Landdagen en andere landelijke bijeenkomsten van Staten en steden in Gelre en Zutphen 1423-1584

 
English | Nederlands

Details van document 69

Nummer 69
Datum tussen 03-01-1574 en 04-01-1574
Documenttype reces
Plaats Nijmegen
Vergadering 03-01-1574
Archief
archief archieffonds vormcode inv. nr. folio druk pdf
Streekarch. De Liemers/Doesburg OA Doesburg Afschrift 131 1-1v pdf
GA Roermond OSA Afschrift 827 1-2v pdf
Gelders archief OA Arnhem Afschrift 4687 151-151v pdf
Streekarch. Noordwest-Veluwe OA Elburg Afschrift 540 2-3v pdf
Gelders archief Handschriftenverz. Afschrift 18e eeuw 54 203v-204 geen afbeelding beschikbaar
Incipit Die bannerheren, rijtterschappen ende steden des furstendombs Gelre ende graeffschaps Zutphen, verschreven sijnde bijnnen die stat Nijmegen den III januarij XVc LXXIIII om te verhoren twe besloten brieven an der lantschappen vors. geschreven, eijn van Con. Majt. tot Hispanien ende die andere van heren Loijs van Requesens etc. gubernatoir deser Nederlanden, sijnt Abraham van Gijer, licentiait, alz verordente der gravijnnen tot Bronckhorst, Stijrijm, vrouwe tot Wijssch ende Borckeloe ende andere rijtterschappen ende stede frienden der quartijren Nijmegen, Ruremundt ende Zutphen erschenen, ende hebben die twee brijven horen lesen, wairna van wegen eijns erberen raitz der stat Nijmegen angegeven is vor die anwesende der lantschap, dat na den alden gebruick alle originale brijven behoren to blijven
Explicit Die licentiait Gijhr vors. hefft angegeven van sijn vorher gedaene diensten in behoiff der lantschap, thonende eijnen brieff van den vier hooffsteden an sijn w. anno LXXI geschreven, die verlesen ende daerup voir antwort gegeven is, dat die lantschap den gedaenen arbeit in gedencken genommen ende sijn w. dairvan bijllix beloeningh will tho komen laten na behoir. Actum bijnnen Nijmegen den IIII en januarij XVc vierendeseventich.
Regest De afgevaardigden van de kwartieren Nijmegen, Zutphen en Arnhem horen twee brieven, één van de koning van Spanje en één van de heer van Requesens, en geven die in bewaring aan de secretaris van Nijmegen, want deze stad krijgt zulke stukken volgens oud gebruik.
Men behandelt de supplicatie van Diederick van Plettenborch en Johan van Ghent tegen het Hof.
Men geeft enige klachten aan de stadhouder over, die belooft zich in te zetten voor hun afhandeling.
Men belooft steun aan Zutphen, dat heeft verklaard van haar privileges beroofd te zijn.
Er worden afspraken gemaakt voor een missie naar Brussel op 7 februari.
De vergadering belooft een billijke vergoeding te geven aan mr. Abraham de Gier voor diensten aan de landschap, nadat hij een brief hierover van de vier hoofdsteden uit 1571 heeft voorgelegd.
Opmerking tekst Het katern van Roermond heeft op f. 1 het volgende opschrift: Vor die stat Ruremund, dat recess ende twe copien autentick van twe missiven. Van die supplication ende andere articulen den stathelder presentirt ende van sijn g. antwort sal ick irstdach op Ruremund schicken, alz die deputierden nominirt sijnt tot die legation. Vor beloing eynen daler. Anno LXXIIII. Het katern van Elburg bevat verslag van 3 t/m 4 jan. 1574 in Nijmegen (2-3v), gevolgd door afschrift brief Philips II uit Madrid 19 okt. 1573 (4-5) en brief Requensens uit Brussel 30 nov. 1573 (5v-6), brief Staten aan Gielis van Barlemont uit Nijmegen (7-8). Vgl. GA Arnhem 4687, f. 150-151v en Brieven Nijmegen, nrs. 1507-1509.