Details van document 396
| Nummer | 396 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Datum | 09-05-1555 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Documenttype | maatregel | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Plaats | Nijmegen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Vergadering | 09-05-1555 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Archief |
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Incipit | Copie. Soe die baenreheren, onderheren, ritterschappen ende stede groet ende kleijn des furstendoms Gelre ende greffschap Zutphen onderdeenlicken aengehoert hebben dat aengeven van wegen Rom. keijs. majt. onses alregenedighsten heren als van der groeter besweernissen sijnre Keijs. majt. durch die kroene van Franckrijck toegefueght, waerdurch oeren Keijs. majt. bewegem ende veroirsaickt were desen landtschappen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Explicit | dat alsdan een ijederen bevele gedaen ende toegeschreven sulle werden dieselve bijkompst alsdan seffs persoenlicken toe besueken ende die ghene die kranck weren off sus oren noedighe saken nijet komen en kusten mit oeren volmechtighen to beschicken, daer mit sich dan nijemantz en heb uuijt tot sunderen off to ontschuldighen. Ende dat dijtselve teser tijt voer een onderdenighe antwort van wegen hoichstgemelter Keijs. majt. opt genedighst aengenoemen moeghe werden. Geschiet to Nijmmegen op donresdach den negendach meij anno Domino duysent vijffhundert ende vijffendevijfftich. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Regest | De vergadering antwoordt op het verzoek van de heer van Molenbeek dat zij geen definitief antwoord kan geven, aangezien de graaf van den Bergh als stadhouder in Overijssel is en tal van afgevaardigden onvoldoende volmacht hebben of niet gekomen zijn. Zij vraagt over veertien dagen opnieuw een vergadering te houden om dit alsnog te doen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Opmerking tekst |