Landdagen en andere landelijke bijeenkomsten van Staten en steden in Gelre en Zutphen 1423-1584

 
English | Nederlands

Details van document 221

Nummer 221
Datum 04-11-1566
Documenttype reces
Plaats Nijmegen
Vergadering 04-11-1566
Archief
archief archieffonds vormcode inv. nr. folio druk pdf
GA Venlo OSA Afschrift 1227-3 69-74 pdf
Incipit Den IIII novembri anno LXVI sint erschenen bijnnen Nijmegen bij een erber rait der stat Nijmegen:
Derick van Lijnden heer tot Himmen; Herman van den Poll ridderschappen.
Henrick van Dornik burgermeister; Clais van Avesait schepen
[...]
70/71
Ende dat op uijthschrijven eijns erberen raitz deser stat Nijmegen in saken der religion om allerleij twijspalt ende onenicheit to vermieden, vried ende eijnicheit allenthalven to verweicken ende to onderhalden wijder in der missiven vermeldet, is bij Marten van Andelft, burgermeister der stat Nijmegen, na gedainer gratulation vorgegeven die oirsaick
Explicit Dairmit die gesanten, heren ende vrienden veraccordirt hebben die legation op Bruissel tho laten achtervolgen ende die vereinigong anno LXIIII opgericht ende ondertekent is verlesen, ende die ondertekenong dairbij, dairna alnu vorder ondertekenongh gevolcht is.
Dairmit die heren, gesanten mit dancksagongh van malcanderen gescheiden sijnt. Actum ten dagen vors. Ondertekent bij mij Johan van den Have, Nijmegeschen secretarius.
Regest De vergadering is bijeengekomen naar aanleiding van een schrijven van Nijmegen van 21 oktober 1566, waarbij de stad de andere hoofdsteden geraadpleegd had om de stadhouder te vragen een landdag te houden vanwege de religie-problemen.
De stadhouder had dit verzoek doorgegeven aan de landvoogdes, maar deze had het afgewezen met verwijzing van de komst van de landsheer.
De vergadering acht het niettemin nodig een landdag te houden en stelt de graaf van den Bergh, Hendrik van Gent, Willem van Merwick tot Kassel en Cornelis van Wese aan als afgevaardigden naar de regentes om een verzoek hiertoe in te dienen. Zij zullen op 18 november in Brussel bijeenkomen.
Jonker Willem van Bronkhorst, vrijheer van Batenborg en Stein, verklaart dat hij geen enkele betrokkenheid heeft met de komst van de nieuwe predikant en de vernietiging en plundering van de kerken; hij vraagt en verkrijgt bescherming in het kader van de afgesloten "union".
Opmerking tekst De brief van Nijmegen van 21 oktober 1566 is gedrukt in Van Hasselt I, nr. 53, p. 110-111. Vergelijk ook Briefwisseling PB, nrs. 276 en 281.