Details van document 128
| Nummer | 128 | ||||||||||||||||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Datum | tussen 03-02-1501 en 03-04-1501 | ||||||||||||||||||||||||||||
| Documenttype | besluit | ||||||||||||||||||||||||||||
| Plaats | Onbekend | ||||||||||||||||||||||||||||
| Vergadering | 03-02-1501 | ||||||||||||||||||||||||||||
| Archief |
|
||||||||||||||||||||||||||||
| Incipit | Soe als die hogheboren doirluchtigen vermogende forst ende heren, here Karle hertogh van Gelre ende van Gulick ende greve van Zutphen onse gnedighen lyve here synre gnaden banreheren, ritterscappen die sich tot synre gnaden ghehalden hebben die vyer hoiffstede mytten kleynen steden ind der alyngher lantscappen dick ende mannichwerff op allen dachfarden to kennen heft doen geven als dat synre gnaden domynen ende ampten seer besweert ind verpant stain dat syne gnaden synre gnaden stait, kosten ende schulden by sich selven nyet onderhalden off vervanghen en meghen, dair op dieselve van der banreheren, ritterscappen ende steden altoes duechtliken geantwort hebben | ||||||||||||||||||||||||||||
| Explicit | soe heft onse ghenedigen here vurscr. bevolen synre gnaden segel aen desen breven twe alleens sprekende der syn gnaden een ind die vier hoiffsteden den anderen hebben sullen, doin ende heyten hanghen ind wij burghermeisteren, schepenen, rait ende ghildemeisteren van den vyer hoiffsteden Nymegen, Ruremunde, Zutphen ende Arnhem hebben onser stede segele vur ons ind der alinger lantscappen beneden segel ons gnedigen heren gehangen. Gegeven etc. | ||||||||||||||||||||||||||||
| Regest | Concept van de overeenkomst tussen hertog Karel en afgevaardigden van de landschap tot regeling van de bestaande grieven tegen het landsheerlijk beleid en de financiële verhouding. De bannerheren, ridderschap en steden hadden "kortlick" in Arnhem hun klachten schriftelijk overgegeven, waarop de hertog had gereageerd. Beide partijen besluiten thans deze klachten en het weerwoord als ongeldig en niet geschreven te houden, waarna er aantal afspraken wordt vastgelegd, waaronder: - de hertog zal alle landsrechten onderhouden - hij zal geen "vede" aannemen zonder medeweten van de bannerheren, ridderschap en steden - hij zal geen pondschatting, beden of ruiterpenningen zonder hun medeweten opleggen - hij zal alle giften van ambten wederroepen en die alleen vergeven met toestemming van de landschap - hij zal zijn rekeningen ter inzage geven aan commissarissen van de vier hoofdsteden - hij zal zich houden aan een regeling omtrent de uitgifte van lenen De bannerheren, ridderschap en steden kennen de hertog een bieraccijns toe met 1 vuurijzer voor inheems bier en 2 vuurijzers voor uitheems bier tot een som van 8000 enkel gulden. |
||||||||||||||||||||||||||||
| Opmerking tekst | Alle afschriften zijn ongedateerd; het exemplaar in het HA is op elk folio doorgehaald, maar het heeft wel als enige een opschrift: Copij dess brieffz den mijne gnedigen here der lantschappen willich is to geven. |