Details van document 713
Nummer | 713 | ||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Datum | 02-10-1472 | ||||||||||||||
Documenttype | overeenkomst | ||||||||||||||
Plaats | Onbekend | ||||||||||||||
Vergadering | 02-10-1472 | ||||||||||||||
Archief |
|
||||||||||||||
Incipit | Tis to weten also die hogebaeren durluchtige furstijnne hertogijnne van Gelre etc. eijn uitstellinge hadde doen dedingen tusschen den hogebaeren durluchtigen fursten hertoigen van Cleve etc. an een ende den edelen ende wailgebaeren heren Oiswalt heren van den Berch ende den vierdell van Zutphen an die ander zijde angaende opthen vrijdach na sunte Johans dach Nativitas baptiste anno etc. LXXII ende uitgaende opthen vrijdaige na sunte Peters dach ad Vincula neest vurleden na uitwijsonge der cedulen als hijrna beschreven volcht | ||||||||||||||
Explicit | Deser cedulen is drie geschreven dess vrijdaiges na sunte Remigius dach anno etc. LXXII [1472 okt. 2] der mijnre gen. vrouw een hebben ende behalden sall. Ende die ander sell mijnen gen. vrouw mijns heren gnaden van Cleve to Cleeff ende die dorde an burgermeisteren, scepenen ende rait der stat van Arnhem tot Arnhem seijnden. | ||||||||||||||
Regest | Bestand afgesloten door bemiddeling van de hertogin van Gelre tussen de Geldersen en Kleefsen tot veertien dagen na Kerstmis, met regeling voor achterstallige schulden van o.a. gevangenen en voor Evert van Ulft en zijn manschappen op het huis Heeshuijsen en met vrijgeleiden voor kooplieden over en weer. Het stuk meldt dat afgevaardigden van de hertog van Kleef in het slot te Lobede op vrijdag na sint Johans dach Baptiste 1472 [3 juli] onderhandeld hadden met Oswald van den Bergh en vrienden van het kwartier Zutphen alsmede vrienden van de steden Nijmegen en Arnhem. Dit overleg kwam voort uit een bestand afgesloten onder auspiciën van de hertogin van Gelre tussen de hertog van Kleef en Oswald heer van den Bergh en het kwartier Zutphen ingaande op vrijdag na sint Johan Baptiste 1472 tot vrijdag na sint Petersdag ad Vincula naast verleden [3 juli t/m 7 aug. 1472]. Met bepaling dat één afschrift bij de hertogin komt, die één naar de hertog van Kleef en één naar Arnhem zal zenden. | ||||||||||||||
Opmerking tekst |