Details van document 1430
Nummer | 1430 | |||||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Datum | tussen 23-07-1576 en 25-07-1576 | |||||||||||||||||||||
Documenttype | desiderata | |||||||||||||||||||||
Plaats | [Arnhem] | |||||||||||||||||||||
Vergadering | 23-07-1576 | |||||||||||||||||||||
Archief |
|
|||||||||||||||||||||
Incipit | Aen onsen genedigen heeren stadtholder. Gheven oetmoedelick toe kennen die verordente der bannerheeren, ritterschap ende steden deser furstendombs Gelre ende graefschap Zutphen, woe dat zij onnoedich achtes u gen. alhier te verhoelen die oersaecke omb die welcke geleden enighe weken zekere legation aen den heeren Raede van State totten gouvernement Con. Majt. onses allergen. heeren Erffnederlanden gecommittiert zijnde, van wegen des vurs. landen van Gelre ende Zutphen tot groeten cost ende lijffs gefaer gedaen is geweest als zijnde notoir, ende draegen u gen. meer dan goede wetenschap |
|||||||||||||||||||||
Explicit | Ende soe die onderdanen vast buijten den lande gefordert werden toe pionieren ende mit waigen ende peerden te dienen niettegenstaende dat tselve onbehoerlick ende den alden gebruyck tonwerden is, bidden zij remonstranten dat die voers. ondersaten daervan verlaten ende ongefondiert blijven moegen. Und woewal sij remonstranten sich des allenthalven alsoe vertroest ende bidden nochtans genedige antwoordt in margine deses den schemelen onderdanen daer mit toe troesten, dwelck doende etc. | |||||||||||||||||||||
Regest | Verzoekschrift van de landschap aan de stadhouder, waarbij zij wijzen op hun recente missie naar de Raad van State te Brussel. Zij constateren dat de beschikkingen van de Raad van State tegen de overlast van de soldaten nauwelijks ten uitvoer zijn gebracht, onder meer doordat de stadhouder specificatie van deze overlast wilde. Vragen hem alsnog de uitvoer van de beschikkingen uit te voeren. | |||||||||||||||||||||
Opmerking tekst | De tekst is zonder plaats van uitvaardiging en datering, maar volgt onmiddellijk op het verslag van de landdag te Arnhem van 23-25 juli 1576. In de marge staat het antwoord van Gilles van Berlaymont op het verzoek, gedateerd Arnhem 31 juli 1576 (zie f. 175 en GA Hs 54a, f. 44v-46v) |