Details van document 1727
Nummer | 1727 | ||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Datum | 04-06-1473 | ||||||||||||||
Documenttype | maatregel | ||||||||||||||
Plaats | Onbekend | ||||||||||||||
Vergadering | 04-06-1473 | ||||||||||||||
Archief |
|
||||||||||||||
Incipit | In den ijrsten so iss meister Ffranck van Kelle gesant tot Munster an der stat mit brieven van geloven om tweehondert knechten op oeren kost ind wanneer dese last gestuert were, sold ment waill betalen ind tanderen tijden der gelicken wederomme doen na vermoigen der brieve ind scrifften dairvan gegaen dess gelicken hem geschickt an den bisschop ind der stat van Oissenbruggen. Item so sijn die deputierde semptlichen hier bescreven ind besonderen die here van Batenburg in der meijninge so die hogebaeren furst hertoigen van Bourgondien die landen avertrecken will, dat men dair wederstant tegen denckt te doen ind dat sijne lieffden dairbi wolden komen totten wederstant to helpen ind to raden. |
||||||||||||||
Explicit | Item Herman van Keppel als een ritmeister mit Sweder Balderick to Goch te wesen dair men den ruteren opt ijrsten toe mede gheven sall 100 R. gulden die weer dairmede to begrijpen. Item den van Stralen iss oick die meijningen van Henrick Kiespennijnck gescreven ind dat se voirt bij gueden troist sijn als se doch in oerer scrifften luijden dat se sijn etc. |
||||||||||||||
Regest | Lijst met plannen opgesteld om zich te weer te stellen tegen de hertog van Bourgondië met ondermeer voornemen om hulp te vragen aan de bisschop en de stad Osnabrück, de stad Utrecht en de vijf godshuizen, Deventer, Kampen, Zwolle en Amersfoort, vier biddagen te houden vanaf de eerste vrijdag na Pinksteren [11 juni], bemiddeling te vragen bij de heer van Luik, hulp van de graaf van Oldenburg, een pondschatting uit te zetten voor onderhoud troepen, militaire raadgeving te vragen aan de heer van den Berg, jonker Gijsbert van Wisch, heer Wijnalt van Arnhem en heer Hendrik van Bijlant en een regeling voor de afbetaling van 1500 Rijns gulden aan de jonker van Meurs. | ||||||||||||||
Opmerking tekst | Het stuk heeft geen plaats van uitvaardiging en geen datering. Er wordt op f. 31v verwezen naar het houden van penitenties vanaf "des yrsten vrijdaiges na den heiligen Pijnxsterdach yrst angaende" [11 juni]. Het stuk zou dan vóór 11 juni 1473 zijn opgesteld. Verder wordt op f. 32 (mogelijk foutief) gemeld: Item en manendach aver acht daige datz dess manendaiges voir sente Johans dach [14 juni en 21 juni 1473] to Nuijss to schicken van den drijer steden wegen tegen hertouch Ffrederick van Beyeren, dair onse gen. joncher asdan oick wesen sall. |