Details van document 137
| Nummer | 137 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Datum | tussen 13-11-1577 en 17-11-1577 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Documenttype | reces | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Plaats | Arnhem | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Vergadering | 13-11-1577 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Archief |
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Incipit | Verhandelungh des lantdachs binnen Arnhem gehalden in novembrij XVc LXXVII. Is proponiert durch heren Frederick van Boyemer, verordente der bannerheren, dat dese lantschap tot dese versamelungh is geroepen uuyt schrijven van den generale deputierden der alinger lantschap tot Venlo wesende, inhalt des schrijvens daervan overgesant. Waer van die generael deputierden oere vordere meijnonghe to verclaren, in fal oer l. ende ers. die hebben. Demnae doctor Geerijt Voet, gesanter des graven van den Bergh, muntlick proponiert ende daerna schrijftelick overgelevert heeft: Primo van pennongen tot onderhaldongh des krijeschvolx op toe brengen toe raidtslaegen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Explicit | Is van verordente der bannerheren, ritterschapppen ende steden des furstendumbs Gelre ende graefschaps Zutphen resolviert, soe cantzler ende raeden ietwes tegens landt ende stadtrechten attentieren, dat parthien, amptluijden ende officieren daerinne geen gehoersaemheijt dan mit geboerlich lantrecht sich behelpen sullen. Daertoe bannerhern, ritterschappen ende steden deses furstendumbs Gelre ende graefschapz Zutphen den amptluijden ende parthien die handt halden ende sij oeck verdedingen, vrijen, quijten ende schadeloess halden sullen ende willen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Regest | Resoluties van de Staten van Gelderland o.a. met betrekking tot het aannemen van aartshertog Matthias tot algemeen landvoogd; het verkiezen van een nieuwe stadhouder; het uitzetten van penningen tot betaling van het leger voor Roermond; het zenden van delegatie naar Brussel; het versterken van Gelre, Wachtendonck, Hattem en Harderwijk; het verdelen van de 200.000 Karolusgulden die waren toegekend; het aanwijzen van afgevaardigden naar Brussel en de commissie om de rekening van 100.000 dalers te controleren; om degenen die de Unie weigerden te ondertekenen als vijanden van het vaderland te beschouwen; het bijwonen van landdagen door de bannerheren; het monsteren van ingezetenen; het plan om Willem van Oranje tot stadhouder te benoemen wordt op 17 nov. naar de kwartieren verwezen; de contacten met Utrecht en Overijssel en meer. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Opmerking tekst | De tekst van Nijmegen opent anders (zie druk bij Bondam IV, nr. 18) en heeft een dateringsregel als afsluiting. Verhandlong der lantschap in novembri LXXVII bynnen Arnhem. Die walgeboren heer Frederick grave totten Bergh is bij die lantschap erschenen des XIIIIe novembris begerende als bannerheren van Hoemoet gelegen in den furstendom van Gelre in den ampte van Overbetuwe, session ende plaitz thoe hebben bij ende neffens andere bannerheren. Up welcken angeven die verordente der bannerheren van Bronckhorst, Berch ende Wijsch, willende halden oer gewoenlicke session, hebben gefraecht den vier quartieren om bericht hiervan toe doin. Die ritterschappen ende steden dess Nijmegeschen quartiers daironder Homoet gelegen ende sortiert hebben voirgedragen dat EXP. daertoe bannerheeren, ritterschappen unde steden dieses furstendoms Gelre und graiffschaps Zutphen den amptluden ende parthien die handt halden ende sij oick verdedingen, frijen, quijten ende schadeloos halden sullen ende willen. Geschiet bijnnen der stadt van Arnhem ende mitter selver screet segell gevesticht op eijnen generalen landtdach den XVII en novembris vijfthien hondertt LXXVII. |