Details van document 379
| Nummer | 379 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Datum | 19-12-1579 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Documenttype | maatregel | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Plaats | Arnhem | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Vergadering | 08-12-1579 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Archief |
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Incipit | Recess. Resolutiones op dess generaile lantdaichs bijnnen Arnhem proponierte articulen gedaen den 18 decembris anno 79. Irstlick op die articulen dess freidhandelongs tot Antwerpen concipiert ende nae Collen overgesonden ietwess ferner tho handelen off procedieren, laet men op wijder schrijvens ende rapport der gedeputierden der lantschap tot Antwerpen gelaten vur ditmail berusten. Ende vind men derhalven notdich dat die lantdach tot opten XXIIII en dach januarij toekomende jaers bijnnen Arnhem op verliess eijns jederen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Explicit | Ten lesten om alle requestenn, supplicatien ende gemeine saicken toe visitieren ende op behaghenn der lantschap thoe resolvieren sullen acht dage een uuijt die bannerheeren ende twee uuijth die stedenn op kosten der lantschap voir den aenstaende landtdach bijnnen Arnhem compariren, dairtoe die bannerheeren eene ende uuijth die ritterschap dess quartiers Nijemegen Reiner van Dort, heer tot Varick, ende die stadt Nijmegen oick eijne schicken sullen [...] ende die stadt een seindenn uuijtten Arnhemsche quartier Cornelis van Zallant, dairtoe die stadt alsdan een bij sall fuegenn. Aldus gedaen opten generale lantdach dem XIX en decembris anno 1579 bijnnen Arnhem. Om die beseindongh toe Coelen toe doenn ten offerte als in den reces vurs. hebben etlicke des Zutphenschen quartiers ritterschappenn alss die steden dair in verhaelt in die Naerder Union soude geprotestiert van schade, kosten ende interesse soe dair uuijth ontstain muchte, exempt ende schadeloos toe willenn verblijvenn. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Regest | De vergadering bepaalt zijn standpunten inzake de volgende punten: 1. Uitzenden van afgevaardigden naar Keulen om leiders van het vredesoverleg te bedanken voor hun inspanningen en te vragen hun werk voort te zetten; er is verdeeldheid over de noodzaak van deze missie. Men zal de afgevaardigden in Antwerpen hierover inlichten en hen voor te houden geen verbintenis of repartitie aan te gaan zonder kennis en wil van de landschap. 2. Opstelling ten aanzien van artikelen van Matthias van 12 april 1579 opengehouden. 3. Klachten van Westfaalse Kreits; de landschap stelt dat de Nadere Unie verantwoordelijk is voor alle schade maar wil wel helpen om recompensatie te krijgen. 4. Betaling van 3000 Karolusgulden voor onderhoud en tractement van afgezanten tot Keulen; dit zal worden betaald uit de licenten en generale middelen. 5. Aanstelling van twee commissarissen ter afhandeling van het verblijf en de schade van de ruiters van de graaf van Hohenlo in de Nederbetuwe. 6. Supplicatie van commissie van Hendrik die Bleier; nihil. 7. Klacht van gezanten van Utrecht dat zij in de schatting te hoog zijn aangeslagen. 8. Idem van die van Overijssel. 9. Betaling van Frans van Bolswingh en andere ritmeesters. 10. Toekenning aan de stadhouder van 25.000 gulden. 11. Ambtman van Ommeren mag iemand aanstellen om de ingezamelde gelden van de kwartieren naar Dordrecht te brengen op eigen risiko. 12. Uitvaardiging van ordonnantie tegen degenen die onwillig zijn schattingen en andere uitgezette penningen te betalen; wordt uitgesteld vanwege de algehele armoede en ellende. 13. Betaling aan de stadhouder van 12.000 Karolus gulden tot diens verering; Nijmegen heeft zijn aandeel van 4.000 gulden betaald en roept andere kwartieren op hun aandeel ook te geven. 14. Jacob van Ommeren wordt aangesteld om de schuldeisers van de stadhouder te voldoen. 15. Besluit om 30 soldaten te legeren op het huis van Lubbert Turck aan de Maas als bewaking op kosten van het gemene land. 16. Antwoord op schriftelijke en mondelinge punten van de stadhouder; men constateert dat diverse punten al afgehandeld zijn en stelt de rest uit naar de volgende landdag op 24 januari 1580 in Arnhem. 17. Aanstelling van afgevaardigden om alle rekwesten, supplicaties e.d. te visiteren en verslag uit te brengen op de volgende landdag. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Opmerking tekst | De tekst in Arnhem lijkt een eerste versie omdat er tal van verbeteringen en doorhalingen zijn en de redactie op plaatsen afwijkt van Nijmegen. Het incipit is hier: Resolutiones op des generalen lantdachs binnen Arnhem den 10 en decembri proponierte articulen als den 15 desselven bi der lantschap ingestelt ende vuergedraegen. [marge: Sullen alle protestatien der verordente der bannerheren, ritterschappen ende steden nach besluijtonge der resolutien inseriert werden.] De tekst in Venlo lijkt ook een vroege versie, omdat deze de opgave van de leden voor de commissie voor de particuliere klachten mist en het toegevoegde item over Keulen. Het slot van Venlo is: Ten lesten om alle requesten, supplicatien ende gemeine saicken to visitieren ende op behagen der landtschap to resolvieren sullen acht dage ein uijt der bannerheeren ende twe uut ijder quartier op costen der lantschap voir den anstaende landtdach bijnnen Arnhem compariren. Aldus gedaen opten generale lantdach dem XIX en decembris anno 1579 bijnnen Arnhem. |