Details van document 13
| Nummer | 13 | |||||||||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Datum | 16-02-1430 | |||||||||||||||||||||
| Documenttype | steun | |||||||||||||||||||||
| Plaats | Nijmegen | |||||||||||||||||||||
| Vergadering | 16-02-1430 | |||||||||||||||||||||
| Archief |
|
|||||||||||||||||||||
| Incipit | Also als die vier hoefstede der lande van Gelre Gijsbert Pyeck, toekomende rentmeister derselver lande, toegesacht hebben te lenen drye dusent Arnemsche gulden, een yegelic na synen aendeel, gelijck sy van den gelde van Coelen malcanderen dat bebrieft hebben; soe hebben die raetzvrienden derselver vire hoeftstede tesertijt tot Nymegen wesende | |||||||||||||||||||||
| Explicit | Ende deser cedelen sijn vier alleens sprekende mit der vier hoefstede segelen besegelt. Overdragen tot Nymegen int jair onss Heren MCCCC ende dertich, des donredages na sente Valentijns dach. | |||||||||||||||||||||
| Regest | De vier hoofdsteden van Gelre verklaren dat zij 3000 Arnhemse gulden toegezegd hebben te lenen aan Gijsbert Pieck "toekomende rentmeister derselver lande" en dat zij de hertog geen schatting zullen geven of voor hem de zoenbrieven met Utrecht of andere stukken zullen bezegelen, eer zij dit bedrag teruggekregen hadden. | |||||||||||||||||||||
| Opmerking tekst | Het afschrift van Van Spaen is ontleend aan het Landdagrecessenboek Arnhem I, f. 72. |