Details van document 613
| Nummer | 613 | |||||||||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Datum | 17-05-1560 | |||||||||||||||||||||
| Documenttype | desiderata | |||||||||||||||||||||
| Plaats | [Arnhem] | |||||||||||||||||||||
| Vergadering | 24-05-1560 | |||||||||||||||||||||
| Archief |
|
|||||||||||||||||||||
| Incipit | Den werdigen edelen erentfesten hoichgeleirten ende fromen Con. Mats. tot Hispanien etc. ons alregenedigsten heren hoichwijsen cantzlair ende raeden in Gelderlandt verordent, onsen gunstigen heren ende frunden. Geven burgermeisters, schepenen ende raet der steden Nijmegen, Ruremund, Zutphen ende Arnhem guetlich toe kennen, naedem in vergangen tijden bij den verordenten oder gedeputierden dieses Gelrisschen furstendombs als oick graeffschap van Zutphen van wegen der lantschap onderdaenen verscheiden oncosten gedain, alnoch onbetaelt stainde, bij den hoeffsteden als ritterschappen verschaten ende affgespraicken |
|||||||||||||||||||||
| Explicit | op to bringen ende die hoefftsteden (umb jederen die sijne dairvan to komen to laten) tho leveren, daer ain geschuijt ein billick werck tot ontlasting der moeijten, neffens oncosten dieser lantschappen ankhoemen moichten, so derhalven solten moeten geschien; begerende dieses eijn toeverlaetige antwort van die selve u.w. ed. ind l. die Godt almechtich tot langen tijden waelfaerende behuijde. | |||||||||||||||||||||
| Regest | De vier hoofdsteden verzoeken het Hof van Gelderland om de inning van de onkosten door de hoofdsteden en ridderschappen gemaakt ten bate van de landschap over de vier kwartieren uit te voeren, zoals door landvoogdes Margaretha van Parma aan hen was toegezegd. | |||||||||||||||||||||
| Opmerking tekst | De tekst mist datum en plaats van uitvaardiging, maar het exemplaar van Zutphen heeft de contemporaine aantekening XVII maij anno sestich, terwijl in GA Arnhem 4684 op f. 198 de onkosten per kwartier worden opgesomd met 24 mei 1560 als datum. |