Landdagen en andere landelijke bijeenkomsten van Staten en steden in Gelre en Zutphen 1423-1584

 
English | Nederlands

Details van document 1733

Nummer 1733
Datum 04-11-1498
Documenttype missie
Plaats Leuven
Vergadering 13-12-1498
Archief
archief archieffonds vormcode inv. nr. folio druk pdf
Stads- en streekarchief Zutphen OA Zutphen Afschrift 2351 pdf
Incipit Maximiliaen van Gaitz g. R.K.

Item onsen ind des Rijx liever getrouwen Henrick van Smalkalden sall den eirwerdigen onsen lieven neven ende kurfurst den ertzbisschop to Colne sagen onse guede ende alle guet. Unde dairop ertellen die meijnonge dat wij lijden moegen dat sijn liefden tusschen onss ende Kaerll van Egmont handell ende dedinge wie hijrna volcht:
Van ijrst dat dieselve Kairll van Egmont anneme ende voltrecke der tractait soe die prince van Arangen gemackt ende den hie an onss verbraken heefft
Explicit Then anderen dat hij tot des Rijx die rade off fursten erkentnisse stelle dat hij den geroerten tractait an onss verbroken heefft ind dat hij dairop mit onss te Worms trecken ende selff aldair die erkantniss erwaerve ind dat hij sulx op onse anseige wijder versoeke dair voir.
Item dat hie sulx alles in vruntzschappen doe, dem ware dat nijcht en geschege ende wijr den krijge anfallende wurden tot onser groter kost voir onss krijgesvolck oick onss ende onss hulper hulperen wolden wij onss namails in ghener gnaden vijnden laten.
Datum Lovanii op sonnendach na alle Heligen dach anno XCVIII onsses Rijx dat XIII jair.
Regest Instructie van Rooms koning Maximiliaan voor zijn afgezant naar de aartsbisschop van Keulen, met de voorwaarden die hij stelt bij de bemiddelingspoging van de aartsbisschop tussen hem en de hertog van Gelre.
Opmerking tekst De plaatsnaam is ontleend aan Böhmer, Regesta imperii II-1 1496-1498, p. 461. Het stuk houdt verband met de bijeenkomst te Emmerich medio december 1498: Item sdijnsdaich post Conceptionis Marie [11 dec. 1498] gesant Haygdoern to Coellen aen mijn her van Coellen om to tractyren tuyschen der Konnyncklicke Maiesteyt ende mijnen gnedighen heren ende oick an den praist van Apostelen soe dije hijer gescreven had ... ende quam weder op en Kerssavent (GA OA Arnhem 1252, 1498-1499, f. 42) Item op sunte Lucien daich [13 dec. ] sien gereden de burgermeisters Bernt van Presichaeff, Brant van Dellen, Henrick van der Kuill secretarius toe Emmerick ther daichfairt teghen der Koennyghlicker Maiestayt ende waren sees dayghe uuyt (Idem, f. 31v)