Details van document 1838
| Nummer | 1838 | |||||||||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Datum | 11-03-1442 | |||||||||||||||||||||
| Documenttype | verbond | |||||||||||||||||||||
| Plaats | Onbekend | |||||||||||||||||||||
| Vergadering | 10-03-1442 | |||||||||||||||||||||
| Archief |
|
|||||||||||||||||||||
| Incipit | Wij Arnolt van der genaden Gaitz hertoge van Gelre ende van Gulich ende greve van Zutphen doin kont, alsoe zommigen onser ritterschap ende stede eyn verbont gemaickt ende sich mit malkanderen verbonden hebben, dair buten bis noch toe wij ende vele onser ritterschap ende steden gebleven sijn, soe dt te besorgen ende te vermoeden is groete partije ende deilinge onser lande ende vorder ongeval opstaen mach | |||||||||||||||||||||
| Explicit | Gegeven in den jair onss Heren dusent vierhondert twee ende viertich opten sonnendach Letare Jherusalem in den vasten. | |||||||||||||||||||||
| Regest | Hertog Arnold van Gelre verklaart toe te treden tot het verbond dat de kwartieren Nijmegen, Roermond, Zutphen en Arnhem afgesloten hebben. | |||||||||||||||||||||
| Opmerking tekst | Deze verklaring bevat als enige het kwartier Roermond onder de deelnemers in tegenstelling tot het verbond van 31 mei 1441. Hij wordt genoemd in de aantekeningen bij Nijhoff IV, nr. 198. De volgende posten uit de (verloren gegane) stadsrekening van Zutphen over 1442-1443 staat er vermoedelijk mee in verband: Des dinxdages na Oculi [6 mrt. ] toe Doesborch [en Lochem] an den raet om der daghvaert wille toe Nijmegen daer sij oeren wille mede bescheven seynden solden Op denselven dagh [8 mrt.] omme der vurs. deputierden brieven wille die toe Nijmegen wesen solden Des saterdages na Misericordia [21 apr.] omme den Ruermontschen brief toe besegelen (p. 576-577) |