Details van document 353
Nummer | 353 | ||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Datum | tussen 08-07-1578 en 10-07-1578 | ||||||||||||||
Documenttype | reces | ||||||||||||||
Plaats | Nijmegen | ||||||||||||||
Vergadering | 08-07-1578 | ||||||||||||||
Archief |
|
||||||||||||||
Incipit | Den VIIII julij sint erschinen in die raitkamer bijnnen die hofftstadt Niemegen: Allart van Bemmel; Johan van Berck borgermeisteren [...] Van wegen der stat Arnhem: borgermeisteren der stadt Arnhem, Andris Leiendecker, Otto Canis, borgermeisteren aldair. Ende iss communicatie genomen op navolgende articulen: Toe raitslagen van XIIm Carolus gulden op toe bringen vor den graiven van Moirss um van die vier quartieren op toe bringen, geteickent VI julij 78. Een erber raidt der stadt Niemegen heft Derick van Westrom van wegen dess drosten van Stralen, Engelbrecht van Brempt aingesacht om die som vurs. op toe bringen, seggende datt idt quartier van Ruremundt ende Zutphen oire quota op toe bringen presentierende |
||||||||||||||
Explicit | 6. Angainde den ontfanck van die generale middelen ende licenten, so alhier tot Nijmegen bij beele diener ontfangen werden, dairvan onss g. heer statholder bevelt om an eyn generail ontfanger gebracht to werden etc. is in den Nijmegeschen quartier ordinantie gegeven die erenvesten ende erberen Johan van Mekeren ende Gerit Kanis om die te ontfangen ende die van oiren ontfancken ende uijthgeven tot behoiff der ruteren ende knechten sampt walfart des vaderlantz vorgestreickt to sullen worden rekenong doin sullen. Ende dergelijk kan ende behoirt in den anderen quartieren oick geschien tot dat enen maend gepassirt sijn sall ende na befinden daer die bannerheren ende ritterschappen herlicheden off ghein hebbende, die cleine steden ende ingeseten opten platten landen in den ampten oick anbringen; dairna to accordieren van eynen generail ontfanger. | ||||||||||||||
Regest | Verslag van het overleg tussen afgevaardigden van Nijmegen en Arnhem met presentielijst over (onder meer) het betalen van 12000 Karolusgulden aan de graaf van Moers, het opbrengen van de quota, de 3600 daler voor het onderhoud van de troepen, het inventariseren van geestelijk zilverwerk, de licenten op zout en kazen en de aanslag op Nijmeegs bier. | ||||||||||||||
Opmerking tekst | De tekst bevat een afschrift van de brief van regering van Nijmegen aan de kanselier en raden naar aanleiding van hun brief van 29 juni over het inventariseren van geestelijk zilverwerk voor Rolandt van Corterike van 10 juli 1578 op f. 43. |