1355) en vergelijk Regest 1562. |